Château d'Urville: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 59:
Tijdens de [[Frans-Duitse Oorlog|Frans-Pruisische oorlog]], na de gevechten bij [[Stiring-Wendel|Stiring]] / Stieringen , was [[Napoleon III]] vastbesloten om slag te leveren op de linkeroever van de ''Nied''. Maarschalk [[Bazaine]] vestigde zijn hoofdkwartier in Château d'Urville en ontving daar de keizer op 10 augustus 1870, terwijl ''Pont-à-Chaussy / Kalscherbruck'' in staat van verdediging werd gesteld. Op 13 augustus 1870, na de terugtrekking van het Franse leger uit Borny bij Metz, trok het 1e Duitse leger naar de ''Franse Nied'' en bezette het kasteel. Tijdens het [[Verdrag van Frankfurt]] werd Urville toegevoegd aan het nieuwe [[Duitse Keizerrijk|Duitse rijk]] en kreeg het de naam: ''Schloss Urweiler''.
 
Keizer [[Wilhelm II van Duitsland]] wilde een [[pied-à-terre]] waar hij kon verblijven als hij [[Lotharingen (district)|Lotharingen]]se deel van het "Reichsland" bezocht. Wilhelm II kocht ook de boerderij Mesnils van hun eigenaren, die hij in het landgoed Urville en voegde hij toe aan het landgoed. De restauratie van het kasteel, dat werd toevertrouwd aan de bedrijven Heister en Becker vanuit Metz, begon in 1891.
 
Terwijl het [[interieur]] opnieuw is ontworpen en volledig opnieuw is ingericht, is de buitenkant van het pand versierd met de keizerlijke armen, de vorst installeert de [[telefoon]], de [[telegraaf]] en vervolgens de elektrische verlichting met meer dan 250 lampen in de gebouwen. Vanaf 1894, bij afwezigheid van de vorst en tegen een toegangsprijs, is het kasteel open voor bezoekers, die vanaf 1900 ook toegang hebben tot het postkantoor dat is geïnstalleerd in de huidige ziekenboeg, naast de [[oranjerie]].