Obliquiteit: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Irrelevant in dit kader.
StrepuBot (overleg | bijdragen)
k Overbodige Wrapper(s) verwijderd
Regel 1:
[[Bestand:Earth obliquity range.svg|thumb|variatie in de obliquiteit van de aarde]]
{{wrapper}}
| [[Bestand:Earth obliquity rangeAardas-noordpoolbeweging.svgpng|thumb|variatiepositie van de Noordpool in de obliquiteittijd, 5K is 5000 jaar n.C., onder invloed van de aardecyclus van de precessie en van de obliquiteit]]
| [[Bestand:Obliquity berger -5000000 to 0.png|thumb|verandering van de obliquiteit van de aarde tijdens de laatste 5 miljoen jaar. Het rode punt geeft de huidige waarde aan.]]
|-
| [[Bestand:Aardas-noordpoolbeweging.png|thumb|positie van de Noordpool in de tijd, 5K is 5000 jaar n.C., onder invloed van de cyclus van de precessie en van de obliquiteit]]
|-
| [[Bestand:Obliquity berger -5000000 to 0.png|thumb|verandering van de obliquiteit van de aarde tijdens de laatste 5 miljoen jaar. Het rode punt geeft de huidige waarde aan.]]
|}
 
'''Obliquiteit''', '''ashelling''' of '''axiale variatie''' is de hellingshoek of inclinatie van de [[evenaar]] ten opzichte van het omloopvlak van de [[Aarde (planeet)|aarde]] in de [[Baan (hemellichaam)|baan]] om de zon. Het omloopvlak van de aarde en van de andere planeten om de zon is steeds ten naaste bij hetzelfde. De obliquiteit is voor de andere planeten op dezelfde manier gedefinieerd. Een [[planeet]] met een rotatieas loodrecht op het omloopvlak heeft een axiale variatie van 0°. Een planeet waarvan de rotatieas in het omloopvlak ligt, heeft een axiale variatie van 90°.
Regel 12 ⟶ 8:
 
== Aarde ==
De [[Aarde (planeet)|aarde]] heeft op het moment een axiale variatie van 23,45° en neemt iets af. Het gevolg van de obliquiteit is dat er op aarde [[seizoen]]en heersen: hoe groter de helling, des te groter het verschil tussen zomer en winter.
 
De hellingshoek is niet constant maar varieert met een [[Periode (natuurkunde)|periode]] van ongeveer 41.000 jaar. Het laatste maximum viel 10.700 jaar geleden en bedroeg 24,4°, het volgende minimum zal over 9.800 jaar vallen en uitkomen op ongeveer 22,6°. Over de afgelopen 5 miljoen jaar schommelde de hoek tussen ongeveer 24,5° en 22,0°.
Regel 18 ⟶ 14:
Het [[noordelijk halfrond]] kent een [[zomer]] tussen [[21 maart]] en [[21 september]] en een [[winter]] tussen 21 september en 21 maart, voor het [[zuidelijk halfrond]] is het omgekeerd. Als de inclinatie kleiner wordt verandert hoogste punt op [[21 juni]] van de zon van 23,5° noorderbreedte naar een [[Parallel (geografie)|parallel]] dichter bij de [[evenaar]]. Het huidige hoogste punt van de zon is de [[Kreeftskeerkring]]. Bij een maximale obliquiteit, van 24,4°, komt de zon juist 1° dichter bij de polen.
 
Gedurende het hele jaar staat de aarde in dezelfde richting, de aardas wijst steeds naar de [[Poolster]]. De richting van de aardas verandert over een periode van 26.000 jaar, dit wordt [[precessie]] genoemd.
 
== Andere planeten ==