Epigenetica: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k slechte verwijzing
Labels: Handmatige ongedaanmaking bewerking met nieuwe wikitekstmodus
Belsen (overleg | bijdragen)
Dit zijn wel erg stellige beweringen zo zonder bron.
Regel 14:
 
== Het epimechanisme: genomische afstempeling ==
Los van de min of meer ingebakken genensequentie, die in de cel de basisstructuur vormt om de voorraad erfelijke eigenschappen en hun relatieve overhand te bepalen, is er een mechanisme dat zich hierop ent, genaamd [[genomische afstempeling]] of ''[[genomic imprinting]]''. Dit epimechanisme heeft te maken met de mogelijkheid voor het DNA om een gen ''aan'' of ''uit'' te zetten.Uiteraard ondergaat de verdere ontwikkeling van een nieuwgeboren organisme de beperkingen of bepalingen die door het aan- of uitpatroon worden meegegeven.
Rekening houdend met het gegeven dat er 25.000 genen in het [[menselijk genoom]] zitten, biedt dit een gigantische hoeveelheid aan mogelijke profielen.{{Bron?}}
Uiteraard ondergaat de verdere ontwikkeling van een nieuwgeboren organisme de beperkingen of bepalingen die door het aan- of uitpatroon worden meegegeven.
Rekening houdend met het gegeven dat er 25.000 genen in het [[menselijk genoom]] zitten, biedt dit een gigantische hoeveelheid aan mogelijke profielen.
 
== Relatie tot de omgeving in ruimte en tijd ==
Uit onderzoek is gebleken dat een hypothese die door de Britse professor [[Marcus Pembrey]] werd geopperd, als zouden omgevingstoestanden een invloed hebben op de overdraagbaarheid, inderdaad bevestigd wordt.{{Bron?}} Dit onderzoek gebeurde aan de hand van een Zweedse studie samen met professor [[Lars Olov Bygren]] die hem hierop gewezen had. Uit gegevens en cijfers van een ruim en compleet Zweeds [[bevolkingsregister]] kon worden aangetoond dat perioden van relatieve hongersnood bij een eerste generatie systematisch een significante uiting van [[Diabetes mellitus|diabetes]] bij de derde generatie tot gevolg had.
 
== Ook stressresultaten zijn erfelijk ==
Het is bovendien gebleken dat stressgevoeligheid bij kinderen van wie de moeder tijdens de zwangerschap aan sterke stressprikkels werd blootgesteld ook in verhouding veel hoger ligt. Bij [[posttraumatische stressstoornis]] (PTSS) in het derde trimester van de [[zwangerschap]]scyclus is deze overdracht het grootst. Verhoogde [[cortisol]]niveaus als indicatoren van stress worden dan ook in de baby waargenomen.
 
Bovendien bleek uit de Zweedse studie dat er een verschil in de gevoeligheidsperiode was bij mannelijke of vrouwelijke grootouders. Voor de vrouwen valt die op het moment van de zwangerschap van de moeder, voor toekomstige vaders ligt de gevoelige periode vlak voor de puberteit.{{Bron?}}
 
== Zie ook ==