Politicologie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 2:
politicologie wordt gekenmerkt door haar substantiële interesse in de politiek in al haar vormen.<ref name="p7">Goodin, R.E. & H.-D. Klingemann "Political Science: The Discipline" In: Goodin, R.E. & H.-D. Klingemann (eds.) ''A New Handbook of Political Science" p. 7</ref> De politicologie kent niet één, exclusieve methode of dominante theoretische benadering:<ref>Tromp, B. (1995) ''De Wetenschap der Politiek. Verkenningen'', p. ix</ref> in methodologisch en theoretisch opzicht is de politicologie pluralistisch.<ref>Goodin, R.E. & H.-D. Klingemann "Political Science: The Discipline" In: Goodin, R.E. & H.-D. Klingemann (eds.) ''A New Handbook of Political Science" p. 7; Almond, G.A. "Political Science: The History of the Discipline" In: Goodin, R.E. & H.-D. Klingemann (eds.) ''A New Handbook of Political Science" p. 89; Stoker, G. & D. Marsh (2010) "Introduction" In: Marsh, D. & G. Stoker 'Theory and Methods in Political Science, p. 11'</ref> Er zijn verschillende theoretische benaderingen, bijvoorbeeld de politieke [[psychologie]], de [[rationelekeuzetheorie]] en het [[institutionalisme]]. Deze benaderingen worden door politicologen naast elkaar gebruikt; ze worden soms door onderzoekers geïntegreerd, soms staan de benaderingen in academische debatten tegenover elkaar. Politicologen passen verschillende methoden toe, met name ''kwalitatieve'' onderzoeksmethoden, zoals casusonderzoek, en ''[[kwantitatief|kwantitatieve]]'' onderzoeksmethoden, bijvoorbeeld [[statistiek]] en [[experiment]]en.
 
Een van de redenen voor het pluralisme in de politicologie is dat de precieze definitie van wat het begrip 'politiek' inhoudt omstreden is.<ref>Tromp, B. (1995) ''De Wetenschap der Politiek. Verkenningen'', p. 6</ref> Er zijn grofweg twee benaderingen van het begrip 'politiek'. De eerste bedoelt met 'politiek' de [[organisatie|instituties]] van de [[overheid]]; politicologie is dan de studie van deze instituties.<ref>Stoker, G. & D. Marsh (2010) "Introduction" In: Marsh, D. & G. Stoker 'Theory and Methods in Political Science'; Tromp, B. (1995) ''De Wetenschap der Politiek. Verkenningen'', p. 1</ref> De tweede benadering ziet politiek als het gebruik van [[macht (politiek)|macht]] van mensen over andere mensen;<ref name="p7" /> daarmee is de politicologie de studie van "de gebruikte technieken voor het uitoefenen van sociale macht"<ref name="p7" />, en beperkt haar onderzoeksgebied zich niet slechts tot de overheid, maar strekt dit zich uit over alle [[maatschappij|sociale]] domeinen waar macht wordt uitgeoefend.
 
Politicologen lenen methoden, theorieën en begrippen uit andere disciplines als de [[sociologie]], [[psychologie]], [[economie]], [[filosofie]],<ref>Dogan, M. "Political Science and the Other Social Sciences" In: Goodin, R.E. & H.-D. Klingemann (eds.) ''A New Handbook of Political Science" p. 103</ref> [[Rechtsgeleerdheid|rechten]] en het vakgebied van de [[geschiedenis]]. De scheidslijnen tussen deze disciplines en de politicologie zijn niet scherp gedefinieerd. In de grensgebieden tussen deze disciplines en de politicologie liggen subdisciplines als de politieke sociologie, politieke psychologie, [[politieke economie]], [[politieke filosofie]],<ref>Dogan, M. "Political Science and the Other Social Sciences" In: Goodin, R.E. & H.-D. Klingemann (eds.) ''A New Handbook of Political Science" p. 110-115</ref> [[staatsrecht]] en [[politieke geschiedenis]]. Aan onderzoek op ieder van deze [[interdisciplinair]]e gebieden dragen steeds onderzoekers van beide disciplines bij. In Nederland geldt daarnaast dat het vakgebied der politicologie organisatorisch gescheiden is van dat van de [[bestuurskunde]]. Daarbij richt de bestuurskunde zich op het [[openbaar bestuur]] in algemene zin, terwijl de politicologie zich meer richt op de klassieke politieke instituties.