Charles Van Hoorebeke: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k #add_Authority_control |
|||
Regel 6:
Van Hoorebeke was conservator van de natuurhistorische collectie van de Gentse Universiteit, waar hij zelf ook handgeschreven [[herbarium|herbaria]] aanlegde en indiende bij wedstrijden uitgeschreven door de Société d'Agriculture et de Botanique.<ref>Tussen Kunst en Kennis</ref> De herbaria werden anoniem ingediend en moesten wilde planten bevatten uit respectievelijk het arrondissement Gent, Oudenaarde, Dendermonde en Eeklo. Hij werd hierdoor viermaal laureaat, in 1814, 1815, 1817 en 1819.<ref name="Stagerapport 1992">Stagerapport (1992) Gepubliceerd in Bossen van Vlaanderen : een historische ecologie / Guido Tack, Paul Van Den Bremt, Martin Hermy , Leuven, Davidsfonds 1993</ref> De Société is nog altijd actief in Gent onder de naam [[Koninklijke Maatschappij voor Landbouw en Plantkunde]] en organiseert onder andere de vierjaarlijkse [[Gentse Floraliën]].
Rond 1818 tot zijn overlijden was Van Hoorebeke een van de zestien bedienden van de Gentse Universiteit. Deze bedienden stonden de hoogleraren bij die aan 190 studenten lesgaven.<ref>Het verleden van de RUG’, nr 32, 1992</ref> Daarnaast was hij ook conservator van het fysisch en mineralogisch kabinet.<ref>Michils, De geschiedenis van de Gentse plantentuin</ref> Als
In een naamlijst van Gentenaren uit 1829 wordt hij ook beschreven als artsenij-, kruid-, natuur- en scheikundige.<ref name="Schellinck T. 1829"/> Een oudere bron vermeldt hem als een van de directeurs en hoofdtuinier van de Plantentuin en apotheker in Oudburg, Gent.<ref>Vander Schueren. (1820) Nieuwen utilen almanach en wegwyzer der stad Gend, in 't bezonder, en van het Departement der Schelde in het algemeyn ofte den getrouwen wegwyzer der commune van Gend</ref>
| |||