VOC-Kamer Amsterdam: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Hendrik F K (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Hendrik F K (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 5:
De kamer te Amsterdam was in de regel ''het Hoofdkantoor'' van de VOC. Aan het VOC bestuur - [[Heren XVII|De heren 17]] - leverde het college van Amsterdam doorgaans acht vertegenwoordigers.
 
In [[1603]] werd een deel van het stedelijk [[Bushuis|geschutmagazijn]] aan de [[Kloveniersburgwal]] van de stad gehuurd om als pakhuis te gebruiken. Een jaar later werd begonnen met de bouw van het [[Oost-IndischOostindisch Huis (Amsterdam)|Oostindisch Huis]]. Nog een jaar later werd het gehele complex haar eigendom.
In [[1608]] vestigde de Compagnie een bescheiden werf op het [[Rapenburg]], een kunstmatig eiland in het [[IJ]], waar ook de werven van de [[Admiraliteit van Amsterdam|Amsterdamse Admiraliteit]] gelegen waren. In [[1661]] kocht de Compagnie het grootste gedeelte van [[Oostenburg]], een nieuw kunstmatig eiland aan de oostzijde van de stad.