Jean Paul: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →‎Leven: kleine stilistische verbetering
k →‎Leven: Aanvulling pedagogiek van Jean Paul. Indeling in paragrafen aangebracht
Regel 9:
Jean Paul is een schrijver die zich niet in een bepaalde traditie laat indelen: hij stond in zijn jeugd onder de invloed van de [[De Verlichting|Verlichting]] en heeft nooit zijn belerende scepsis verloren. De invloeden die hij onderging van Herder en de romantici, met de nadruk op het gevoelsleven, worden steeds gerelativeerd door een gevatte, ironische geestigheid. Jean Paul is derhalve in zekere zin een overbruggingsfiguur tussen Verlichting en Romantiek, die daarenboven in zijn burgerlijkheid de [[Biedermeier]] aankondigt, ofschoon deze definitie zijn niet geringe originaliteit verwaarloost. Het werk van Jean Paul is excentriek, doorwrocht en eigenzinnig; psychologische analyse wordt afgewisseld met filosofische uitweiding. In een belangrijk theoretisch traktaat, ''Vorschule der Ästhetik'', ijvert hij voor een onderbouwd soort humor die resulteert uit beeldspraak: de bizarre metaforen die Jean Paul gebruikt, zijn, in tegenstelling tot wat een ongeoefend lezer zou kunnen vermoeden, doelbewust en maken deel uit van de ''Witz'' die bijdraagt tot Jean Pauls hoogst persoonlijke stijl. Dit heeft tot gevolg dat men als lezer dient te beseffen dat iets in feite ''Witz'' is, teneinde erom te kunnen lachen — zo niet is het gewoon bizar. In dit traktaat gewaagt Jean Paul tevens van een ''Nederlandse'' en een ''Italiaanse school'' qua schildering van personages.
 
==Pedagogiek==
Jean Paul heeft als [[pedagoog]] vooral bekendheid gekregen door zijn opvoedingstheorie, de ''Levana oder Erziehlehre'' uit 1807. Hij vraagt zich daarin af of er iets mooiers bestaat dan een vrolijk zingend kind. Hij noemt de vrolijke stemming zelfs een grondvoorwaarde voor een goed verlopende kinderlijke ontwikkeling. Voor alle opvoeding geldt dat als kinderen opgewekt zijn de ontwikkeling als het ware vanzelf verloopt en omgekeerd dat als kinderen treurig zijn elke opvoedingsinspanning vergeefs is. Opgewektheid komt de mens niet altijd aanwaaien en vraagt een zekere inspanning. Het is een typisch menselijk kenmerk. Deze zienswijze inspireerde [[Fröbel]] tot het ontwerpen van zijn bekende knutsel- en spelactiviteiten in het kleuteronderwijs. In de handleiding bij de eerste 'Spielgabe' beschrijft hij het belang van het spel als activiteit en als middel om kinderen in een vrolijke stemming te houden tijdens het onderwijsleerproces.
In de opvoedingstheorie van Jean Paul zijn verschillende elementen uit de Romantiek herkenbaar, die door Otto Friedrich Bollnow later zijn uitgewerkt in zijn verhandeling over de Duitse Romantiek (''Die Pädagogik der deutschen Romantik'').
Van [[Johann Gottfried Herder|Herder]] had Jean Paul geleerd, dat de mens van nature is aangelegd op de realisering van ''humaniteit''. Elk mens heeft, volgens deze opvatting, de opgave om ''individueel'' uitdrukking te geven aan de algemene idee van menselijkheid. In zijn opvoedingstheorie, de ''Levana'', komt deze gedachte later terug. Daarin is het de voornaamste taak van de opvoeding: het tot ontwikkeling laten komen, stimuleren en vormen van deze ''individualiteit''.
Godsdienstige opvoeding behoort voor Jean Paul eveneens bij de kern van alle opvoeding aangezien de mens pas ten volle mens wordt door religie. In de geloofsoverdracht bereikt men niets als men het bestaan van God wil bewijzen. Het oneindige wordt slechts plotseling aanschouwd. "Slechts op vleugels kan men daar komen en niet via een trap." Af en toe doen de pedagogische overwegingen van Jean Paul denken aan de redeneringen van [[Friedrich Schleiermacher|Schleiermacher]]. Bijvoorbeeld in zijn nadruk op een positief opvoedingsklimaat en in zijn constatering dat slechts een deel van de opvoeding opzettelijke geschiedt, want voor het overige wordt 'opgevoed' door de culturele omgeving en de tijdgeest.
 
==Romans==
 
Zijn roman ''Blumen-, Frucht- und Dornenstücke'' bevat een notoire schildering van een droom, 'Rede des toten Christus vom Weltgebäude herab', die in wezen een [[nihilisme (filosofie)|nihilistisch]] visioen over de vergankelijkheid is: het gelaat van Christus blijkt een doodshoofd te zijn. Op 15 november 1790, aldus zijn dagboek, had Jean Paul zelf een visioen waarin hij zijn eigen dood aanschouwde: dit was voor hem de ingrijpendste dag uit zijn leven. Zijn ironische zelfobservatie en gerichtheid op de geneugten des levens zijn waarschijnlijk uitvloeiselen van deze ervaring.