Mary Prijot: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
cat + verwijderen van rode linken
KafiRobot (overleg | bijdragen)
k Verbetering aan de hand van Wikipedia:Wikiproject/Check Wikipedia met AWB
Regel 6:
}}
 
'''Mary W.A. Prijot''' ([[Birmingham (Verenigd Koninkrijk)|Duddeston]], [[6 april]] [[1917]] – [[Antwerpen (stad)|Antwerpen,]] [[24 juli]] [[1998]] ) was een Belgische kunstenares (schilderkunst) van Engelse afkomst, en oprichtster van de afdeling modeontwerp en theaterkostuum van de [[Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Antwerpen|Koninklijke Academie voor Schone Kunsten]], Antwerpen in 1963. Zij legde de fundamenten van het modeonderwijs gebaseerd op tekenen en kostuumgeschiedenis, en gaf les aan een generatie studenten die later de Belgische mode op de kaart zouden zetten, waaronder de [[Antwerpse Zes|Zes van Antwerpen]] en [[Martin Margiela]]. Haar gedisciplineerde werkethos en geëmancipeerde, moderne persoonlijke stijl leverde haar de bijnaam ‘Chanel van Antwerpen’ op.
 
“Voor mij bestaat er nog niet zoiets als Belgische mode. Ze is te jong, ze is nog geen tien jaar in ontwikkeling. Maar dat wil niet zeggen dat ze geen toekomst heeft. Integendeel!”<ref name=":1">{{Citeer tijdschrift|achternaam=Baudoux-Girard|voornaam=France|taal=fr|titel=Mary Prijot elle a fait s'épanouir en Belgique la création de la mode|jaargang=1984|tijdschrift=Marie-Claire België|datum=oktober 1984}}</ref>
 
“Ik sta op het absolute belang van tekenen in modeontwerp. Het is onze taal, de taal van de ontwerper. Met een tekening kan je naar Japan gaan zonder de taal te spreken. Kunnen tekenen betekent ook dat je kan zoeken naar proporties, beweging, het evenwicht van een kledingstuk. En tekenen is leren kijken. Kijken, dat is ons beroep.”<ref name=":1" />
 
== Biografie ==
 
Geboren in Duddeston, Engeland, als kind van een Engelse moeder en Luikse vader, verhuisde Mary Prijot op zesjarige leeftijd naar [[Antwerpen (stad)|Antwerpen]]. Op achtjarige leeftijd gaf zij haar eerste pianorecital, en ze studeerde later piano aan het Belgisch conservatorium, waarvan zij afstudeerde in 1936. Als pianiste ontwierp ze reeds haar eigen showkostuums. Op tweeëntwintigjarige leeftijd moest zij stoppen met spelen vanwege polyneuritis in de pols.
 
In 1945 sloot ze zich vrijwillig aan bij de Welfare service van het [[Defensie van België|Belgische leger]] om te dienen naast haar vriendin de prinses Antoinette de Ligne.
 
Van 1960-63 was zij verbonden aan de kunstgalerie Dorekens, gelegen op de Kipdorpvest 41, Antwerpen, waar zij deelnam aan groepsexposities en eigen retrospectieves hield.
 
Zij richtte de mode- en theaterkostuum opleiding op aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten Antwerpen, waar zij tot 1982 les gaf. Zij behaalde verschillende ridderlijke titels en onderscheidingen. Zij overleed in Antwerpen in 1998.
 
== Studies ==
Regel 35:
=== Kunstcarrière 1960-63 ===
 
Prijot’s stijl evolueerde van een moderne, figuratieve stijl “met rijke en geraffineerde materialen”<ref>{{Citeer nieuws|datum=18/02/1961|titel=Le Matin|taal=fr}}</ref> naar meer abstracte expressie, vaak met een residu van organische vormen, zoals te zien in haar vroege werken.
 
In 1961 beschrijft de [[Gazet van Antwerpen]] haar stijl als “abstrakt expressionisme met figuratieve herinneringen”. De krant [[Het Volk (Belgische krant)|Het Volk]] schrijft “ Mary Prijot markeert zich meer en meer in haar eigen wereld van warme gouden en bruine materietoepassingen.” De Antwerpsche Gids ziet haar expositie in Galerie Dorekens in 1961 als een keerpunt tussen haar figuratieve en abstracte fase, waarin ze zich losmaakt van andere schilders zoals [[Octave Landuyt]] en met een meer beheerste stijl en donkerder palet schildert.
 
Zij neemt deel aan groepstentoonstellingen en heeft eigen exposities in [[Stuttgart]], [[Parijs]], Antwerpen, Nederland.
 
=== Hoofd Modeopleiding KASK Antwerpen (1963 - 1988) ===
Regel 50:
In Keulen aan de Werkschüle lag de nadruk op het ontwerpen van toneelkostuum, lessen in patronage en historisch kostuum.<ref name=":0" />
 
De eerste jaren bestond de mode- en toneelkostuumopleiding uit een avondopleiding modetekenen, maar dit evolueerde al snel naar een volwaardige dagopleiding vanaf 1965. Vanaf 1967 werden de modetekeningen ook uitgevoerd als materiële ontwerpen. Tekenen was het fundament waarop de opleiding door Prijot werd gebouwd: “Ik dacht, modetekenen, wat doen we daar nu mee in België? Laten we daar maar modeontwerpen van maken want ik wist dat we een grote textiel industrie hadden. Dus ik ging kijken in het buitenland hoe modescholen daar georganiseerd waren. In Parijs heb ik mijn ogen en oren uitgekeken. Lettertekenen, patronen maken, modelleren, draperen.”<ref name=":3">{{Citeer tijdschrift|achternaam=Kemps|voornaam=Lene|titel=Dertig Jaar Akademie|jaargang=1993|tijdschrift=Weekend Knack|datum=1993}}</ref>
 
De studenten moesten behalve silhouetten ook kapsels, textiel, parfum flacons en accessoires tekenen, waarbij zowel hun technische tekenvaardigheid werd aangescherpt als hun creativiteit. Prijot’s doel was de Belgische studenten de nodige tools geven om in de Belgische textielindustrie aan de slag te gaan. In een interview met BRTN zegt ze: “De lijn wordt gecreëerd in Parijs, Londen en New York."<ref name=":2" /> Ze organiseerde met haar studenten studiereizen naar Londen en Parijs in de jaren 1960, waarbij de studenten bezoek brachten aan operahuizen en modeateliers van the Royal College of Art, maar eveneens de youthquake ontwaarden in de straten van Londen, zoals in de befaamde Carnaby Street.<ref name=":0" /> Haar eigen blik op mode werd door haar klassieke, burgerlijke stijl ingegeven, alsook door haar achtergrond in muziek en schilderkunst. Componeren en compositie waren belangrijke waarden: “Wees zoals Mozart, in harmonie. Dat lijkt gemakkelijk, maar niets is moeilijker.”<ref name=":1" />
 
Bij de eerste generatie studenten die studeerden onder Mary Prijot waren onder andere Jo Wyckmans, Fred Debouvry, [[Linda Loppa]] en Phara van den Broeck. Daarna kwamen Bob Verhelst, [[Martin Margiela]], [[Walter Van Beirendonck]], [[Ann Demeulemeester|Ann Demeulemeester,]], [[Dirk Van Saene]], [[Dries Van Noten|Dries van Noten]], [[Marina Yee]] en [[Dirk Bikkembergs]].
 
==== Evolutie Curriculum ====
De modeopleiding zoals Prijot die samenstelde was gebaseerd op tekenen en vanaf 1966 ook op kostuumgeschiedenis, zoals Prijot in een interview zegt: “Aan de basis ligt kostuumgeschiedenis, het is belangrijk omdat daar alle elementen aanwezig zijn.”<ref name=":2" /> Omdat Prijot zelf geen modeopleiding genoot, focuste ze voornamelijk in haar eigen lessen op het beeldaspect van modeontwerp.<ref name=":4">{{Citeer boek|titel=Mode. Antwerpen. 50|auteur=Todd Nicewonger|uitgever=Lannoo|datum=2013|pagina's=pp. 171-195|ISBN=9789401409391}}</ref>
 
Tekenen bestond uit modetekenen en tekenen naar levend model. In het eerste jaar moesten de studenten voor het examen een ensemble bestaande uit twee stuks strandkleding en een avondkleed, allen uitgevoerd in [[linnen]] of baalkatoen. In het tweede jaar moesten zij een historisch kostuum namaken, zoals Prijot had gezien in Keulen. In het derde jaar moesten de studenten een folklore kostuum maken, met daarop gebaseerd een collectie van zeven silhouetten en drie kindermodellen.<ref name=":0" /> Het folklorekostuum was een intuïtief idee van de docente coupe Marthe Van Leemput, die Prijot bijstond sinds 1966. Van Leemput had dit idee gekregen na een vakantie in Griekenland. In het vierde en laatste jaar mochten de studenten een collectie ontwerpen met vrij thema.
 
Vanaf 1966 kwamen er ook theorielessen: kostuumgeschiedenis, maar ook wereldliteratuur, psychologie, en kunstgeschiedenis.<ref name=":0" /> “Tijdens de lessen kostuumgeschiedenis moesten studenten (een historische figuur, bijvoorbeeld) Marie-Antoinette tekenen, van wie Mary Prijot dan dia’s projecteerde en intussen college gaf (over de esthetische waarden en methoden van dat tijdperk). Vervolgens dienden de studenten naar eigen goeddunken een kostuum uit die periode te kiezen. Daarna moesten ze de afbeelding kopiëren waarna ze een hedendaagse (ontwerpschets gebaseerd op hun historische) tekening maakten.”<ref name=":4" />
 
Nog vanaf 1966 werd er een afstudeershow georganiseerd in de refter van de school. Prijot streefde er naar dat er, naar Duits voorbeeld, een grotere show zou plaatsvinden om de vier jaar waarin al het werk van alle richtingen geïntegreerd getoond zou worden.
 
Wat mode betreft bestond het studiemateriaal uit Journal du Textile en l’Officiel Paris: professionele en commerciële modebladen die de studenten klaarstoomden om draagbare, modieuze silhouetten te tekenen voor de Belgische confectie industrie.
 
==== Generatiekloof ====
“We zien een verschijnsel dat zich in de geschiedenis van het kostuum nooit heeft voorgedaan: er is geen klasseverschil meer… Dit is heel belangrijk in een wereld die tradities de rug toekeert. De jongeren gaan nog verder: weinig of geen verschil tussen de seksen; meisjes met pantalon, jongens met lang haar.”<ref>{{Citeer nieuws|achternaam=Prijot|voornaam=Mary|datum=5 mei 1972|titel=“Nieuwe glamour voor de vrouw en een mannelijker look.”}}</ref>
 
Mary Prijot volgde en waardeerde de mode-evoluties, zoals de nieuwe mode die uit Londen kwam sinds de jaren 1960, vanwege haar democratische gehalte: “Anderdeels vind ik het wel positief dat mode nu echt iets is geworden voor iedereen. Vroeger behoorde zij tot de privileges van de rijken, nu kan de massa ook mee.”<ref name=":0" /> Toch speelde de straatmode van Antwerpen, Londen en Parijs geen substantiële rol in de opleiding, die was gebaseerd op Parijse chic.<ref name=":0" /> Net als haar tijdgenoten had Prijot heel precieze opvattingen over het samenspel van mode en cultuur. Als gevolg daarvan was ze een pleitbezorgster van een mode die zich binnen een conceptueel rigoureuze, maar creatief beperkte context situeerde.<ref name=":4" />
 
In The New York Times, tekende Amy Spindler op:
 
{{cquote|There was only one good designer,and that was Chanel. And only one nice haircut, and that was a chignon, “ said Dries Van Noten. She reportedly sends Ann Demeulemeester to put her hair up when she dares to wear it down in class. From Prijot, the students get the most you could ever want from a fashion education: exacting standards and a force to rally against.|Amy Spindler<ref>{{Citeer web|url=https://www.nytimes.com/1993/07/25/style/coming-apart.html|titel=Coming Apart|bezochtdatum=2021-07-01|auteur=Amy Spindler|taal=en}}</ref>}}
 
De generatie van de [[Antwerpse Zes|Zes van Antwerpen]]<ref>{{Citeer boek|titel=6+ Antwerp fashion|auteur=Debo, Kaat|medeauteurs=Bruloot, Gerrit|uitgever=Ludion|datum=2007|pagina's=pp.35-50|ISBN=9055446599}}</ref> en Martin Margiela, werden door Prijot’s discipline en onderlinge concurrentie gedreven. Zij keken naar het buitenland waar vele nieuwe bewegingen in de mode zich voltrokken zoals de nieuwe Japanse esthetiek van Rei Kawakubo van Comme des Garçons en [[Yohji Yamamoto]], en de postmoderne, post-gender mode van [[Jean Paul Gaultier]]. De studenten wilden niet meer werken in de academische, tijdloze stijl van Prijot, wat tot een creatief conflict leed bij het afstuderen van de Zes van Antwerpen, die pleitten voor een afstudeershow met eigen muziek en professionele modellen met eigen haar- en make-up stijl per ontwerper.
Regel 80:
“De studenten kozen partij voor of tegen hoofddocente Mary Prijot, die de moderne muziek, dramatische make up en getoupeerde haar afkeurde waarmee de studenten de show een professionelere uitstraling wilden geven. Ze ruzieden over de vier professionele modellen en wilden niet langer hun vrienden of klasgenoten als model, noch een plaat die voor iedereen samen werd gedraaid.” Ze kon het niet goedkeuren en gaf hen niet allemaal een goed eindcijfer.<ref>{{Citeer boek|titel=Mode. Antwerpen. 50|auteur=Karen Van Godtsenhoven|medeauteurs=|uitgever=Lannoo|datum=2013|pagina's=pp.65-79|ISBN=9789401409391}}</ref>
 
In een interview met ''[[Flair (Vlaams tijdschrift)|Flair]]'' magazine uit 1981 klaagden de studenten over de generatiekloof, en noemden de opleiding weinig uitdagend.<ref>{{Citeer tijdschrift|achternaam=Lampo|voornaam=Heleen|titel=Wat trekken we ons nog aan van Parijs?|jaargang=1981|tijdschrift=Flair|datum=27 februari 1981}}</ref> Prijot van haar kant beschreef sommige van de ontwerpen van de generatie van de Zes van Antwerpen als spectaculair en carnavalesk.<ref name=":3" />
 
Hoewel Prijot’s smaak erg verschilde van haar studenten, speelde zij een heel belangrijke rol in hun vorming als ontwerper: haar conceptuele kader gaf hen de fundamenten voor hun eigen invulling van de mode van hun generatie.<ref name=":4" />
 
In 1982 ging Prijot op pensioen en duidde grafica Josette Janssens als opvolgster aan. Na haar vroegtijdig overlijden nam [[Linda Loppa]] de fakkel over.
 
== Prijzen en Onderscheidingen ==
Regel 103:
{{Appendix}}
{{Bibliografische informatie}}
 
{{DEFAULTSORT:Prijot, Mary}}
[[Categorie:Belgisch kunstschilder]]