Solipsisme: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
CaptainBlackburn (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Label: bewerking met nieuwe wikitekstmodus
CaptainBlackburn (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Label: bewerking met nieuwe wikitekstmodus
Regel 32:
Neem het voorbeeld van een stoel. Doordat een stoel steeds maar in beperkte zin aan het bewustzijn gegeven is (men ziet een stoel nooit van alle kanten), zou het duidelijk zijn dat de stoel buiten het bewustzijn bestaat. Echter, volgens Levinas, wordt in de fenomenologie de 'stoel' louter gereduceerd tot voorstellingen van het bewustzijn zelf: de stoel raakt in deze theorie nooit verder dan de voorstellingen van een stoel en is in die zin niet iets buiten het bewustzijn, maar bestaat slechts in het bewustzijn. De conclusie van Levinas is niet dat het solipsisme klopt, maar dat het menselijke denken door een solipsistische tendens gekenmerkt wordt, die slechts doorbroken kan worden door wat Levinas noemt "de [[alteriteit|Ander]]". Waar de mens normaal gezien solipsistisch op zichzelf gericht is, wordt deze 'economie van het zelf' doorbroken door de confrontatie met een ander mens in nood, maar ook in zaken zoals de tijd (de toekomst valt steeds buiten mijn greep), het ouderschap (de zoon is tegelijkertijd de vader en ook iets anders dan de vader) en de liefde (de liefdespartner is steeds iets vreemds).
 
=== [[Kritiek]] ===
Vele filosofen hebben gepoogd het solipsisme als logisch coherente positie te weerleggen. Een voorbeeld werd al besproken bij de fenomenologie van Reinach. Een ander bekend argument kan worden teruggevonden in het werk van [[Ludwig Wittgenstein]], meer concreet in zijn ''[[Filosofische onderzoekingen]]'' (1953). Dit argument, dat onder andere tegen het solipsisme kan gebruikt worden, staat bekend als het ''private language argument''. Dit argument zou aantonen dat een privétaal per definitie onmogelijk is. Het solipsisme zou, omdat er maar één bewustzijn is, steunen op een privétaal, namelijk die van het bewustzijn zelf, waardoor de positie dus incoherent is.