Gereformeerde Kerken in Nederland: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Scribent123 (overleg | bijdragen)
k Redactie/opmaak
Scribent123 (overleg | bijdragen)
k Redactie/aanvulling
Regel 93:
Het overgrote deel van deze kerk fuseerde op 17 juli 1892 met de Christelijke Gereformeerde tot de Gereformeerde Kerken in Nederland. Een klein deel van de Christelijke Gereformeerde Kerk bleef voortbestaan en heet sinds 1947 de [[Christelijke Gereformeerde Kerken]]).
 
=== '''Compromis omtrent 'doop en de wedergeboorte'. (1905)''' ===
Na de vereniging van 1892 bleek dat binnen het kerkverband wel enkele ingrijpende tegenstellingen waren omtrent 'doop en wedergeboorte'. In 1905 werd een compromis bereikt rondom de verschillende opvattingen omtrent 'doop en de wedergeboorte', <ref>[https://docs.google.com/viewer?a=v&pid=sites&srcid=ZGVmYXVsdGRvbWFpbnxjZ2duZGVsZnR8Z3g6MmVlOTgzZDEwOGZjMzZmOA Greijdanus, S. dr. de verklaring der synode van 1905 inzake het punt der veronderstelde wedergeboorte]</ref> maar ondanks dit compromis verloren de Gereformeerde Kerken wel steeds meer leden aan de [[Christelijke Gereformeerde Kerken|Christelijke Gereformeerden Kerk]] of de [[Gereformeerde Gemeenten]] uit zorg voor intellectualisering van het geloof of gemis aan bevinding.
 
Regel 135:
Tot aan de [[Tweede Wereldoorlog]] werden de Gereformeerde Kerken gekenmerkt door klassiek gereformeerde belijden met (in tegenstelling tot de bevindelijk gereformeerden) een rationalistisch karakter. Vooral het werk van [[Abraham Kuyper]] en [[Herman Bavinck]] zette een stempel op het kerkelijke leven en denken. Na de Tweede Wereldoorlog is - mede door de invloed van [[Karl Barth]] - de heersende positie van het klassiek gereformeerde belijden losgelaten. Karl Barth werd na de publicatie van zijn "Romerbrief" en ''Kirchliche Dogmatik'' met [[Augustinus van Hippo|Augustinus]], [[Maarten Luther|Luther]] en [[Calvijn]] op één lijn gezet als nieuwe reformator, omdat hij radicaal de [[natuurlijke theologie]] verwierp, zich alleen wilde baseren op de 'Zelfopenbaring Gods' en vooral zijn 'christologische concentratie'. Na de verschrikkingen van de [[Eerste Wereldoorlog|Eerste]] en [[Tweede Wereldoorlog]] meenden velen in zijn theologie nieuwe oplossingen te zien. De stem van Barth werd ervaren als 'een oprechte kreet uit de diepte'. De methode van Barth was die van de [[dialectische theologie]] (het is ja en nee). Zo was het mogelijk dat hij de Bijbel tegelijkertijd Gods Woord kon noemen, en anderzijds mensenwoord. "Hij spreekt door dat feilbare mensenwoord overal en altijd wanneer het Hem behaagt daardoor te spreken." De eerste hoofdstukken van de Bijbel zag Barth als een sage, die hij wilde onderscheiden van een mythe. Onder een mythe verstaat hij wat de geloofsdenkbeelden van de heidenen, die nadachten en fantaseerden over de goden en het ontstaan van de wereld. In de sage spreekt de fantasie van een ''openbaringsgetuige'' die gelooft in God, die onderscheiden is van de wereld. Hoewel de Bijbelse verhalen aangaande de schepping en val volgens Barth ook fantasie zijn, getuigen ze toch van de levende God en Zijn wereld. Barth verwierp tenslotte ook de predestinatieleer van Calvijn. Volgens hem heeft God ''ja'' gezegd in Christus tegen ''alle'' mensen. Christus is de grote Verkorene geweest en tegelijkertijd de Verworpene. Op de vraag hij dan gelooft in een ''alverzoening'' wilde Barth geen antwoord geven.
 
=== '''De ontwikkeling van het bolwerk van de gereformeerde orthodoxie naar een open pluriforme kerk''' ===
=== '''Doorgaande ontwikkelingen''' ===
Met name vanaf 1962 veranderde de kerk sterk van karakter en werd zij een open plurale kerk met veel ruimte en vrijheid. In 1971/1972 heeft de Synode van de Gereformeerde Kerken in Nederland de besluiten van de Synode van 1926 herroepen. In 1980 hebben de Gereformeerde Kerken het absolute gezag van de Bijbel over leer en leven nog meer losgelaten door de aanvaarding van het geruchtmakende rapport "''God met ons''". De Gereformeerde Kerken werden steeds meer pluriform. Deze ontwikkeling is vooral terug te vinden in het theologisch werk van Prof. Dr. [[Gerrit Cornelis Berkouwer]] (1903-1996) en Prof. Dr. [[Harry Kuitert|Harry M. Kuitert]] (1924-2017).
 
=== '''Herman Wiersinga en de klassiek gereformeerde verzoeningsleer (1976)''' ===
Golden de Gereformeerde Kerken in Nederland decennialang als een bolwerk van rechtzinnigheid; door bovengenoemde theologische ontwikkelingen staan zij binnen de [[gereformeerde gezindte]] vandaag de dag te boek als minst orthodoxe kerkverband onder de gereformeerde kerkgenootschappen.
in 1976 kregen de synode van de Gereformeerde Kerken in Nederland te maken met de visie van de theoloog [[Herman Wiersinga]] die kritiek uitte op de klassieke verzoeningsleer. Wiersinga nam afstand van de klassiek-gereformeerde leer dat Christus plaatsvervangend de toorn van God over de zonde heeft gedragen. Hij kon niets met deze bloedtheologie. De synode kwam tot een oordeel dat de oude gereformeerde verzoeningsleer als onderdeel van de belijdenis der kerk van een dergelijk wezenlijk belang is dat een tekort doen daaraan een een weerspreken daarvan niet toelaatbaar is, ook omdat daardoor de enigheid des geloofs een de eenheid van de kerk in gevaar gebracht wordt.
 
=== '''Rapport God met ons''' (1980) ===
In 1980 hebben de Gereformeerde Kerken het absolute gezag van de Bijbel over leer en leven nog meer losgelaten door de aanvaarding van het geruchtmakende rapport "''God met ons''".
 
De Gereformeerde Kerken werden steeds meer pluriform. Deze ontwikkeling is vooral terug te vinden in het theologisch werk van Prof. Dr. [[Gerrit Cornelis Berkouwer]] (1903-1996) en Prof. Dr. [[Harry Kuitert|Harry M. Kuitert]] (1924-2017).
 
{| width="100%"