Paranthropus robustus: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 82:
Uit de tanden van de kinderen kan ook hun groeitempo worden bepaald, onder andere uit het relatieve doorkomen van de elementen van het volwassen gebit. Vooral het uitkomen van de eerste kies van de onderkaak is relevant. Bij moderne grote mensapen vindt de wisseling in het vierde of vijfde levensjaar plaats. Een uitzondering is de mens waar dit gemiddeld in het zesde jaar gebeurt, zo tegen de zesde verjaardag. Er is een verband tussen de uiteindelijke hersengrootte en het tijdstip van wisseling. Als ''P. robustus'' dezelfde samenhang zou hebben vertoond, kwam de eerste onderste kies bij hem in het vierde of vijfde jaar uit, net als bij basale mensapen. Dat lijkt de hypothese van een snelle groei te bevestigen. Specimina SK 62 en SK 63,<ref>Dean, M.C., Beynon, A.D., Thackeray, J.F., & Macho, G.A. 1993. "Histological reconstruction of dental development and age at death of a juvenile ''Paranthropus robustus'' specimen, SK 63, from Swartkrans, South Africa". ''American Journal of Physical Anthropology'', '''91'''; 401–419</ref> zeer jong gestorven kinderen van ''R. robustus'', hebben kenmerken die wijzen op een nog iets eerdere wisseling. Dat zou kunnen betekenen dat de soort zelfs nog een korter levenstraject had. Een alternatieve interpretatie is dat de kinderen vroeg gespeend werden en de langere rijping zich voordeed waarop de wat grotere hersenen wijzen.<ref>Kelley, J. & Schwartz, G.T. 2012. "Life-History Inference in the Early Hominins ''Australopithecus'' and ''Paranthropus''". ''International Journal of Primatology''. '''33'''(6): 1332–1363</ref>
 
''P. robustus'' toont een aantal unieke kenmerken in de ontwikkeling van de onderkaken. Al bij peuters nam de robuustheid snel toe en raakte de opgaande tak van de kaak sterk verlengd. Net als bij moderne mensen was er resorptie bij de middelste voortanden, wat weerspiegelt dat de kaak weinig prognaat was en de voorste tanden klein waren. Naar buiten toe was er echter een grote afzetting van bot, zich versterkend bij de enorme kiezen. Per exemplaar kon dit verschijnsel wat variëren.<ref>Grine F.E. & Daegling D.J. 1993. "New mandible of ''Paranthropus robustus'' from Member 1, Swartkrans Formation, South Africa". ''Journal of Human Evolu tion'' '''24''': 319–333</ref> De robuuste groei werd vrij lang doorgezet, slechts langzaam vertragend vergeleken met moderne mensen. Desalniettemin vond de meeste verdikking op jonge leeftijd plaats. Er zijn geen aanwijzingen voor een groeispurt in de puberteit. Het kan zijn dat het relatief verticale gezicht veroorzaakt wordt doordat de opgaande tak van de kaak de achterkant van de schedel naar boven doet roteren.<ref>Dean M.C. 1988. "Growth processes in the cranial base of hominoids and their bearing on morphological similarities that exist in the cranial base of ''Homo'' and ''Paranthropus''. In: Grine F.E, editor. ''Evolutionary history of the “robust” australopithecines''. New York: Transaction Publishers. p 107–112</ref><ref>Cofran, Z. 2014. "Mandibular development in ''Australopithecus robustus''". ''American Journal of Physical Anthropology''. '''154 '''(3): 436–446</ref>
 
Gezien het verschil in grootte is het duidelijk dat de kiezen snel en de voortanden langzamer gegroeid moeten hebben.<ref>Dean M.C. 1988. "Growth of teeth and development of the dentition in ''Paranthropus'''. In: Grine F.E., editor. ''Evolutionary history of the “robust” australopithecines''. New York: