10.561
bewerkingen
k (onderschrift en toren) |
k (link, kerk) |
||
De bloeitijd van Stavelot was de periode van de 10e tot de 12e eeuw. De oorspronkelijke kloosterregel, geënt op de Ierse gewoonte, werd vervangen door de regel van Benedictus. [[Poppo (abt)|Poppo]] (abt in 1020) was een hervormer in de traditie van de [[Abdij van Cluny]]. Hij kreeg de leiding over 17 andere abdijen, waaronder de [[Abdij van Echternach]] en [[Sankt Gallen (stad)|Sankt Gallen]]. [[Frederik van Luxemburg (Neder-Lotharingen)|Frederik van Luxemburg]], hertog van Neder-Lotharingen in de 11e eeuw, werd in de abdij begraven. [[Wibald (abt)|Wibald]] (abt in 1130) was diplomaat in dienst van de keizers en opdrachtgever van talrijke kunstwerken, waaronder een zeer kostbaar retabel van goud en zilver waarin centraal het reliekschrijn van de heiligverklaarde stichter van de abdij, Sint-Remaclus, stond opgesteld. Wibald werd ook abt van de [[Abdij van Corvey]]. Zijn brieven behoren tot de belangrijkste bronnen voor de geschiedenis van de tweede kruistocht. In 1147 telde de abdij 43 monniken.
Na de 12e eeuw maakte de abdij een lange periode van verval mee. In 1334 telde de abdij 12 monniken en in 1499 maar 6 meer. Eind 15e eeuw herstelde abt [[Willem van
Na de komst van de Franse revolutionaire troepen werd het abdijvorstendom Stavelot-Malmedy opgeheven en moesten de monniken de abdij verlaten. De abdijkerk werd geplunderd en daarna afgebroken. In 1950 vestigden zich opnieuw benedictijner monniken in Stavelot-Malmedy na de bouw van [[Klooster Sint-Remaclus (Wavreumont)]] in een gehucht dat precies tussen Stavelot en Malmedy is gelegen.
Van de in de 17e en 18e eeuw vernieuwde abdijgebouwen zijn het poortgebouw en enkele bijgebouwen in [[Maaslandse renaissance]]stijl en het abtenverblijf in [[Barokarchitectuur in het prinsbisdom Luik|Luikse barokstijl]] bewaard gebleven. De voorzijde van de abdij wordt gevormd door het poortgebouw (1522) en de vroegere paardenstallen, brouwerij en bakkerij (1717). De zuidervleugel van het eerste kwartier, prinsenkwartier geheten, werd gebouwd in 1718. De oostelijke vleugel van het eerste kwartier, een prestigieus gebouw met fronton, wordt het telhuis genoemd. Dit werd gebouwd onder abt Jozef de Nollet (1741-1753) en deed dienst als financieel administratief centrum van het prinsdom. Het tweede kwartier bevatte de refter. Deze zaal in de zuidelijke vleugel is 18m lang, 10m breed en 5m hoog. Ze werd ingewijd in 1778 en heeft haar originele interieur met stucwerk behouden. De oostelijke vleugel van het tweede kwartier (midden 18e eeuw) was verbonden met de abdijkerk en deed dienst als slaapzaal.<ref>Albert D'Haenens e.a., Abdijen en begijnhoven van België, 3, Artis Historia, 1978, p. 21-30</ref>
Van de abdijkerk, gebouwd in de 11e eeuw en vernieuw begin 16e eeuw, resteert slechts de onderbouw van de westtoren. De bouw van deze toren begin in 1534 onder abt Willem van
De abdij herbergt thans drie musea, een over de geschiedenis van de abdij en het [[abdijvorstendom Stavelot-Malmedy]], een over schrijver [[Guillaume Apollinaire]], die in 1899 een zomer in Stavelot doorbracht, en een over het nabije circuit van [[Spa-Francorchamps]].
|
bewerkingen