Theürgie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Link gelijk aan linktext
details
 
Regel 1:
'''Theürgie''' ([[Oudgrieks]]: ''theourgia'', 'het goddelijke bewerken') was een vorm van [[magie]] uit het [[Romeinse Rijk|Romeinse keizerrijk]] waarbij de beoefenaar probeerde in contact te komen met het goddelijke, voor verlichting, het aanwenden van goddelijke krachten en het bezielen van godenbeelden. Belangrijk daarbij waren specifieke rituelen, aanroepingen en [[Liturgie|liturgische]] elementen. Theürgie had dus een [[Religie|religieus]] doel en onderscheidde zich zodoende van veel andere [[Esoterie in de klassieke oudheid|magische praktijken in de klassieke oudheid]]. Deze vorm van magie ontstond in de oostelijke [[Middellandse Zeegebied|Mediterranemediterrane wereld]], mogelijk [[Oude Egypte|Egypte]], in de [[2e eeuw]] in een [[Middenplatonisme|middenplatonisch]] milieu, en was sindsdien van invloed zijn op het [[hermetisme]], de [[gnostiek]] en het [[neoplatonisme]].
 
De vroegste bron voor theürgie zijn de religieus-filosofische ''[[Chaldeïsche orakelen]]''. Dit zijn [[Hexameter|hexametrische]] verzen met [[orakel]]<nowiki/>taal die vermoedelijk door Julianus de Vader en zijn zoon Julianus de Theürgist zijn geschreven onder het bewind van keizer [[Marcus Aurelius]] (161-180). De tekst vertoont overeenkomsten met het gedachtegoed van [[Neopythagorisme|neopythagoristen]] en middenplatonisten als [[Numenius van Apamea|Numenius]]. Onderwerpen zijn [[kosmogonie]], [[kosmologie]], [[antropologie]] en [[Soteriologie|verlossingsleer]], waarbij [[Ritueel|rituele]] en magische voorschriften worden gegeven. [[Plotinus]] ([[3e eeuw]]), grondlegger van het neoplatonisme, was geen grote liefhebber van magie en schreef niets over de ''Orakelen''. Zijn volgelingen deden dat echter wel. [[Porphyrius]], bijvoorbeeld, stelde dat theürgie in beperkte mate als hulpmiddel gebruikt kon worden voor de zuivering van de ziel en het oproepen van engelen en goden. Net als Plotinus vond hij ''theoria'' ('contemplatie') voor het bereiken van het goddelijke echter belangrijker. [[Iamblichus (filosoof)|Jamblichus]] schreef niettemin uitvoerig over theürgie in zijn ''[[Over de mysteriën]]'' en beschouwde deze kunst als het middel om een band op te bouwen met het goddelijke op een manier die niet mogelijk is via rationeel filosoferen. De keizer [[Julianus Apostata|Julianus de Afvallige]] ([[4e eeuw]]) was eerst een leerling van [[Eusebius van Nicomedia|Eusebius]] van Nicomedia, die de nadruk legde op theoria en magie verwierp, maar zijn latere leermeester Maximus overtuigde hem van de vermeende waarde van theürgie. Van de [[christen]] [[Pseudo-Dionysius|pseudo-Dionysius de Aereopagiet]] ([[6e eeuw]]) is bekend dat hij net als zijn leermeester, de neoplatonist [[Proclus (filosoof)|Proclus]], in theürgie geloofde. Hij en [[Maximus Confessor]] ([[7e eeuw]]) namen aan dat theürgie werkte dankzij de [[gratie Gods]].
 
Theürgie was niet gepopulariseerd en bleef beperkt tot selecte groepen. Volgens de ''Orakelen'' en Jamblichus was theürgie maar voor de weinigen bestemd, en was het als het ware een priesterlijke kunst. De theürgist zou de goden dienen en daarmee eenéén worden. Jamblichus beschreef hierbij de rol van [[Offer (religie)|dierenoffers]] en ''[[enthousiasme]]'', 'door goden gegrepen', wat volgens hem kon resulteren in [[levitatie]]. Ook beschreef hij de praktijk waarbij de theürg samenwerkte met een medium en eventueel toeschouwers, waarbij een geestverschijning werd waargenomen. Zowel hij als de hermetische ''[[Asclepius (boek)|Asclepius]]'' beschrijven de mogelijkheid om middels theürgie [[Standbeeld|standbeelden]] van goden te bezielen, door die bijvoorbeeld hol te maken en vervolgens te vullen met ritueel betekenisvolle, specifieke stenen en kruiden. Toch beweerde Jamblichus niet dat de mens via theürgie de goden echt tot iets kon dwingen. De vermeende heilzame effecten van de kunst zouden een gift (voorgesteld als licht) van de goden zijn. De achterliggende idee van de aangenomen werkzaamheid van theürgie was die van ''[[kosmische sympathie]]'', wat inhield dat alles in de kosmos (op occulte wijze) met elkaar in verbinding stond.
 
== Zie ook ==