Brahmanisme: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
Het '''brahmanisme''' was een [[
Het brahmanisme was in essentie een [[Monotheïsme|monotheïstische religie]]. De god [[Brahma (hindoeïsme)|Brahma]] werd beschouwd als de schepper en oppergod. Het brahmanisme zou zijn voortgekomen uit een nog vroegere proto-vedische religie met een meer [[polytheïstisch]], [[Indo-Europese religie|Indo-Europees karakter]].
Het oorspronkelijk meer tolerante en sociaal mobiele systeem van de vroege brahmaanse samenleving veranderde in de loop der tijden in een rigide [[kastenstelsel]]. Het brahmanisme,
Zo eigende de brahmaanse kaste zich het alleenrecht toe op de toegang tot de leer, die zelfs lang na de uitvinding van het schrift alleen mondeling mocht worden overgedragen. Het gaf de brahmaanse kaste een positie van grote macht, omdat ze het monopolie op alle religieuze functies bezat.
Regel 9:
Ongeveer drieduizend jaar geleden begon een groep denkers, die onder meer de ''[[Upanishad]]s'' zouden produceren, het brahmanisme te betwisten door nieuwe filosofische scholen te stichten. Deze stonden bekend als de [[Sramanisme|sramana's]], waartoe de ajivakas, de [[Jaïnisme|jains]], de paribbajakas en de [[Boeddhisme|boeddhisten]] behoorden. Sommige van hun ideeën werden later in het hindoeïsme opgenomen, wat leidde tot (samenging met) het ontstaan van de zes klassieke scholen van de hindoeïstische filosofie.
De vedische lijn ontwikkelde zich zo tot de ''[[nyaya]]''-, ''[[vaisheshika]]''-, ''[[samkhya]]''-, ''[[yoga]]''-, ''[[mimamsa]]'' en ''[[vedanta]]''-scholen, waarbij
De ''mimamsa''-school staat, zij het hervormd, nog het dichtste bij het vroege brahmanisme, met behoud van het puriteinse vedische ritueel en een vedisch filosofisch systeem. Zo kent deze school nog altijd de praktijk van het ''[[Homå (parochie)|homå]]'' (vuur), ritueel en de aanbidding van de oude vedische goden zoals [[Indra (mythologie)|Indra]], [[Agni]] en [[Varuna (god)|Varuna]].
Regel 15:
Sommige geleerden, zoals Romila Thapar, bepleiten het bestaan van een discontinuïteit tussen het brahmanisme en het latere hindoeïsme. Het behoud van de ''Veda's'' en de ''Upanishads'' als spirituele bronnen, de continuïteit van vele proto-vedische gewoonten en geloven en de acceptatie van de vedische autoriteit door latere hindoes getuigen echter van een erfenis van meer dan vierduizend jaar.
[[Gautama Boeddha]] kwam uit een lijn van ''[[Kshatriya|kshatriya's]]'' en verwierp niet zozeer de ''varna's'' als wel de positie van de brahmanen daarin. ''Varna'' wordt wel aangeduid als ''[[Jati (boeddhisme)|jati]]'', wat in het boeddhisme wedergeboorte betekent, maar geboorte is veelal ondergeschikt aan gedrag. Onder meer in de ''[[Assalayanasutta]]'' van de ''[[Majjhima-Nikaya]]'' wees de Boeddha de gronden af waarop de brahmanen zichzelf superieur beschouwden. In een discussie met de jonge brahmaan Assalayana wist de Boeddha deze ervan te overtuigen dat de vermeende gronden van superioriteit niet opgaan en dat de [[Reiniging (religie)|reiniging]] voor alle ''varna's'' te bereiken was.
== Literatuur ==
* {{aut|Johannes Bronkhorst|Bronkhorst, J.}} (2016): ''How the Brahmins Won. From Alexander to the Guptas'', Brill
== Noten ==
{{References}}
{{Navigatie hindoeïsme}}
|