Groninger Veenkoloniën: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 33:
De stad had weinig belang bij een grootschalige exploitatie in Drenthe omdat daar een prijsdrukkend effect van werd verwacht. Maar als er wel in Drenthe turf gewonnen zou worden wilde de stad zeker stellen dat deze via [[Groningen (stad)|Groningen]] verscheept zou worden. De meeste [[kanaal (waterweg)|kanalen]] in het veengebied waren eigendom van de stad, maar het [[Bovendiep]] in [[Veendam (plaats)|Veendam]] en [[Wildervank]] vormde daarop een uitzondering. Dat diep liep tot [[Bareveld]]. Met de nodige manipulatie wist het stadsbestuur ''Huize Bareveld'' te verwerven en daarmee plannen om via het Bovendiep een route naar de Drentse venen aan te leggen effectief te blokkeren.
 
Het blokkeren van de route via het Bovendiep creëerde tegelijkertijd ook een probleem voor de stad. In het zuidoosten van de provincie lagen nog grote te ontginnen gebieden. Om die te ontsluiten was de stad begonnen met de aanleg in 1765 van het kanaal [[Stadskanaal (kanaal)|Stadskanaalkanaal van de Stad]] tussen Bareveld en [[Ter Apel]]. De stedelijke regenten wilden dit nieuwe kanaal aansluiten op het [[Kieldiep]], maar dan diende er bij Bareveld een verbinding gemaakt te worden. Die verbinding zou dan tevens het Bovendiep aansluiten. De oplossing werd uiteindelijk gevonden in [[Drenthe]], waar [[Lambartus Grevijlink]] doende was met de ontginning van de [[Annerveenschekanaal|Anner venen]]. Met hem werd overeenstemming bereikt over een verbinding via het [[Grevelingskanaal|diep]] door de Anner venen dat aangesloten werd op het Kieldiep. Het kanaal van de Stad eindigde bij het voormalige [[klooster (gebouw)|klooster]] van [[Ter Apel]], dat met de omliggende veengebieden sinds de Reductie eigendom was van de stad Groningen. Het 38 km lange kanaal was voltooid in 1856.
 
==Stadsmeierrecht==