Wet van behoud van impulsmoment: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Bemoeial (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
DezeDe wet'''Wet van behoud van impulsmoment''' stelt dat als een voorwerp eenmaal in een bepaald tempo aan het draaien is, het de neiging heeft om die draaiing vol te houden. Er is dus een kracht - of liever gezegd een [[Moment (mechanica)|moment]] nodig om dat te veranderen. Het is één van de [[Behoudswet|behoudswetten]] waarop de klassieke mechanica is gebaseerd.
 
==Behoud van [[Impulsmoment]] bij kunstschaatsers==
 
In formules wordt [[Impulsmoment]] aangegeven met '''L'''. In deze L zit verwerkt de massa van het draaiende voorwerp, hoe snel die massa beweegt en hoe ver van de draaias die massa (gemiddeld) zit.
Regel 9 ⟶ 7:
In woorden: het totale impulsmoment L is de optelsom voor alle deeltjes in het voorwerp van massa x snelheid x afstand tot de draaiingsas.
 
==Behoud van [[Impulsmoment]] bij kunstschaatsers==
Als een [[schaatsen|kunstschaatser]] een [[pirouette]] - een snelle ronddraaiende beweging - maakt, zie je vaak dat de draaiing wordt ingezet met wijd uitgestrekte armen. Als de schaatser de armen intrekt wordt de draaiing enorm versneld. Dat is een direkt gevolg van het "behoud" van de hierboven genoemde L: de '''m''' blijft gelijk, de '''r''' (afstand van de armen tot het midden) wordt steeds kleineer, dus de '''v''' wordt groter.
 
Regel 20 ⟶ 19:
 
==Afleiding==
 
Het impulsmoment van een massapunt verandert niet als er geen resulterend moment op wordt uitgeoefend. Dit kan als volgt afgeleid worden. De verandering van impulsmoment is: