Douanerechten: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Karel Anthonissen (overleg | bijdragen)
aanvullingen
Regel 4:
 
== Hoogte van de douanerechten ==
De vaststelling van de invoerrechten geschiedt binnen het kader van handelsakkoorden in het raam van de [[GATT]]. Op dit gebied wordt de [[Europese Unie]] als één land beschouwd met overal dezelfde tarieven.
 
De hoogte van de douanerechten verschilt per product en kan worden beïnvloed door het land van oorsprong van de goederen. De douanerechten zijn over het algemeen percentages ([[ad valorem]] rechten) en worden geheven over de [[douanewaarde]] van de goederen. De douanewaarde is samengesteld uit drie componenten:
*de transactiewaarde (de prijs die voor het product wordt betaald aan de leverancier)
*de vrachtkosten
*de verzekeringskosten
Om de juiste hoogte van de douanerechten te kunnen achterhalen, zal de douane het product indelen onder een decimale code. DezeIn codede wordtEU is dit de [[TARIC code]] genoemd en; de eerste vier tot zes cijfersletters zijn over de hele wereld hetzelfde.
 
== Inning van de douanerechten ==
De inning van de douanerechten is voorbehoudeneen aanopdracht voor de [[douane]]. In bepaalde gevallen zijn ook de productschappen belast met de inning van de douanerechten. De douanerechten zijn direct opvraagbaar bij de invoer. Ook particulieren die producten invoeren, moeten aangifte doen en meteen de eventuele douanerechten betalen. De douane maakt geen onderscheid tussen particulieren en bedrijven, de douanerechten zijn voor beide groepen hetzelfde. Zoals reeds gezegd heft de douane de douanerechten over de waarde van de goederen. Dit kan nog weleens leiden tot misverstanden. Soms zegt een bedrijf dat het in te voeren product geen waarde heeft, bijvoorbeeld als men een monster invoert. Het is echter aan de douane om te bepalen of een goed waarde heeft of niet. Zo kan ook een monster wel degelijk waarde hebben. Alleen monsters die ongeschikt zijn voor verkoop, worden door de douane aangemerkt als monster zonder waarde.
 
Eenmaal betaalde invoerrechten kunnen niet worden teruggevraagd. De douanenationale draagtbelastingdiensten die af aan het [[ministerie van Financiën]], dat zorg draagt voordragen de afdrachtgeïnde vanrechten de rechtenaf aan de [[EU]].
 
De douanerechten worden alleen geheven aan buitengrenzen van de EU. Tussen de verschillende EU-lidstaten worden geen invoerrechten geheven en geldt een vrij verkeer van goederen. Om die reden zijn ook de douanecontroles aan de EU-binnengrenzen opgeheven.
Regel 27 ⟶ 29:
*[[Europese Vrijhandelsassociatie|EVA-landen]] (IJsland, Noorwegen, en Zwitserland)
*[[Landen en gebieden overzee|LGO-landen]] (bijvoorbeeld Aruba, Nederlandse Antillen, Nieuw-Caledonië, Frans-Polynesië, de Falklandeilanden, Maagdeneilanden en Groenland)
*Landenlanden rondom de Middellandse Zee (bijvoorbeeld Mashrek en Magreb, Israël)
*Zuid-Afrika en Mexico
De handelsovereenkomst met de EVA-landen kent een beperking. De wederzijdse preferentie geldt alleen voor industriële producten. Bij de landbouwgoederen geldt deze preferentie niet.
 
== APS ==
Vaak wordt de vraag gesteld of er subsidies zijn op de import van producten uit ontwikkelingslanden. Echte subsidies zijn er niet, wel wordt indirect een soort 'subsidie' gegeven via het systeem van de algemene tariefpreferenties. Ieder jaar opent de EU algemene tariefpreferenties voor met name de industriële eindproducten en halffabricaten uit ontwikkelingslanden. Er worden dan geen of verlaagde invoerrechten geheven. In vaktaal wordt het systeem [[Algemeen Preferentieel Systeem]] (APS) genoemd.
Het APS heeft een vrijblijvend karakter, wat wel blijkt uit de invulling in de praktijk. De goederen uit de [[ontwikkelingsland]]en kunnen weliswaar tegen een verlaagd tarief worden ingevoerd, maar er zijn uitzonderingen. Goederen uit [[ontwikkelingslanden]] die ook in de EU vervaardigd worden en schade kunnen oplopen als gevolg van de verlaagde invoerrechten, worden getroffen door beperkende maatregelen.
 
Regel 44 ⟶ 46:
 
== Vrijstellingen ==
In een aantal gevallen is er een vrijstelling van invoerrechten voorzien bij de invoer van goederen door de Europese douanewetgeving. De bekendste daarvan zijn de vrijstellingen van invoerrechten op kleine hoeveelheden in hetde bagage van reizigersverkeerreizigers. Daarnaast kan men in onder andere volgende gevallen rekenen op een vrijstelling van invoerrechten:
* monsters met een te verwaarlozen waarde
 
* De invoer van eretekens en prijzen (vb.. medailles, oorkondes);
* verhuis (vb. meubilair en interieurintrichtinginterieurinrichting)
* geërfde goederen
* Brandstofbrandstof in voertuigen
* Goederengoederen voor rampenbestrijding (mondmaskers, beschermende kledij)
* persfoto's
* diplomatieke goederen
 
Er is ook een volledige vrijstelling bij de wederinvoer van goederen die eerst werden uitgevoerd, bijvoorbeeld installaties van muziekgroepen die een buitenlandse tour maken. Omgekeerd kan ook vrijstelling verleend worden bij tijdelijke invoer van onder andere beroepsuitrusting, goederen bestemd voor tentoonstellingen, verpakkingen, enz. Een speciaal regime is er voor de zogenaamde actieve veredeling. Dat is het geval bij goederen die de EU binnenkomen voor een herstelling of een bewerking met de bedoeling weer uitgevoerd te worden.
 
== Gevolgen van douanerechten ==
Regel 56 ⟶ 62:
 
[[Categorie:Douane]]
[[Categorie:Recht van de Europese Unie]]