Ajahn Mun: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Idem
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website Geavanceerde mobiele bewerking
Idem
Labels: Bewerking via mobiel Bewerking via mobiele website Geavanceerde mobiele bewerking
Regel 13:
Hij verkreeg langzamerhand een grotere bekendheid, en de dorpelingen, die eerst soms uit angst wegrenden wanneer ze hem uit de bossen zagen aankomen, werden meer met hem bekend en kregen steeds meer vertrouwen en inspiratie in hem. Toen hij meer en meer discipelen kreeg en minder tijd en zorg aan zijn eigen praktijk kon besteden, vluchtte hij weg naar de verre provincie van Chiang Mai, waar hij meer dan tien jaar verbleef en zijn praktijk perfectioneerde. Uiteindelijk kwam Chao Khoen Upali, een jeugdvriend van Ajahn Mun en de toenmalige [[Sangharaja]] (de hoogste monnik) van Thailand, hem verzoeken terug te keren om zijn oude (en nieuwe) discipelen weer te onderwijzen. Dit deed hij tot aan zijn dood in 1949.
 
Ajahn Mun was een veeleisende leraar, en was erg gerespecteerd, geliefd en gevreesd door zijn discipelen. Veel van zijn discipelen werden later ook meesters en hielden contact met elkaar, en op die manier kwam de [[Thaise Bostraditie]] tot stand. Veel mensen in Thailand dachten aan het begin van de twintigste eeuw dat het heden ten dage onmogelijk was om nog een graad van heiligheid te behalen, maar dit veranderde met de groeiende bekendheid van Ajahn Mun en de opkomst van de Thaise Bos TraditieBostraditie. Ajahn Mun gaf, vooral in de laatste periode van zijn leven, regelmatig publieke leringen maar slechts enkele fragmenten daarvan zijn opgetekend en bewaard gebleven. Ajahn Mun zelf liet slechts één zelfgeschreven tekst achter, gevonden in zijn persoonlijke bezittingen na zijn dood, genaamd de 'Ballade van de Bevrijding van de [[Khandhas]]'.
 
De leerlingen van Ajahn Mun waren voornamelijk, net als Ajahn Mun zelf, lid van de [[Dhammayoettika Nikaya]], maar ook monniken van de grotere stroming van de [[Maha Nikaya]] kwamen bij Ajahn Mun studeren. [[Ajahn Chah]] bijvoorbeeld was een bhikkhu in de Maha Nikaya en wilde lid worden van de Dhammayoettika Nikaya om zo dichter bij Ajahn Mun te kunnen zijn, maar Ajahn Mun zei dat dat niet nodig was en overtuigde Ajahn Chah om lid van de Maha Nikaya te blijven. Als gevolg hiervan ontstond er ook in de Maha Nikaya een traditie van boskloosters. Andere monniken veranderden wél van stroming en verlieten de Maha Nikaya om lid te worden van de Dhammayoettika Nikaya.
 
Ajahn Mun en de Thaise Bos TraditieBostraditie zijn later ook in het westen bekend geworden, via de leer van onder andere Ajahn Lee, Ajahn Tate, [[Ajahn Maha Boowa]] en [[Ajahn Chah]]. Deze monniken waren allen leerlingen van Ajahn Mun.
 
==Externe links==