Walter Süskind: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →‎Deportatie en overlijden: nogal wiedes, helaas
alles
Labels: Misbruikfilter: Leeghalen Visuele tekstverwerker
Regel 17:
| portaal2 =
}}
'''Walter Süskind''' ([[Lüdenscheid]], [[29 oktober]] [[1906]] – Midden-Europa, [[28 februari]] [[1945]]) was een [[Joden|Joodse]] [[Duitser]] van deels Nederlandse afkomst die als medewerker van de [[Hollandse Schouwburg]] ongeveer 600 Joodse kinderen aan de [[Jodenvervolging]] heeft helpen ontsnappen.<ref>[https://web.archive.org/web/20141006100125/http://www.jhm.nl/cultuur-en-geschiedenis/personen/s/suskind%2C%2Bwalter Süskind op de site van het Joods Historisch Museum]</ref>
 
==Biografie==
[[Bestand:Hollandsche schouwburg dutch theatre-Amsterdam.jpg|thumb|Hollandsche Schouwburg]]
Süskind groeide op in een gezin met twee broers en een pleegbroer. Hij woonde tot 1938 in [[Keulen (stad)|Keulen]], waar hij sinds 1929 werkzaam was als hoofd verkoop van de [[margarine]]fabriek Bolak voor de afzetgebieden Pruisen en Polen. Omdat hij twee Nederlandse grootouders had, bezat hij zowel de Duitse als Nederlandse nationaliteit.
 
In 1938 besloot hij vanwege het opkomende antisemitisme in Duitsland naar Nederland te verhuizen. Hij vestigde zich met zijn vrouw eerst in [[Bergen op Zoom (gemeente)|Bergen op Zoom]], waar hij werkte als verkoper voor [[Unilever]] en vanaf 1942 ging hij met zijn vrouw en inmiddels geboren dochtertje in Amsterdam wonen. Omdat de jodenvervolging inmiddels ook in Nederland was aangevangen, hoopte hij vandaaruit naar de [[Verenigde Staten]] te kunnen emigreren. Hij correspondeerde hierover met zijn oudere broer Robert, die in 1937 al daarheen was geëmigreerd.<ref>[http://www.Holocaustresearchproject.org/survivor/suskind.html Holocaustresearchproject]</ref>
 
Süskind was werkzaam als metaaldraaier in een machinefabriek in [[Amsterdam]], maar kreeg vanwege zijn Joodse afkomst ontslag en vond daarna werk bij de [[Joodse Raad]] als chef bagage- en ordedienst. In die functie was hij de beheerder van de [[Hollandsche Schouwburg]], waar Amsterdamse Joden zich moesten melden voordat ze gedeporteerd zouden worden naar [[Kamp Westerbork]].
 
==Kindersmokkel==
{{Zie hoofdartikel|Kindersmokkel Hollandsche Schouwburg}}
Vanwege zijn vloeiende Duits en het feit dat hij destijds met de toen in Amsterdam werkzame [[Schutzstaffel|SS]]-officier [[Ferdinand aus der Fünten]] op school had gezeten, vertrouwden de Duitsers hem en kon hij zonder argwaan te wekken de gegevens van geregistreerde Joodse kinderen vervalsen en ze laten onderduiken en ontsnappen via de nabijgelegen crèche op de [[Plantage Middenlaan]] 38 in [[Amsterdam]].
 
Samen met de directrice van de crèche, [[Henriëtte Pimentel]], en de Amsterdamse econoom [[Raphaël Halverstad|Felix Halverstad]], die ook in de schouwburg werkte, werd een werkwijze opgezet om de kinderen er weg te krijgen. De baby's werden achterom door de tuin naar de Hervormde [[Kweekschool voor onderwijzers|Kweekschool]] gebracht waarbij de directeur ervan, de latere politicus [[Johan van Hulst]], meewerkte. Hiervandaan gingen ze in een tas, mand of rugzak naar buiten en werden per tram en trein naar [[Limburg (Nederlandse provincie)|Limburg]], [[Drenthe]] en [[Friesland]] gebracht waar het verzet onderduikadressen regelde.
 
Halverstad en Süskind zorgden ervoor dat de inschrijvingen van de kinderen verwijderd werden uit de administratie. Dit werk gebeurde zonder dat de leiding van de Joodse Raad hiervan op de hoogte was.<ref>L. de Jong: ''Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog''. 14 delen, SDU, Den Haag, 1969-1991. Deel 6, p. 258.</ref> Gedurende de achttien maanden dat hij de schouwburg beheerde, moet hij met behulp van een aantal verzetsgroepen zeker 600 kinderen en ook een aantal volwassenen gered hebben van deportatie.
 
==Deportatie en overlijden==
[[Bestand:Westerbork deportation.jpg|thumb|Deportatie via goederenwagons in Westerbork]]
Uiteindelijk moest het gezin Süskind zelf ook e transporten van kamp naar kamp, de zogenaamde [[Dodenmars (Holocaust)|dodenmarsen]].
Uiteindelijk moest het gezin Süskind zelf ook op transport naar Westerbork. Op 4 september 1944 werden ze vandaaruit op transport gezet naar [[Theresienstadt (concentratiekamp)|Theresienstadt]]. Süskind had een vervalste brief van de nazi's bij zich, waarin stond dat hij voor hen onmisbaar was geweest en probeerde deze aan commandant [[Karl Rahm]] te overhandigen, maar dit hielp niet.
 
Ze werden op 23 oktober 1944 per goederenwagon op transport gesteld naar [[Auschwitz-Birkenau]]. Daar kwamen ze aan op 25 oktober en bij de selectie werd hij gescheiden van zijn vrouw en dochtertje. Deze gingen direct naar de gaskamer, terwijl Süskind zelf nog een tijdlang in het kamp verbleef. Süskind zelf stierf uiteindelijk rond 28 februari 1945 op een onbekende plek, mogelijk tijdens een van de transporten van kamp naar kamp, de zogenaamde [[Dodenmars (Holocaust)|dodenmarsen]].
 
==Eerbetoon==
Na de oorlog werd het werk van Süskind geëer[[Rudolf van den Berg|en Berg]] in première, die gebaseerd is op zijn leven.
Na de oorlog werd het werk van Süskind geëerd door een bronzen plaquette aan de huidige IVKO-school aan de Plantage Middenlaan 31-33. Hierop staat de tekst: "Aan allen die tijdens de Duitse bezetting hebben geholpen Joodse kinderen voor deportatie te behoeden. 1940-1945." Ook werd de ophaalbrug over de [[Nieuwe Herengracht]] bij de [[Hermitage Amsterdam|Hermitage]] in Amsterdam na de oorlog naar hem vernoemd. Op 15 januari 2012 ging de Nederlandse speelfilm ''[[Süskind (film)|Süskind]]'' van [[Rudolf van den Berg]] in première, die gebaseerd is op zijn leven.
 
{{Appendix|2=