Emiel Van Thielen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k correcte link
Regel 6:
Van Thielen was een [[Activisme (België)|activist]] die in de Eerste Wereldoorlog landgenoten verklikte aan de Duitse bezetter. Hij vluchtte eind 1918 het land uit en zou een zestal jaar op zee hebben gevaren. Het Antwerpse [[hof van assisen]] veroordeelde hem op 20 december 1927 bij [[Verstek (procesrecht)|verstek]] tot de doodstraf wegens verraad en diefstal met geweld.
 
In Duitsland nam Van Thielen de schuilnaam Max Günther aan. Hij zou gesympathiseerd hebben met het [[communisme]], wat hem niet verhinderde in 1933 toe te treden tot de [[NSDAP]]. Inmiddels tot Duitser [[Naturalisatie|genaturaliseerd]], kwam hij onder het nazibewind in dienst van de Kriminalpolizei in [[Hamburg]]. In 1937/38 stapte hij over naar de lokale [[Gestapo|Staatspolizei]], waar hij zich bezighield met het opsporen van communisten. Voor een onderzoek naar de sabotageacties van de [[Ernst Wollweber|Wollweberorganisatie]] ging hij [[Undercover gaan|undercover]] in Rotterdam en Antwerpen wonen.
 
Onder de [[België in de Tweede Wereldoorlog|Duitse bezetting van België]] zette Van Thielen deze missie aanvankelijk verder en alerteerde hij Hamburg op communistische sabotage. In antwoord hierop werd het ''Sonderkommano Kraus'' gevormd, officieel op 25 september 1940, met Van Thielen als lid. Vermoedelijk tegen het jaareinde werd hij gehecht aan de [[Sicherheitspolizei und SD|Sipo-SD]]. Hij was rechtstreeks afgevaardigd door het Berlijnse [[Reichssicherheitshauptamt]] en kwam dus niet voor op het organigram van de [[Gestapo]] in België. Op zijn bureau in Antwerpen genoot hij de bescherming van de Brusselse Gestapo-chef [[Franz Straub]]. Als [[Vertrouwensman (Tweede Wereldoorlog)|Haupt-V-Mann]] voor België en Noord-Frankrijk stond Van Thielen aan het hoofd van een legertje [[infiltrant]]en (''V-Leute''). Op basis van zijn informatie werden klopjachten en razzia's gehouden in het hele land, in het bijzonder tegen communisten.