Industrieel reserveleger: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
StrepuBot (overleg | bijdragen)
k blockquote dubbel; ook aanwezig in sjabloon Cquote
Regel 12:
 
== In ''Het kapitaal'' ==
Marx behandelt de vorming van industriële reservelegers in hoofdstuk 2523 van het eerste deel van [[Het Kapitaal|''Das Kapital'']], dat hij twintig jaar later, in 1867, publiceert. Dit hoofdstuk behandelt de [[kapitaalaccumulatie]] en is een van de weinige in deel één waarin Marx [[vraag en aanbod]] behandelt, specifiek in de context van de [[arbeidsmarkt]] en de loonvorming.
 
In dit hoofdstuk stelt Marx dat naarmate de kapitalistische productiewijze zich ontwikkelt, deze de neiging heeft steeds [[Kapitaalintensiteit|kapitaalintensiever]] zal worden: doordat kapitaal geconcentreerd raakt in steeds grotere firma's en samenwerkingsverbanden daarvan, is er steeds meer kapitaal op zoek naar [[Winst (onderneming)|winst]] en ontstaat tegelijk ruimte voor grote investeringen in technologie. Voor winst is het kapitaal echter afhankelijk van de productie van [[Meerwaarde (Marx)|meerwaarde]] door (onbetaald) overwerk, en deze kan alleen door [[Arbeid (economie)|arbeid]] geleverd worden. Hier ontstaat een tegenstelling: meer vraag naar arbeid zal de prijs hiervan opdrijven, dus heeft de individuele kapitalist die zijn kapitaalintensiteit verhoogt een [[concurrentievoordeel]]. De andere kapitalisten zullen gedwongen zijn dit voorbeeld te volgen. Lukt dit niet, dan vallen zij ten prooi aan verdere overnames.
Regel 25:
 
{{Appendix}}
 
==Externe links==
* [https://www.marxists.org/nederlands/marx-engels/1849/1849loonarbeid.htm Karl Marx, ''Loonarbeid en kapitaal'' (1849)]