Boudewijn Büch: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
ExposeMyStupidity (overleg | bijdragen)
Label: Link naar doorverwijspagina
ExposeMyStupidity (overleg | bijdragen)
Regel 49:
Vanaf omstreeks 1973 begon Büch serieus werk te maken van een loopbaan als dichter. Hij legde contact met [[Harry G.M. Prick]], dankzij wiens bemiddeling in 1976 zijn debuutbundel ''Nogal droevige liedjes voor de kleine Gijs'' uitkwam. Mede dankzij de geestdriftige aanbevelingen van uitgever [[Martin Ros]] werd Büch al snel als een literaire sensatie beschouwd. De [[hype]] ging vergezeld van de fantasiecarrière die hij in de loop der jaren voor zichzelf had bedacht en waarmee zijn vrienden al langer bekend waren: hij zou zijn [[Doctoraalexamen|doctoraal]] in zowel Duits als filosofie hebben behaald en noemde zich bovendien [[Psychofarmacon|psychofarmacohistoricus]] – een zeldzame wetenschap waarvan hij in alle bescheidenheid moest toegeven dat hij er 's werelds belangrijkste expert in was. Dit betrof zijn fascinatie met het gebruik van drugs door 19e euwse romantische dichters als [[Samuel Coleridge]], [[Thomas de Quincey]], [[Charles Baudelaire]] en [[Arthur Rimbaud]]. In 1991 kon hij in zijn boek ''Rock 'n' roll'' rijkelijk putten uit de door hem verzamelde wetenswaardigheden over het gebruik van allerhande drugs door 20e eeuwse jazz- en popmusici.
 
In november 1975 trok de poëzie van Buch de aandacht mdidels zijn debuut in ''[[Maatstaf (tijdschrift)|Maatstaf]]''.
 
=== Romancier, recensent, colomnist, en publicist ===