Biostratigrafie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Tom Meijer (overleg | bijdragen)
betere volgorde & aanvulling
Tom Meijer (overleg | bijdragen)
aanvulling
Regel 43:
 
=='Gereedschap'==
[[Afbeelding:25G132 Diemerbrug Range Chart.jpg|thumb|350px|Boring Diemerbrug: voorbeeld van een eenvoudige 'range chart']]Soorten die in een geologische sectie zijn aangetroffen kunnen in een bepaalde volgorde gerangschikt in een tabel geplaatst worden. De diepten van alle onderzochte grondmonsters worden in een vertikale dieptekolom geplaatst. Op de horizontaal worden voor iedere diepte de aangetroffen soorten geplaatst. Eén van de gebruikelijke methoden is om de soorten in volgorde van binnenkomst, dwz hun 'eerste optreden in de sectie' (FAD) te rangschikken. Dat is in het hier geplaatste voorbeeld gedaan. Een dergelijke tabel heet een verspreidingstabel of 'range chart'. Uit een dergelijk tabellarisch overzicht kunnen eventuele biostratigrafische eenheden of ecologische veranderingen afgeleid worden. Eén van de belangrijkste problemen is vast te stellen welke soorten in een bepaald monster 'thuis horen' of niet. Men kan daarbij te maken hebben met verontreiniging die tijdens de monstername is opgetreden. Dat kan bijvoorbeeld optreden in een grondboring waarin grond met fossielen uit hoger gelegen lagen naar beneden valt ('naval') waardoor op die manier jongere fossielen in het monster terecht komen. Een ander verschijnsel is geologisch van aard en heeft met de bemonstering niets te maken. Tijdens sedimentatie kunnen oudere lagen opgeruimd worden en opnieuw worden afgezet. Hierdoor komt (mogelijk zeer veel) ouder fossiel materiaal in een jongere laag terecht. Dit verschijnsel wordt omwerking of remaniëring genoemd. De flora en/of fauna die in deze laag thuis hoort wordt daardoor verontreinigd met organismen die niet gelijktijdig geleefd hebben maar in een al of niet ver verleden. Het omgekeerde, jonger materiaal wat in een oudere laag terecht komt, komt ook voor. Dit kan gebeuren als een reeds afgezette laag door organismen uit een hoger gelegen afzetting wordt doorgraven. Door deze graafactiviteit kan jonger materiaal naar beneden zakken en in een verder relatief ongestoorde afzetting terecht komen.<BR>
Voor de interpretatie van fossiele associaties is het van groot belang om deze storende invloeden te herkennen. In de verspreidingstabel zijn omgewerkte oudere soorten met grijze in plaats van zwarte blokjes aangegeven. Deze soorten tellen dus niet mee bij het interpreteren van de aangetroffen fossielen!
<BR CLEAR=ALL>