Doopsgezinden: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
bron vervangen (ondersteunde het beweerde niet); foto van kerkgebouw achter rooilijn; stijl; links
→‎Tijdens de Republiek: directere links, schuilkerken
Regel 27:
 
===Tijdens de Republiek===
[[Bestand:Doopsgezinde kerk Sneek.jpg|thumb|De [[Doopsgezinde kerk (Sneek)|Doopsgezinde kerk]] te [[Sneek (stad)|Sneek]] staat achter de rooilijn]]
Tijdens de Republiek ontstonden vier hoofdrichtingen: Waterlanders, Friezen, Hoogduitsers en Vlamingen.<ref>{{aut|Knippenberg, H.}} (1992): ''De religieuze kaart van Nederland'' — Omvang en geografische spreiding van de godsdienstige gezindten vanaf de Reformatie tot heden, 302 p., (Assen:Van Gorcum). {{ISBN|9023226755}}</ref> De doopsgezinden werden, net als bijvoorbeeld de Joden en de katholieken 'gedoogd'. Ze waren er wel maar ze mochten hun geloof niet zichtbaar uitoefenen. DeDeze [[kerk (gebouw)|kerkschuilkerk]]gebouwen genoemd,en zijn daarom een eind van de [[rooilijn]] van een straat of weg af gebouwd. Soms zelfs zijn ze helemaal niet zichtbaar omdat ze achter de huizen midden in een bouwblok staan (bijvoorbeeld inde [[Doopsgezinde kerk (Grouw)|kerk in Grouw]], [[Grote Vermaning (Haarlem)|Haarlem]], [[Penninckhuis|Deventer]] en [[Doopsgezinde kerk (Joure)|Joure]]). Dat veel mennisten in deze tijd sterk gericht waren op een zuiver leven, blijkt uit de benaming die zij hun kerkgebouwen gaven: de [[vermaning (kerk)|vermaning]].
 
Doopsgezinden werden door de overheden, misschien ook als reactie op de afwerende menniste opstelling, uitgesloten van veel overheidsfuncties. Ook mochten zij geen lid zijn van de [[gilde (beroepsgroep)|gilden]]. Velen werkten daarom in de (geld)handel. In de [[Gouden Eeuw (Nederland)|gouden eeuw]] kwam waarschijnlijk daardoor een grote groep mennisten tot grote welvaart. De [[Vechtstreek]] boven [[Utrecht (stad)|Utrecht]] met zijn vele weelderige buitens werd ook wel de "Mennistenhemel" genoemd.