Slavernij: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
ExposeMyStupidity (overleg | bijdragen)
Gekunsteld taalgebruik
Regel 18:
 
== Typen ==
Slavernij bestaat in verschillende vormen en gradaties, waarin het [[zelfbeschikkingsrecht]] in meer of mindere mate beperkt wordt. Wanneer men onvrijwillig slaaf is gemaakt, is er sprake van mensenroof. Het verkopen van tot slaven gemaakte mensen, eventueel op een slavenmarkt, aan andere eigenaren wordt [[slavenhandel]] genoemd. Slavenjacht verwijst naar het tot slaaf maken van [[krijgsgevangene]]n en burgers van overwonnen volkeren voor eigen gebruik of verkoop.
 
* [[Schuldslavernij]] ontstaat veelal nadat een [[Schuld (debet)|schuld]] is opgebouwd die niet tijdig afbetaald kan worden. Hierbij hield men in enige mate een zelfbeschikkingsrecht en herkreeg men normaal gesproken na enige tijd de vrijheid. Soms gold dit echter voor het leven, waarbij eventuele overgebleven schulden door volgende generaties worden geërfd, die daardoor ook slaaf worden. Dit kwam door de geschiedenis vooral voor onder landbouwvolkeren.<ref name="Encartaintro" /> Ook misdadigers of andersgelovigen konden bij wijze van boetedoening tot slaaf gemaakt worden.<ref name="Encarta2" />
* [[Bezitsslavernij]] (''chattel slavery'') is een vorm waarbij de mens als [[Eigendom|bezit]] wordt gezien en waarbij de eigenaar een vrijwel onbeperkte macht heeft. Dit gaat veelal gepaard met een sterke mate van [[ontmenselijking]]. Zo was het (in Suriname) gebruikelijk dat tot slaven gemaakte mensen niet mochten trouwen.<ref>{{Citeer persbericht |url= |formaat= krant |titel=Op zoek naar afkomst in Surinaamse slavenregisters |uitgever=''Algemeen Dagblad'' |taal= |citaat=een verbod werd opgelegd om te trouwen, zoals toen structureel gebruikelijk was |datum=2018-07-04}}</ref> Deze vorm van slavernij kwam al voor in de tijd van de eerste Egyptische dynastieën en was gemeengoed in de antieke tijden. Vooral ten tijde van het Romeinse keizerrijk nam het percentage tot slaven gemaakte mensen enorme proporties aan. In sommige Romeinse regio's kon het percentage tot slaven gemaakte mensen wel 90% bedragen. In de middeleeuwen nam deze vorm van slavernij in Europa af maar in het Midden-Oosten en Afrika werden grote groepen mensen tot slaaf gemaakt door lokale leiders of door Arabische handelaren. Bekend is dat 40% van de bevolking van het koninkrijk Mali op den duur onder slavernij viel. Europese handelaren ontdekten dat de tot slaaf gemaakten uit deze regio's goede werkkrachten waren. Zo startte een weelderige slavenhandel tussen de Afrikaanse Leiders en Europese handelaren. Deze vorm van slavernij is vanaf de 19e eeuw in vrijwel de gehele wereld verboden geworden.<ref>Dick Harrison, ''De geschiedenis van de slavernij: Van Mesopotamië tot moderne mensenhandel''. Omniboek, 2019.</ref> In landen als Mali, Mauritanië en Guinee is deze slavernij nog veel te vinden. Zo schatte [[Biram Dah Abeid]], de leider van de Mauritaanse antislavernijbeweging, in 2017 dat het aantal tot slaven gemaakte mensen in Mauritanië 20% van de bevolking uitmaakte.<ref>{{Citeer web|url=https://www.amnesty.nl/wordt-vervolgd/mauritanie-kent-nog-altijd-een-middeleeuwse-vorm-van-slavernij|titel=mauritanie kent nog altijd een middeleeuwse vorm van slavernij 13-06-2020|bezochtdatum=13-06-2020|auteur=|achternaam=|voornaam=|datum=|uitgever=|taal=}}</ref>
* [[Seksuele slavernij]] verwijst naar de situatie dat mensen, vooral [[vrouw]]en, [[seksualiteit|seksueel]] worden uitgebuit voor het persoonlijk genot of het financieel gewin van de eigenaren. Deze vorm van slavernij komt vaak voort uit [[mensenhandel]] (niet te verwarren met [[mensensmokkel]], hoewel dit kan uitdraaien op mensenhandel) en wordt ook wel gedwongen prostitutie genoemd (niet te verwarren met vrijwillige [[prostitutie]], hoewel dit kan uitdraaien op gedwongen prostitutie).
 
Regel 27:
 
== Religie ==
Meerdere [[religie]]s zijn dubbelzinnig over slavernij. Verscheidene passages in [[heilig boek|heilige geschriften]] keuren slavernij goed, moedigen ertoe aan of reguleren het bezit, de behandeling van en/of de handel in tot slaven gemaakte mensen, andere passages daarentegen veroordelen slavernij impliciet of expliciet naargelang de omstandigheden. Het kwam en komt voor dat aanhangers van religies zich op verschillende of zelfs dezelfde passages in hetzelfde heilige boek baseren om te pleiten voor zowel invoering, verruiming dan wel handhaving van slavernij als vermindering of afschaffing en het verbieden ervan.
 
=== Jodendom ===
De [[Thora]] geeft uitvoerige regels voor het behandelen van tot slaven gemaakte mensen. Het is verboden om [[Israëlieten]] voor altijd in slavernij te houden ([[Exodus (boek)|Exodus]] 21:2), de verkoop van dochters als slavinnen wordt gereguleerd (Exodus 21:7-11) en het roven van Israëlieten om hen als slaaf te verkopen met de dood bestraft ([[Deuteronomium]] 24:7). Tot slaven gemaakte mensen uit omringende volkeren kunnen wel worden gekocht. Deze niet-Israëlitische tot slaven gemaakte mensen waren dan voor altijd eigendom van de koper en konden als erfelijk bezit worden overgedragen aan het nageslacht (Leviticus 25:44-46).
 
=== Christendom ===
In het [[Nieuwe Testament]] wordt slavernij veroordeeld noch verdedigd, wel zijn er verscheidene passages waarin duidelijk wordt gemaakt dat tot slaven gemaakte mensen en vrijen voor God gelijk zijn. Maar weggelopen tot slaven gemaakte mensen werden op bepaalde plaatsen in bepaalde tijden [[anathema|vervloekt]] en de toegang tot de [[Heilige Communie]] of het [[Heilig Avondmaal]] geweigerd.<ref>''Infallibility on Trial'' Christian Classics, Luis M. Bermejo, 1992, p. 313, {{ISBN|0-87061-190-9}}</ref> [[Jezus (traditioneel-christelijk)|Jezus]] geeft in het Nieuwe Testament verschillende [[parabel]]s waarin gesproken wordt over tot slaven gemaakte mensen en meesters, maar keurt slavernij niet expliciet af. De meeste verzen in het Nieuwe Testament waarin de slaaf direct genoemd wordt geven aan dat deze zich moet schikken in zijn lot en gehoorzaam moet zijn aan de meester (Lucas 12:47, 1 Timoteüs 6:1, Titus 2:9-10, Efeziers 6:5, 1 Petrus 2:18-19).
 
In bepaalde perioden meende men wel in het [[Oude Testament]] een rechtvaardiging voor het nemen en houden van tot slaven gemaakte mensen te zien. Zo dacht men bijvoorbeeld dat de vervloeking van [[Kanaän (persoon)|Kanaän]] (Genesis 9:25-27) betekende dat de zwarte Afrikaanse bevolking voor de slavernij bestemd was.
 
Vanaf de 15e eeuw waren er verscheidene [[paus (hoofdbetekenis)|pausen]] die slavernij veroordeelden. De pauselijke bul [[Sicut Dudum]], alsmede onder meer de door [[paus Paulus III]] uitgegeven bul [[Sublimus Deus]] (1537) veroordelen ondubbelzinnig de slavernij. [[Paus Pius II]] (1458-1464) betitelde slavernij als een ''magnum scelus'' (grote misdaad).
Regel 44:
In het verleden hebben de voornaamste [[Madhhab|islamitische rechtsscholen]] traditiegetrouw hun fiat gegeven aan de slavernij.<ref name="Lewis">Lewis 1994, [http://www.fordham.edu/halsall/med/lewis1.html Ch.1]</ref> De islamitische profeet Mohammed en vele van zijn metgezellen kochten, verkochten en maakten slaven.
 
In [[soera De Stad]] worden moslims aangemoedigd tot slaven gemaakte mensen te bevrijden en kan het vrijlaten van een slaaf als boetedoening dienen.
 
In [[Sharia|islamitische wetgeving]] komt het onderwerp slavernij ruim aan bod.<ref name="Lewis" /> De [[Koran]] (het heilige boek) en de [[Hadith]] (de overgeleverde uitspraken van Mohammed) zien slavernij als een buitengewone toestand waarin men onder bepaalde omstandigheden kan belanden.<ref name="eois">Brunschvig. 'Abd; ''Encyclopedia of Islam''</ref> Alleen kinderen van tot slaven gemaakte mensen of niet-islamitische krijgsgevangen konden slaven worden, nooit een als vrij man geboren moslim.<ref>Du Pasquier, Roger, ''Unveiling Islam'', p. 67</ref> Ze beschouwen de vrijlating van een slaaf ook als een van de daden waarmee zonden kunnen worden uitgewist.<ref name="gordon">Gordon 1987, page 40.</ref> Volgens de ''sharia'' worden slaven beschouwd als mensen, die op grond van die staat bepaalde rechten hebben. Bovendien is een moslimslaaf wat religieuze zaken betreft gelijk aan een vrije moslim en staat boven een vrije niet-moslim.<ref>Martin (2005), p. 150-151; Clarence-Smith (2006), p. 2</ref>
 
== Geschiedenis ==
Slavernij bestaat minstens zo lang als de [[geschiedschrijving]].<ref>[https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/30/de-geschiedenis-van-het-kwaad-dat-slavernij-heet-a3978400 De geschiedenis van het kwaad dat slavernij heet]</ref> Het [[oude Egypte]], het [[oude Griekenland]], het [[oude Rome]], maar ook modernere [[Afrika (hoofdbetekenis)|Afrikaanse]], [[Amerika (continent)|Amerikaanse]], [[Arabische wereld|Arabische]] en [[Azië|Aziatische]] [[Cultuur|culturen]] maakten en maken veelvuldig gebruik van slavenarbeid. Slavernij kwam ook in de [[Chinees Keizerrijk|Chinese]], [[India|Indische]] en [[Nieuwe Wereld|Amerikaanse]] [[indianen]]culturen voor.
 
Er waren wel verschillen tussen de diverse vormen van slavernij. Slavernij kwam voor als gedwongen dienstverlening zoals huishoudelijk werk, dienst in het leger en zware arbeid, maar werd ook als [[straf]] opgelegd om bijvoorbeeld [[schulden]] af te lossen. Soms kregen tot slaven gemaakte mensen loon, soms kost en inwoning. Essentieel aan slavernij is echter dat mensen door anderen, zonder dat ze daartoe de vrije keuze hebben, worden verplicht werk te verrichten. Een slaaf werkte meestal vanaf zeer jonge leeftijd of gevangenneming tot aan zijn dood voor zijn eigenaar, maar in veel culturen was dit een tijdelijk onderdeel van iemands leven. In sommige culturen kon een slaaf zijn vrijheid verdienen of kopen.
 
=== Oudheid ===
Regel 60:
In het oude [[India]] en het oude [[Chinese keizerrijk|China]] bestond de grote massa der bevolking uit in naam vrije boeren, maar hun positie verschilde vaak niet of nauwelijks van die van [[horigen]].{{Bron?|Dit is nogal een brede uitspraak voor twee landen met een lange, gevarieerde geschiedenis, en een grote geografische verspreiding met dito verschillen.|2019|09|24}}
 
In China bestond er ook slavernij in de engere zin van het woord. Tijdens de [[Han-dynastie]] (207 v.Chr.-220 n.Chr.) konden inwoners van naburige koninkrijken bijvoorbeeld slaaf worden wanneer ze [[krijgsgevangene|in een gevecht gevangen]] waren genomen en vervolgens slaaf gemaakt waren. Ook Chinezen zelf konden destijds slaaf worden, bijvoorbeeld door [[schuldslavernij]] of door een veroordeling tot [[dwangarbeid]] als straf voor een misdaad. Deze slavernij hoefde niet permanent te zijn; een slaaf kon zich ook vrij kopen. Naar schatting was 1% van de bevolking tijdens de Han slaaf.<ref>{{aut|Hansen, Valerie}}, ''The open empire. A history of China to 1600'' (New York/Londen 2000) 131-132. W. W. Norton & Company. {{ISBN|0-393-97374-3}}</ref> Deze tot slaven gemaakte mensen werkten niet zozeer op het land, maar vooral als [[bediende|dienstpersoneel]]. [[Wang Mang]], die tussen de Westelijke en Oostelijke Han-dynastieën kortstondig een eigen dynastie oprichtte, stelde een verbod in op het houden van tot slaven gemaakte mensen.<ref>{{aut|ter Haar, Barend J.}}, ''Het hemels mandaat. De geschiedenis van het Chinese keizerrijk'' (Amsterdam University Press 2013 (2009)) 70.</ref> Ook tijdens latere dynastieën, zoals de [[Noordelijke Wei-dynastie|Noordelijke Wei]] en de [[Tang-dynastie|Tang]], kwam slavernij voor. Uit een [[volkstelling]] uit 1183 blijkt dat er onder de [[Jin-dynastie (1115-1234)|Jin-dynastie]], een niet-Chinese dynastie die over het noorden van China heerste, 27.000 tot slaven gemaakte mensen in het bezit waren van leden van de keizerlijke clan, wat neerkomt op gemiddeld 163 tot slaven gemaakte mensen per huishouden uit die clan.<ref>{{aut|Hansen, Valerie}} (2000) 177-178, 198, 322</ref>
 
==== Egypte ====
Vroeger dacht men dat de Egyptische [[Piramide (bouwwerk)|piramide]]n door massale inzet van tot slaven gemaakte mensen gebouwd werden. Archeologisch onderzoek heeft aanwijzingen gevonden dat dit voornamelijk door de Egyptische boeren, arbeiders en bewoners zelf werd gedaan als [[herendienst]] aan de [[farao]] op tijdstippen dat het land niet bewerkt kon worden (tijdens de periodieke Nijloverstromingen die het land door vers slib verbeterden).
 
==== Grieken en Romeinen ====
Regel 69:
{{Zie hoofdartikel|Slavernij in het oude Griekenland}}
{{Zie hoofdartikel|Slavernij in het oude Rome}}
Hoewel slavernij bij (vrijwel) alle culturen in de oudheid voorkwam, waren het vooral de [[Grieken]] en [[Romeinse Rijk|Romeinen]] die op grote schaal hiervan gebruik maakten. In de meeste culturen werden tot slaven gemaakte mensen vooral in de huishouding van rijke mensen gehouden en waren ze betrekkelijk gering in aantal. Alleen na oorlogen zwol hun aantal sterk aan, wanneer de verslagenen door een overwinnend leger in slavernij werden weggevoerd. Tijdens de grote uitbreidingsoorlogen van de late [[Romeinse Republiek]] maakten zij grote aantallen mensen tot slaaf. Deze werden overal tewerkgesteld waar veel mankracht nodig was, zoals in de landbouw, mijnbouw en grote constructiewerken. De vaak verkondigde voorstelling dat in de Griekse en Romeinse samenleving tot slaven gemaakte mensen de grote meerderheid der bevolking uitmaakten is echter beslist overdreven. Soms speelden tot slaven gemaakte mensen voor ons onverwachte rollen: zo bestond de ordehandhaving in [[Oude Athene|Athene]] uit [[Scythen|Scythische]] tot slaven gemaakte mensen. Bij de Grieken en Romeinen kwam het regelmatig voor dat tot slaven gemaakte mensen zichzelf vrijkochten of dat ze door hun eigenaar werden vrijgemaakt. Ook was het gebruikelijk dat een eigenaar bij zijn overlijden een gedeelte van zijn tot slaven gemaakte mensen per [[Testament (akte)|testament]] vrijmaakte. Het aantal [[Libertus (Rome)|vrijgemaakten]], in met name de stad [[Rome (stad)|Rome]] zelf, groeide hierdoor zozeer dat keizers als [[Imperator Caesar Augustus|Augustus]] beperkingen invoerden op het vrijmaken van slaven door hun eigenaar, omdat vrijwel nooit werd voorzien in een verder middel van bestaan voor de betreffende ex-slaven.
 
In de [[Romeinse Rijk|Romeinse Keizertijd]], toen de grote veroveringsoorlogen waren opgehouden, begon de aanvoer van nieuw tot slaven gemaakte mensen te stokken. De grondbezitters gingen toen bevorderen dat de tot slaven gemaakte mensen op hun plantages een [[gezin]] konden stichten (''servi casati'' – slaven met een eigen huishouding), zodat de slaven[[bevolking|populatie]] langs natuurlijke weg in stand kon worden gehouden. Tegelijk was een groot deel van de voorheen vrije boeren, de ''coloni'', langzamerhand in een soort [[horigheid]] vervallen. Een gebruik dat door hun opvolgers zoals de [[Franken (volk)|Franken]], [[Goten]] en [[Vandalen]] werd overgenomen. Op den duur zou het onderscheid tussen ''servi casati'' en ''coloni'' grotendeels verdwijnen.
 
Zowel in de Griekse als de Romeinse cultuur rezen incidenteel wel bedenkingen tegen de slavernij. Met name de [[cynici]], die al een soort [[wereldburger|wereldburgerschap]] voorstonden en meer impliciet radicale gelijkheidsideeën aanhingen, stonden er kritisch tegenover, echter zonder duidelijk begrippenapparaat met termen als vrijheid en gelijkheid. Van [[Dio Chrysostomus|Dio]] is een geschrift bekend over slavernij.<ref>William D. Desmond ''Cynics'', p. 97-98]</ref> [[Diogenes van Sinope]], die zelf volgens een van de vele [[apocrief|apocriefe]] verhalen over hem ooit door zeerovers als slaaf verkocht was, zou evenals diverse andere filosofen van zijn tijd ook een geschrift hebben gewijd aan de staatsinrichting en de maatschappelijke orde, ''Politeia'', waarvan de tekst echter niet is overgeleverd en dus evenmin een duidelijk standpunt over dat onderwerp.
Regel 78:
 
==== Mesopotamië ====
Ook in Mesopotamië bestond slavernij, maar er waren wel bepaalde regels. Zo konden tot slaven gemaakte mensen in de tijd van koning [[Apil-Sin]] hun vrijheid krijgen wanneer ze geadopteerd werden door een ouder echtpaar dat ze tot hun dood moest verzorgen. Daarna waren ze vrij.<ref>{{Aut|Basem El-Sharkaway}} (2009): ''The horizon: studies in Egyptology in honour of M.A. Nur El-Din'', p. 16</ref>
 
==== Slavernij in de Bijbelse geschiedenis ====
De [[Hebreeuwse Bijbel]] verhaalt vaak en uitvoerig over tot slaven gemaakte mensen, slavernij en slavenhandel.
 
De bijvrouw van [[Abraham (hoofdbetekenis)|Abraham]], [[Hagar]], was een Egyptische slavin die hem zijn eerste zoon, [[Ismaël]], schonk. Zijn achterkleinzoon [[Jozef (aartsvader)|Jozef]] werd als slaaf naar [[Oude Egypte|Egypte]] gevoerd. Het hele Israëlitische volk was in slavernij in [[Oude Egypte|Egypte]] geraakt, waaraan het kon ontsnappen onder leiding van [[Mozes (hoofdbetekenis)|Mozes]]. Dit wordt nog steeds herdacht met het joodse [[Pesach]]feest.
 
=== Europese middeleeuwen ===
Na de oudheid werden vooral onder de [[Slavische volkeren]], aan wie het woord 'slaaf' (Latijn: ''sclavus'') is ontleend, mensen tot slaaf gemaakt. Hun status was lager dan die van de [[horigheid|horigen]], die voortaan met het Latijnse woord ''servus'' werden geïdentificeerd (Nederlands: ''zerfs'', ''laten'' of ''liten'') en enkel aan hun grond gebonden waren en in een relatie van wederzijdse afhankelijkheid ten opzichte van hun heer stonden.<ref name="Encartahorigheid">'horigheid' in Encarta</ref> In de vroege middeleeuwen bleef slavernij wijdverbreid aanwezig, waarbij vooral Slavische bevolkingen in Oost-Europa tot slaaf werden gemaakt. Terwijl [[Verdun (Meuse)|Verdun]] omstreeks 800 nog een bloeiende internationale slavenmarkt had,<ref name="Encarta2">'slavernij §2. Middeleeuwen' in Encarta</ref> verschoof dit daarna meer naar het oosten, zoals [[Mainz]] en [[Praag]].<ref name="Onderscheids" /> Tussen 900 en 1300 nam het aantal tot slaven gemaakte mensen in Europa sterk af, vooral het aandeel Engelse en Slavische slaven.<ref name="Encarta2" /> Het onderscheid tussen de feodale [[lijfeigenschap]] en slavernij was in de praktijk vaak gering.
 
De [[Vikingen]] hadden slaven<ref>[https://books.google.nl/books?id=_F0pt88TYQUC&pg=PA57&lpg=PA57&dq=Slaven+Vikings&source=bl&ots=R8_0Ue1ThS&sig=2NP0kozSDML0h5dxev3HErbhzfY&hl=nl&sa=X&ved=0ahUKEwj3tMSy35LRAhUCcVAKHZtMAo8Q6AEIRjAH#v=onepage&q=Slaven%20Vikings&f=false De Viking vriend en vijand, Peeters]</ref> en tijdens hun rooftochten ontvoerden ze mensen en maakten die tot slaaf. In Engeland hielden de Vikingen een groot deel van het land bezet. Tot slaven gemaakte mensen waren een belangrijke minderheid in Engeland. Na de invasie door de Normandiërs in 1066, werden de meeste slaven vrijgelaten. In het [[Domesday Book]] werd het aantal slaven vermeld.<ref>The economist, 24 december 2016, Brentry, blad 32, eerste kolom, vrijwel onderaan.</ref>
 
Het is een misverstand dat de kerk het rekruteren van medechristenen tot slaven ontmoedigde. Voor de [[kerkvader]]s gold dat men slavernij aan de eigen [[Zonde|zondigheid]] te danken had. Wel werden slaven meer als mens beschouwd, weliswaar tweederangs mensen. Toch was dit een vooruitgang ten opzichte van de [[oude Rome|Romeinse Oudheid]] waarin de slaven die dwangarbeid verrichtten op latifundia of in de mijnen beschouwd werden als dieren of instrumenten (''instrumentum'' naar ''instrumentum vocale'', gereedschap met een stem). Ontwikkelde huisslaven werden in het oude Rome overigens wel goed behandeld en mochten soms onderwijs geven aan Romeinse kinderen.
 
Lang hield de kerk er een [[dubbele moraal]] op na. Enerzijds hielden kerkelijke instellingen zelf tot slaven gemaakte mensen en werd het als onvermijdelijk gezien, anderzijds werd ''[[Manumissie|manumissio]]'' — het vrijlaten van tot slaven gemaakte mensen — wel gezien als bijdragend aan de [[heilig]]heid.<ref name="Onderscheids" />
 
===Arabische kalifaten===
De Arabische slavenhandel was de handel in slaven in het Midden-Oosten en Noord- en Oost-Afrika, voornamelijk tussen 650 en 1900. Het grootste deel van die handel betrof zwarte Afrikanen, de [[Zanj]] met een Bantoe achtergrond, maar ook witte uit West-Europa en Zuid-Europa werden als slaaf verhandeld door onder meer Barbarijse zeerovers. Daarnaast werden er grote aantallen Slaven uit Oost-Europa verhandeld, de zogenaamde [[Saqaliba]].
 
De zwarte tot slaven gemaakte mensen waren voornamelijk Bantoe en kwamen vooral uit Oost-Afrika langs de Swahili kust en werden door Arabische handelaren door de Sahara en over de Rode Zee en de Indische Oceaan naar het Midden-Oosten vervoerd.
 
=== Ottomaanse rijk ===
Slavernij in het Ottomaanse Rijk vormde een legaal en belangrijk onderdeel van zowel de economie als de samenleving van het Rijk. In Constantinopel, de hoofdstad van het Rijk, bestond de bevolking van 1609 voor ongeveer een vijfde uit slaven. De slavernij van volkeren uit de Kaukasus werd in het begin van de 19e eeuw verboden, maar tot slaven gemaakte mensen uit andere bevolkingsgroepen bleven langer toegestaan. Zelfs na verschillende pogingen om de slavernij in de 19e eeuw af te schaffen, bleef de praktijk tot in de vroege 20e eeuw nagenoeg onaangedaan voortduren. Nog in 1908 werden er vrouwelijke tot slaven gemaakte mensen verkocht in het Ottomaanse Rijk. Seksuele exploitatie van deze vrouwen bleef gedurende de hele geschiedenis een centraal onderdeel van het Ottomaanse slavensysteem.
 
=== Westerse slavernij (ca. 1500–1900) ===
Regel 106:
[[Bestand:First Slave Auction 1655 Howard Pyle.jpg|thumb|Slavenmarkt in [[Nieuw-Amsterdam (Nieuw-Nederland)|Nieuw Amsterdam]] in 1655, 19e-eeuwse impressie]]
[[Bestand:Slavery in Brazil, by Jean-Baptiste Debret (1768-1848).jpg|thumb|Bestraffing van een slaaf met de [[Spaanse bok]] in postkoloniaal Brazilië (1834)]]
De [[trans-Atlantische slavenhandel]] bracht vooral zwarte Afrikanen naar Noord- en Zuid-Amerika. In Afrika werden de tot slaven gemaakte mensen aangeboden door lokale leiders die onder meer mensen tot slaven maakten in verschillende oorlogen. In plaats van deze tot slaven gemaakte mensen zich dood te laten werken, ceremonieel te doden of aan Arabische handelaren te verkopen zoals voorheen, bleek het lucratiever om hen aan de Europeanen te verkopen.<ref>{{Citeer web|url=https://historiek.net/waar-haalden-nederlanders-hun-slaven-vandaan/90007/|werk=Historiek.net|titel=Waar haalden Nederlanders hun slaven vandaan?|auteur=Piet Emmer}}</ref> Zo werden vanuit [[Elmina]] in Ghana 2000 tot slaven gemaakte mensen per jaar naar het Amerikaanse continent verscheept. Daar werden zij op [[plantage (hoofdbetekenis)|plantages]] tewerkgesteld. Hoewel slavenhandel in Afrika al bestond voordat de Europeanen zich hierin mengden, was de schaal waarop dit plaatsvond daarna aanmerkelijk groter. Waar de eerdere aantallen niet onaanzienlijk waren, was de [[Demografie|demografische]] invloed beperkt en veranderden samenlevingen er niet wezenlijk door. Dit veranderde met de Atlantische slavenhandel. Politiek was de invloed ook groot. Het bracht een militarisering van de Afrikaanse samenlevingen op gang die leidde tot [[staatsvorming]] waarbij agressieve staten als [[Ashanti (voormalig land)|Ashanti]] en [[Koninkrijk Dahomey|Dahomey]] in het voordeel waren, terwijl volken als de [[Yoruba (volk)|Yoruba]], [[Koninkrijk Benin|Benin]] en de [[Mossi (koninkrijk)|Mossi]] uiteindelijk in een neergang bracht. Economisch stimuleerde het kortetermijnoplossingen, terwijl het op sociaal vlak tot verdeling leidde, waarbij tot op heden bekend is welke voorouders slavenjagers waren.
 
Zwarte mensen werden hierbij systematisch [[Ontmenselijking|ontmenselijkt]], als minderwaardig en dierlijk neergezet en behandeld.<ref>{{aut|Erik Enge|Enge, E.}} (2015): ''Dehumanization as the Central Prerequisite for Slavery'', GRIN</ref> Ontmenselijking was een belangrijke factor in de [[trans-Atlantische slavenhandel]]. Aanvankelijk werd [[rechtvaardiging]] daarvan onder meer gezocht in de [[Bijbel (christendom)|Bijbel]], waar in [[Genesis (boek)|Genesis]] 9 de nakomelingen van [[Cham (persoon)|Cham]] – [[Maarten Luther]] stelde dat Cham de stamvader was van alle [[kleurling]]en – tot slavernij vervloekt worden. Later werd echter vooral rechtvaardiging gevonden door de slachtoffers neer te zetten als inferieur en barbaars, daarmee belangrijk bijdragend tot de ontwikkeling van [[racisme]].
Regel 112:
Het eerste Europese verzet tegen slavernij, en dan vooral slavenhandel, kwam in de 17e eeuw van bepaalde protestantse-christelijke groeperingen, vooral de [[quakers]] en de [[mennonieten]]. In de 18e eeuw maakten het [[Piëtisme (kerkgeschiedenis)|piëtisme]] en de [[Verlichting (stroming)|Verlichting]] de strijd tegen de slavernij algemeen.<ref name="Encarta4">'slavernij §4. De strijd tegen de slavernij' in Encarta</ref> Verscheidene Europese koloniën in Noord- en Zuid-Amerika die zich tussen 1770 en 1900 onder leiding van kolonisten van Europese afkomst onafhankelijk maakten van hun Europese moederlanden, handhaafden de slavernij. Dit was niet het geval voor koloniën die onder leiding van niet-kolonisten zich vrij maakten zoals [[Haïti]], waar een [[Haïtiaanse Revolutie|succesvolle zwarte slavenopstand]] (1791-1804) tot de gelijktijdige dekolonisatie ten opzichte van Frankrijk en afschaffing van slavernij leidde.
 
Het verzet tegen slavernij, [[Abolitionisme (slavernij)|abolitionisme]], nam in Europese landen en hun Amerikaanse ex-koloniën langzaam toe vanaf het einde van de achttiende eeuw: eerst werd het bezitten van (niet-Europese) mensen in Europa zelf verboden, al werd dit verbod zelden gehandhaafd. De Franse revolutionairen schaften de slavernij in 1794 af, maar voerden hem acht jaar later opnieuw in. Na de Napoleontische oorlogen werd de slavenhandel door het Britse Koninkrijk verboden en langzaam sloten andere Europese landen en (ex-)koloniën zich daarbij aan. Slavernij zelf werd echter ook zonder slavenhandel in stand gehouden, zoals in het Britse Rijk tot 1833, in Nederland tot 1863 en in de Verenigde Staten tot 1865. De weerstand tegen de afschaffing van de slavenhandel en slavernij was groot, vanwege zowel racisme als de grote hoeveelheden geld die met beide gemoeid was. Regeringen compenseerden de voormalige slaveneigenaren in bijna alle gevallen voor het bevrijden van de tot slaaf gemaakten. De Verenigde Staten vormen hierbij een uitzondering. De tot slaven gemaakte mensen zelf kregen niets, en werden vaak na het officiële einde van de slavernij alsnog gedwongen arbeid te verrichten.
 
Als eerste bracht historicus {{aut|Eric Williams (politicus)|Williams}} naar voren hoe de slavenhandel en slavernij had bijgedragen aan de Europese welvaart en expansie. In ''Capitalism and Slavery'' uit 1944 stelde hij dat slavernij een belangrijke bijdrage had geleverd aan het [[vroegkapitalisme]] en de [[industriële revolutie]] had gefinancierd. Williams ging ook in tegen het toen heersende idee dat het abolitionisme vooral voortkwam uit humanitaire overwegingen. Zo stelde hij dat als [[William Pitt de Jongere|Pitt]] succesvol was geweest in het veroveren van [[Saint-Domingue]], deze af zou hebben gezien van abolitie, aangezien Saint-Domingue – waar jaarlijks 40.000 tot slaven gemaakte mensen aangevoerd moesten worden om de [[suikerrietplantage]]s in bedrijf te houden – zonder deze mensen geen waarde zou hebben. Hij formuleerde hier wat bekend zou worden als de [[Williams-thesis]], de economische noodzaak van slavernij om de industriële revolutie mogelijk te maken, die vervolgens slavernij onrendabel zou maken:
:''The [[Handelskapitalisme|commercial capitalism]] of the eighteenth century developed the wealth of Europe by means of slavery and monopoly. But in so doing it helped to create the [[industrieel kapitalisme|industrial capitalism]] of the nineteenth century, which turned round and destroyed the power of commercial capitalism, slavery, and all its works. Without a grasp of these economic changes the history of the period is meaningless.''<ref>{{aut|Eric Williams (politicus)|Williams, E.E.}} (1944): ''Capitalism and Slavery'', Capricorn Books, p. 210</ref>
 
Regel 126:
Toen de Belgische gewesten in 1795 werden [[Franse tijd in België|ingelijfd bij Frankrijk]], was de slavernij in de Franse kolonies het jaar voordien net opgeheven. Het decreet werd weliswaar niet consequent afgedwongen en werd in 1802 zelfs weer opgeheven, maar de onderdanen uit de [[verenigde departementen]] lijken zich nauwelijks met slavenhandel te hebben ingelaten. Tijdens het [[Verenigd Koninkrijk der Nederlanden]] was de situatie enigszins gelijkaardig. Het jaar voordien, in 1814, was een principieel verbod ingesteld op trans-Atlantische slavenhandel, maar het ging pas in vanaf 1818 en verhinderde niet dat er nog clandestiene trafiek was en legale slavenhandel in de Caraïbische kolonies. Dit ging grotendeels voorbij aan de inwoners van de zuidelijke provincies.
 
Na de [[België (hoofdbetekenis)|Belgische]] onafhankelijkheid in 1830 zochten vooral de koningen Leopold I en II naar [[Belgische koloniën|koloniën voor de nieuwe staat]]. Vele pogingen faalden tot [[Leopold II van België|Leopold II]] erin slaagde [[Kongo-Vrijstaat|Kongo]] te verwerven. In 1884 werd hij op de [[Koloniale Conferentie van Berlijn]] erkend als soeverein. Hij begon een campagne tegen de [[Arabische slavenhandel]] om financiële steun los te krijgen voor de koloniale bezetting, die vooral in de beginjaren een machtsstrijd met de Arabo-Swahili vergde, zij het dat ook met hen werd samengewerkt als dat opportuun leek. Zo werd de machtige ivoor- en slavenhandelaar [[Tippo Tip]] gouverneur van Oost-Kongo en ging hij in dienst van Leopold verder met zijn handel op [[Zanzibar (stad)|Zanzibar]].<ref>Abdul Sheriff, ''Slaves, Spices & Ivory in Zanzibar: Integration of an East African Commercial Empire into the World Economy, 1770-1873'' (Athens: Ohio University Press), 1987</ref> In België zag de [[Société antiesclavagiste de Belgique]] het licht in 1888 en kwam twee jaar later de [[Conventie van Brussel (1890)|Conventie van Brussel]] tot stand, een internationaal verdrag tegen slavenhandel in Afrika. Het houden van tot slaven gemaakte mensen bleef echter nog lange tijd gedoogd in Kongo. Ook kende het leopoldiaanse bewind [[dwangarbeid]], [[ontvoering]], [[marteling]], [[verkrachting]], [[onthoofding]]en en het afhakken van handen. Na de Belgische overname van Kongo in 1908 kwam een einde aan de grootste wanpraktijken.
 
==== Brazilië ====
{{Zie hoofdartikel|Slavernij in Brazilië}}
[[Bestand:Johann Moritz Rugendas in Brazil.jpg|thumb|Slavernij in Brazilië, door [[Johann Moritz Rugendas]], 1830]]
Rond 1550 kwam de slavenhandel tussen Afrika en Brazilië op gang. Men schat dat 37% van alle tot slaven gemaakte mensen wereldwijd in dit land terechtkwamen, in totaal rond de 3 miljoen personen. De Portugezen en na de onafhankelijkheid in 1822 de Brazilianen zelf stelden zwarte tot tot slaven gemaakte mensen gemaakte mensen te werk in de (goud)mijnbouw en vooral op de suikerrietplantages. Door protest van Braziliaanse intellectuelen en diplomatieke druk vanuit het Verenigd Koninkrijk (dat in de goedkope slavenarbeid een geduchte economische concurrentie zag, maar de slavernij ook op humanitaire gronden veroordeelde), werd van 1850 tot 1888 een reeks wetten aangenomen die de slavernij geleidelijk afschaften.
 
==== Frankrijk ====
Regel 151:
[[Bestand:A Negro Hung Alive by the Ribs to a Gallows by William Blake. Originally published in Stedman's Narrative.jpg|thumb|''Een zwarte, levend aan zijn ribben opgehangen'', door Cristoforo dall'Acqua in Viaggio al Surinam, 1818. Vertaling van ''[[Reize naar Surinamen en door de binnenste gedeelten van Guiana|Narrative, of a five years' expedition, against the Revolted Negroes of Surinam]]'' van John Gabriël Stedman uit 1796. Het boek was vooral door de illustraties belangrijk in de vroege fase van het abolitionisme.]]
[[Bestand:Tropenmuseum Royal Tropical Institute Objectnumber 3325-73 Twee halve borden verbonden met een sc.jpg|thumb|Kunst Surinaamse [[Marrons van Suriname|Marrons]]]]
De eerste tot slaaf gemaakte mensen waarin in de 16e eeuw gehandeld werd door Nederlandse particuliere handelaren, werden gekocht bij de Berberse Barbarijnen welke ook handelden in witte slaven. Op dit punt van de geschiedenis waren er enkele tientallen Nederlandse handelaren.<ref name="labnos">{{Citeer web|url=https://lab.nos.nl/projects/slavernij/index.html|titel=Witte handel in zwarte slaven|bezochtdatum=12 juni 2020|auteur=|achternaam=|voornaam=|datum=|uitgever=NOS|taal=}}</ref> Veel van deze handelaren verkochten deze slaven (waaronder ook witte slaven) weer door aan de Ottomanen om in hun leger te gaan dienen. Veel van deze Nederlandse handelaren werden ook door christelijke organisaties of families ingeschakeld om specifieke groepen of personen vrij te kopen. <ref>{{Citeer web|url=https://www.historischnieuwsblad.nl/omvang-christenslavernij-onderschat/|titel=Omvang christelijke slavernij onderschat|bezochtdatum=12-06-2020|auteur=|achternaam=|voornaam=|datum=|uitgever=|taal=}}</ref> In de loop van de 16e eeuw nam het gebruik van tot slaaf gemaakte mensen op (Spaanse en Portugese) plantages in [[West-Indië]] en [[Oost-Indie|Oost-Indië]] toe. Tegelijkertijd nam echter het gebruik van tot slaven gemaakte mensen in het Ottomaanse rijk in deze periode ook toe. Hierdoor ontstond al snel een tekort aan mensen in het [[Middellandse Zeegebied]] waardoor de Arabische en Berberse handelaren steeds hogere prijzen voor tot slaven gemaakte mensen gingen vragen. Door de schaarste ging men op zoek naar nieuwe gebieden waar men mensen kon vinden die men tot slaaf zou kunnen maken. Zodra de Europese handelaren ontdekten waar de islamitische handelaren deze mensen vandaan haalden voer men zelf naar deze regio, [[West-Afrika]]. Hier maakte men gebruik van de inheemse politieke structuren waarin slavernij een zeer grote rol speelde. Al verscheidene eeuwen werd er in deze regio gebruik gemaakt van vele soorten slavernij. Het waren vaak bepaalde (overwonnen) stammen die ten prooi vielen aan slavernij. Geschat wordt dat in pre-koloniaal Mali 40 tot 50 procent van de bevolking zich onder een bepaalde vorm van slavernij bevond.<ref>{{Citeer web|url=https://www.trouw.nl/nieuws/slavernij-blijft-prima-business~bda79820/|titel=Slavernij blijft prima business|bezochtdatum=12-06-2020|auteur=|achternaam=|voornaam=|datum=|uitgever=|taal=}}</ref> Toen lokale Afrikaanse leiders ontdekten dat het verkopen van mensen aan witte mensen vele malen lucratiever was dan deze tot slaven gemaakte mensen zelf te gebruiken of door te verkopen,<ref>{{Citeer web|url=https://www.trouw.nl/nieuws/ook-afrika-verdiende-aan-de-slavenhandel~ba2a374d/|titel=Ook afrika verdiende aan slavernij|bezochtdatum=12-06-2020|auteur=|achternaam=|voornaam=|datum=|uitgever=|taal=}}</ref> werden grote groepen van deze tot slaaf gemaakte mensen richting de Europese (Portugese) handelaren gebracht om verkocht te worden. Het is waarschijnlijk dat het grote lucratieve karakter van deze handel de lokale leiders en handelaren ertoe aanzette om meer mensen uit het achterland tot slaaf te maken. <ref>{{Citeer web|url=https://historiek.net/waar-haalden-nederlanders-hun-slaven-vandaan/90007/|titel=Waar haalden Nederlanders hun slaven vandaan|bezochtdatum=12-06-2020|auteur=|achternaam=|voornaam=|datum=|uitgever=|taal=}}</ref><ref name="labnos" />
 
In de 17e eeuw namen de Nederlandse WIC en VOC een groot belang in de slavenhandel nadat de Republiek in opstand was gekomen tegen het Spaanse rijk. De Nederlandse bedrijven hadden met behulp van (veelal Duitse) huursoldaten handelsposities van de Portugezen en Spanjaarden weten te veroveren en namen zo ook deels de slavenhandel van deze landen over.<ref>{{Citeer web|url=https://npofocus.nl/artikel/7570/welke-rol-speelde-nederland-in-de-slavernij|titel=Welke rol speelde nederland in de slavernij?|bezochtdatum=12-06-2020|auteur=|achternaam=|voornaam=|datum=|uitgever=|taal=}}</ref> In de 18e eeuw is veel van deze handel in handen van de Britten gevallen die daardoor hun voortrekkersrol in de slavenhandel wisten te consolideren. De Nederlandse trans-Atlantische slavenhandel was vooral in handen van de [[West-Indische Compagnie]] (WIC). In totaal verscheepten de WIC en diverse particulieren rond de 450.000 van de in totaal naar schatting 10 tot 11 miljoen tot slaven gemaakte mensen die vanaf de [[West-Afrika]]anse kust werden verhandeld. Vooral het [[Fort Sint George (Ghana)|fort Sint George]] te [[Elmina]] speelde een grote rol. Het in 1634 door de WIC veroverde [[Curaçao]] werd het westelijke centrum voor de handel in mensen. Ook in [[Vereenigde Oostindische Compagnie|VOC]]-gebieden hield men veel tot slaven gemaakte mensen. Rond 1670 telde Batavia ongeveer 13.000 slaven, de helft van de totale bevolking.<ref>''Indische Letteren'', jaargang 12, Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, p. 147, Alphen aan den Rijn 1997</ref> Deze mensen kwamen voornamelijk uit Zuid-Azië: India en Zuidoost-Azië: Birma, Bali, Makassar en Banda, maar ook uit de kuststrook van China. Een groot deel van Batavia bestond uit zogenoemde [[Mardijkers]], dat waren tot het protestantisme bekeerde slaven die na een aantal jaar in dienst van de VOC onder voorwaarden vrijgelaten werden.<ref name="Batavia in de 17e eeuw">E. Niemeijer, Uitgeverij Balans, {{ISBN|9050187234}}</ref> In 1732 werkten op [[Amboina (VOC-gebied)|Ambon en omliggende eilanden]] 3.777 tot slaven gemaakte mensen<ref name="Generaal Summarium van de zielsbeschrijving van Amboina van juni 1732">VOC 7960, ziels- en nagelbeschrijving, folio's 336-337</ref>
 
In de kolonie [[Kaap de Goede Hoop]] in Zuidelijk-Afrika maakte de VOC gebruik van in eerste instantie op Portugal tot slaaf gemaakte Angolese mensen. Later werden mensen aangevoerd vanuit Mozambique, Madagaskar, Bengalen, Maleisië en Indonesië. Rond 1800 werkten er rond de 17.000 tot slaven gemaakte mensen op de Kaap.<ref>Marijke L. Barend-van Haeften, ''De Kaap, Goede Hoop halverwege Indië: bloemlezing van Kaapteksten uit de Compagniestijd'', Uitgeverij Verloren, 2003, p. 12, {{ISBN|9065506888}}</ref> Schattingen over de omvang van de slavenhandel in door de VOC beheerste gebieden liggen rond een half miljoen, ongeveer gelijk aan de trans-Atlantische slavenhandel.<ref>Hoogleraar Gert Oostindie<!--sic--> in ''Historisch Nieuwsblad'', [http://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/25640/de-vooruitgang.html 'De Vooruitgang']</ref>
 
In de Zeeuwse kolonie [[Berbice]] in het huidige [[Guyana]] kwamen de slaven in 1763 in opstand in de [[slavenopstand van Berbice]]. De leider van de opstand, [[Cuffy (persoon)|Cuffy]] is een nationale held in Guyana.
Regel 182:
==== Verenigde Staten ====
[[Bestand:Hoe kon slavernij eigenlijk bestaan in het o zo vrije Amerika- (1-5).webm|thumb|Historicus Doeko Bosscher over de vraag: Hoe kon slavernij eigenlijk bestaan in het o zo vrije Amerika?]]
Nadat de [[dertien koloniën]] aan de Noord-Amerikaanse oostkust zich tijdens de [[Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog]] (1775-1783) bevrijdden van de Britse overheersing, werd de slavernij in de [[Verenigde Staten (hoofdbetekenis)|Verenigde Staten]] gehandhaafd. Verschillende presidenten zoals [[George Washington|Washington]], [[Thomas Jefferson|Jefferson]], [[James Madison|Madison]], [[James Monroe|Monroe]], [[John Tyler|Tyler]] en [[Zachary Taylor (politicus)|Taylor]] hielden op hun soms uitgebreide landgoederen er zelf slaven op na. De discrepantie tussen deze vrijheid van de witte ex-kolonisten en de ontzegging aan de gekleurde medemensen van hetzelfde recht werd echter steeds sterker gevoeld en de Amerikaanse abolitionistische beweging kwam spoedig op gang<ref name="Encarta4" /> (het woord ''abolitionism'' zelf stamt uit 1787). Tegen 1804 hadden de verschillende noordelijke staten de slavernij afgeschaft.<ref>1777: Vermont, 1780: Pennsylvania, 1783: New Hampshire en Massachusetts, 1784: Connecticut en Rhode Island, 1787: [[Noordwestterritorium]], 1799: New York, 1804: New Jersey. In sommige staten was de afschaffing meer geleidelijk, maar er mochten geen slaven gekocht of geïmporteerd worden.</ref> Op 1 januari 1808 kwam er een landelijk verbod op slavenhandel vanuit Afrika. Samen met het Verenigd Koninkrijk stelden de VS in 1814 een controle in op smokkelhandel in tot slaven gemaakte mensen.<ref name="Encarta4" />
[[Bestand:US_Slave_Free_1789-1861.gif|thumb|left|Territoriale evolutie van vrije staten en slavenstaten 1789-1861]]
[[Bestand:Slave Market-Atlanta Georgia 1864.jpg|thumb|Slavenwinkel en veilinghuis in 1864 in [[Atlanta (hoofdbetekenis)|Atlanta]], [[Georgia (staat)|Georgia]], [[Verenigde Staten (hoofdbetekenis)|VS]], vlak voor de afschaffing van de slavernij daar]]
Regel 189:
In 1854 keurde het Amerikaans Congres de [[Kansas-Nebraska Act]] goed, die het Missouri-compromis nietig verklaarde, de territoria Kansas en Nebraska organiseerde en de inwoners zelf de keuze liet. Spoedig werd het Kansas-territorium gekoloniseerd door zowel voorstanders van slavernij (''Border Ruffians'') als abolitionisten (''Free-Staters''), tussen wie in de periode 1854-1861 talloze schermutselingen plaatsvonden, bekend geworden als [[Bleeding Kansas]]. De [[Republikeinse Partij (Verenigde Staten)|Republikeinse Partij]], die in 1854 ontstond als de politieke tak van de abolitionisten, stelde dat de federale regering moest ijveren voor de landelijke afschaffing van slavernij, terwijl de [[Democratische Partij (Verenigde Staten)|Democratische Partij]], gedomineerd door pro-slavernij-zuiderlingen, vond dat iedere staat zelf mocht bepalen.
 
Onderliggende structureel conflicterende (voornamelijk economische) belangen tussen Noord en Zuid, gecombineerd met een reeks incidenten zoals de verkiezing van de Republikein [[Abraham Lincoln (hoofdbetekenis)|Abraham Lincoln]] met vrijwel alleen noordelijke steun in 1860, de toetreding van Kansas als vrije staat begin 1861 en de afscheiding van de [[Geconfedereerde Staten van Amerika]], leidden uiteindelijk tot het uitbreken van de [[Amerikaanse Burgeroorlog]] (1861-1865). In 1863 voerde het Noorden de [[Emancipatieproclamatie]] in, die verklaarde dat alle tot slaven gemaakte mensen in de zuidelijke staten voor altijd vrij waren. Lincoln, die zelf geen abolitionist was, tekende deze wet meer om tactische dan ideologische redenen om zo de oorlog te kunnen winnen met steun van Europa en de radicale abolitionisten in het Noorden; de slavernij in de grensstaten die bij het Noorden waren gebleven liet hij dan ook voorlopig intact om hen niet te vervreemden en naar het Zuiden te doen overlopen. Na de overwinning van het Noorden op het Zuiden werd dan toch de slavernij in het hele land afgeschaft met het [[Dertiende amendement van de grondwet van de Verenigde Staten]] (18 december 1865).
 
=== Westerse slaven in de Nieuwe Wereld ===
Regel 203:
[[Bestand:Slavecontract doc.jpg|thumb|Voorgedrukt koopcontract voor een 18-jarige slaaf, getekend te [[Lima (stad)|Lima]], [[Peru (hoofdbetekenis)|Peru]], 13 oktober 1794]]
{{Zie hoofdartikel|Trans-Atlantische slavenhandel}}
Rond 1660 ontstond een tekort aan arbeiders in de [[Verenigde Staten (hoofdbetekenis)|VS]]. Boeren uit [[New Carolina]] en [[Virginia (staat)|Virginia]] waren de eersten die Afrikaanse tot slaven gemaakte mensen gingen gebruiken voor de [[tabak (hoofdbetekenis)|tabaksoogst]]. Virginia was ook de eerste staat die de eigen wetten veranderde: zwarten die in hun geboorteland geen christen waren werden als slaven beschouwd. Men ging op grote schaal mensen importeren uit Afrika. Daar hadden zwarte stamhoofden ontdekt dat het lucratief was de bij een stammenoorlog buitgemaakte gevangenen niet meer te doden, zoals dat toen gebruikelijk was, maar voor een goede prijs te koop aan te bieden.
 
De tot slaven gemaakte mensen werden vooral ingezet bij de teelt en verwerking van [[suikerriet]]. Het leven van deze mensen was zeer hard. Ze werden met een terreurregime onder de duim gehouden. Het sterftecijfer op de [[plantage (hoofdbetekenis)|plantages]] overtrof over het algemeen in aanzienlijke mate het geboortecijfer.
[[Bestand:Cicatrices de flagellation sur un esclave.jpg|thumb|left|140px|Slaaf met littekens van bestraffing met [[zweep]] op de rug]]
 
Toen de Engelsen, Nederlanders en Fransen zich in de 17e eeuw meester maakten van een groot deel der [[Caraïben|Caribische eilanden]] en de [[Guyana's]], begonnen zij ook daar [[suikerriet]]plantages aan te leggen, met zwarte tot slaven gemaakte mensen. De levensomstandigheden op de plantages waren over het algemeen niet beter dan in de Verenigde Staten.
 
Tussen ongeveer 1500 en 1850 werden omstreeks 11 miljoen Afrikanen als slaaf over de Atlantische Oceaan getransporteerd. Gemiddeld stierf zo'n 15% van de mensen tijdens het transport, vergelijkbaar met de sterfte onder de bemanning. Nederland nam met rond de 550.000 slaven 5% van de totale trans-Atlantische slavenhandel voor zijn rekening.<ref>Emmer, P.C., 2003, De Nederlandse Slavenhandel 1500-1850, Amsterdam {{ISBN|9029515600}}</ref>
 
In de 18e eeuw begon de slavernij zich ook te ontwikkelen in de Engelse kolonies langs de kust van Noord-Amerika, de oostkust van de latere [[Verenigde Staten (hoofdbetekenis)|Verenigde Staten]]. Hier was het sterftecijfer onder de tot slaven gemaakte mensen over het algemeen lager dan het geboortecijfer, misschien dankzij een iets betere behandeling, of door het minder tropische klimaat, waardoor het gemakkelijker was ziekten onder controle te houden. Werkelijk goed waren de levensomstandigheden van de zwarte tot slaven gemaakte mensen hier evenmin.
 
Gevluchte ex-slaven stichtten gemeenschappen op ontoegankelijke plaatsen. Zulke gemeenschappen van [[Marrons]] ontstonden op vele plaatsen, van het [[Amazonebekken|Amazonegebied]] tot in de Amerikaanse staten [[Florida (staat)|Florida]] en [[North Carolina]]. Veelal voerden de Marrons een [[guerrilla]]strijd tegen de [[plantage (hoofdbetekenis)|plantage]]-eigenaren.
Regel 235:
De Arabisch-Afrikaanse slavenhandel is ouder dan de [[Trans-Atlantische slavenhandel|Europese]] en heeft eveneens een zeer grote omvang gekend. De Arabisch-Afrikaanse slavenhandel startte rond de 6e eeuw n.Chr. en eindigde in de 20e eeuw. De schattingen van de handel via de [[Sahara]], de [[Rode Zee]] en de [[Indische Oceaan]] zijn vele malen onnauwkeuriger dan die van de trans-Atlantische slavenhandel. Deze schattingen zijn veelal gebaseerd op het werk van [[Ralph A. Austen|Austen]].<ref>{{aut|Ralph A. Austen|Austen, R.A.}} (1979): 'The trans-Saharan slave trade: a tentative census' in {{aut|Henry Gemery|Gemery, H.A.}}; {{aut|Jan Hogendorn|Hogendorn, J.S.}} ''The Uncommon Market. Essays in the Economic History of the Atlantic Slave Trade'', Academic Press</ref> In zijn laatste werk gaat hij voor de periode 800–1900 uit van zo'n tien miljoen mensen.<ref>{{aut|Ralph A. Austen|Austen, R.A.}} (2010): ''Trans-Saharan Africa in World History'', Oxford University Press, p. 32</ref> Vooral de schattingen van voor 1600 zijn zeer onnauwkeurig en kunnen variëren van twee derde tot het dubbele. Alleen de aantallen uit de negentiende eeuw zijn enigszins betrouwbaar, maar nog niet van het niveau van de gegevens over de trans-Atlantische slavenhandel.<ref>{{aut|David Eltis|Elis, D.}}; {{aut|Stanley Engerman|Engerman, S.L.}} (red.) (2011): ''The Cambridge World History of Slavery Volume 3. AD 1420–AD 1804'', Cambridge University Press, p. 51-52</ref> Paul Bairoch dacht dat het aantal sterk onderschat was en kwam tot 14-15 miljoen Afrikanen door de Arabieren, tegen 11 miljoen via de trans-Atlantische slavernij.<ref>{{aut|Paul Bairoch|Bairoch, P.}} (1993): ''Economics and World History. Myths and Paradoxes'', Harvester Wheatsheaf</ref> [[Malik Chebel]] meende dat er 20-21 miljoen slaven werden weggevoerd.<ref>{{aut|Malek Chebel|Chebel, M.}} (2007): ''L'esclavage en terre d'islam'', Fayard''</ref> In zijn boek ''Traite négrière arabo-musulmane'' stelt de Senegalese anthropoloog en economist [[Tidiane N'Diaye]] dat de Arabische slavenhandel wordt doodgezwegen door de Afrikaanse elites zelf, een vrijwillig geheugenverlies dat zijn oorsprong vindt in islamitische religieuze solidariteit.<ref>{{aut|Tidiane N'Diaye|N'Diaye, T.}} (2008): ''Traite négrière arabo-musulmane Le génocide voilé'', Gallimard</ref>
 
De [[Somaliërs]] participeerden ook met de slavernij, ze haalden mensen uit West- en [[Centraal-Afrika]] en de [[Swahilikust]], en verkochten de gevangengenomen mensen door aan de Arabieren en andere markten. De meeste tot slaven gemaakte mensen waren [[Ethiopië|Ethiopische]] krijgsgevangenen, maar er werden ook veel dorpen geplunderd door de Somaliërs in Zuid-Oost-Afrika, wat veel mensen uit hedendaags [[Tanzania]], [[Malawi]] en [[Mozambique]] naar [[Somalië]] bracht.<ref>Refugee Reports, november 2002, Volume 23, Nummer 8</ref> [[Zanzibar (stad)|Zanzibar]] was een bekend centrum voor slavenhandel. Het was in de [[Arabische wereld]] gebruikelijk dat bij stammenoorlogen de overwinnaar de overwonnen mannen doodde en de vrouwen en kinderen tot bezit maakte. Dat was in conflicten tussen Arabieren en Afrikanen niet anders. De buitgemaakte vrouwen en kinderen werden per schip of middels een karavaan (lopend) naar de Arabische wereld gebracht. Zo'n 60% van de door de Arabieren veroverde Afrikaanse slaven stierf tijdens dit transport. Waar de Westerlingen zich concentreerde op mannelijke slaven voor arbeid, richtte de Arabieren zich op vrouwen. De Arabieren importeerden ongeveer 65% vrouwen tegen 35% mannen – deze vrouwen kwamen veelal in harems terecht. De mannen werden vooral ingezet in het leger, zoals de [[mammelukken]]. Jongetjes werden om de voortplanting te verhinderen vaak omgevormd tot [[eunuch]].
 
Tot in de 20e eeuw heeft er in bepaalde delen van de [[Arabische wereld]] slavenhandel plaatsgevonden. De Arabische slavenhandel richtte zich niet alleen op slaven uit Afrika, maar ook op [[christenslaven]] uit Europa. Deze slavenhandel was het domein van de Barbarijse zeerovers (zie hierna).
 
==== Arabieren ====
In de praktijk hebben tot slaven gemaakte mensen verschillende sociale en economische posities ingenomen, van [[emir]] tot [[arbeider]]. Slaven werden breed ingezet in irrigatie, mijnbouw, werk op het land en in het leger. Sommige heersers leunden zo zwaar op slaven in het leger en de overheid dat deze de macht konden overnemen. Desalniettemin worden tot slaven gemaakte mensen niet steeds behandeld in overeenstemming met islamitisch recht. Soms waren de toestanden zo bar dat er rellen ontstonden zoals de opstand van [[Zanj]].<ref>Clarence-Smith (2006), p. 2-5</ref> Dit was echter de uitzondering op de regel omdat de overgrote meerderheid van het werk in de middeleeuwse islamitische wereld werd gedaan door vrije, betaalde krachten. Om verschillende redenen zoals het ontmannen van slaven was de natuurlijke groei van de slavenpopulatie niet genoeg om te voldoen aan de vraag naar slaven in de moslimgemeenschap. Het gevolg was een omvangrijke import van slaven die gepaard ging met enorm veel leed en grote aantallen doden bij het gevangennemen en vervoeren van slaven uit niet-moslimlanden.<ref>Lewis 1990, page 10</ref> In theorie heeft slavernij in islamitisch recht geen raciale componenten, maar in de praktijk was dat wel anders.<ref>Bernard Lewis, ''Race and Color in Islam,'' Harper and Row, 1970, citaat op pagina 38. De haakjes zijn van Lewis</ref>
 
De Arabische slavenhandel concentreerde zich vooral in Westelijk Azië en Noord-Afrika. Tegen het eind van de 19e eeuw bereikte deze een minimum. In het begin van de 20e eeuw, na de Eerste Wereldoorlog, werd slavernij in moslimlanden geleidelijk verboden en onmogelijk gemaakt, voornamelijk onder druk van westerse mogendheden als Engeland en Frankrijk.<ref name="eois" /> Toch is er nog steeds slavernij waarbij men zich op de islam beroept, met name in de Afrikaanse republieken Tsjaad, Mauretanië, Niger, Mali en Soedan.<ref>Segal, pg. 206.</ref><ref>{{Citeer web
Regel 252:
 
==== Mammelukken ====
Ook werden tot slaven gemaakte mensen ingezet in het [[krijgsmacht|leger]], de zogenaamde [[mammelukken]]. De eerste mammelukken werkten als [[saqaliba]] voor het [[Kalifaat van de Abbasiden]] in het 9e-eeuwse [[Bagdad (hoofdbetekenis)|Bagdad]]. De Abbasiden wierven hen uit niet-moslimfamilies in [[Turkije]], [[Oost-Europa]], [[Centraal-Azië]] en de [[Kaukasus (gebied)|Kaukasus]]. Door niet-moslims als militairen in te zetten werd gedeeltelijk het islamitische verbod op gevechten tussen moslims omzeild. Na hun bekering tot de [[islam (hoofdbetekenis)|islam]] werden zij opgeleid tot [[cavalerie|cavaleristen]]. Hun diensten werden beloond met macht en uiteindelijk met vrijheid. Vele mammelukken klommen op tot hoge posities binnen het rijk. De status was niet-erfelijk: zonen konden hun vaders niet opvolgen.
 
De mammelukken dienden ook in de [[Somalië|Somalische]] legers van het Sultanaat van Adal, dat in oorlog was met de [[Keizerrijk Ethiopië|Ethiopische Keizerrijk]], in de 13e eeuw. Omdat ze niet gerelateerd waren met de Somalische stammen, waren ze goed te vertrouwen bij de generaals. Adal was hierdoor in staat om meer dan een derde van de Ethiopische Keizerrijk te veroveren, onder leiding van [[Ahmad ibn Ibrihim]].
Regel 267:
Sinds de 16e eeuw was de Europese scheepvaart in de [[Middellandse Zee]] sterk toegenomen en deze vormde het doelwit van de Barbarijse zeerovers. De bemanningen van de veroverde schepen werden als slaven aan land gebracht en verhandeld. Daarnaast werden vanuit Noord-Afrika voortdurend strooptochten ondernomen op de kusten van de christelijke gebieden in het noorden van de Middellandse Zee en zelfs ver daarbuiten. Hele dorpen, gelegen van [[Sicilië]] tot op [[IJsland]] zijn vanaf de 16e tot de 19e eeuw in de Noord-Afrikaanse slavernij terechtgekomen. In enkele van die plaatsen worden jaarlijks nog steeds herdenkingen gehouden naar aanleiding van deze voorvallen. Later werd de ontvoering van de held of heldin door Arabische piraten, gevolgd door slavernij, meestal in de [[harem]], een literair [[topos (literatuur)|topos]] dat met name in veel [[opera (muziek)|opera]]'s voorkomt.
 
De Barbarijse tot slaven gemaakte mensen waren niet alleen goedkope werkkrachten, maar zij konden ook geld opleveren door losgeld te bedingen voor hun vrijlating. De westerse mogendheden gingen daar vaak op in, vooral als de slaven behoorden tot de beter gesitueerden. Voor de jonge [[Verenigde Staten (hoofdbetekenis)|Verenigde Staten]] van Amerika waren de aanvallen door Barbarijse zeerovers op Amerikaanse schepen de reden voor de oprichting van hun [[Marine (strijdmacht)|marine]] in 1794. Door de eeuwen heen is geprobeerd de praktijken van de Barbarijse zeerovers gewapenderhand de kop in te drukken. [[Bombardementen op Algiers|Een kustbombardement vanaf marineschepen]] wilde nog weleens tijdelijk effect hebben. Op 15 oktober 1815 vond in [[Sant'Antioco]] de laatste rooftocht van [[Barbarijse zeerovers|Noord-Afrikaanse piraten]] plaats, die 160 inwoners als slaaf meenamen.<ref>[https://books.google.nl/books?id=_dyeFP5Hyc4C&pg=PA273&lpg=PA273&dq=1815+Sant%27Antioco+raid+slaves&source=bl&ots=VvbQUwEh9N&sig=FDNVTwq7OnTSXGVmvdkVtMJdKJM&hl=en&sa=X&ei=_ydeVaGRL6ve7Ab3vYPIDg&ved=0CCgQ6AEwAQ#v=onepage&q=1815%20Sant%27Antioco%20raid%20slaves&f=false The Barbary Corsairs]</ref><ref>[https://books.google.nl/books?id=Wv6EBAAAQBAJ&pg=PA214&lpg=PA214&dq=1815+Sant%27Antioco+raid+slaves&source=bl&ots=Y_2aLq69-u&sig=wuz49am2VdGJbhJrv3aeMP_KBBM&hl=en&sa=X&ei=_ydeVaGRL6ve7Ab3vYPIDg&ved=0CCsQ6AEwAg#v=onepage&q=1815%20Sant%27Antioco%20raid%20slaves&f=false The Congress of Vienna: Power and Politics After Napoleon]</ref>
 
Hoewel de Barbarijse slaven in de slavernijdiscussie nogal onderbelicht zijn gebleven, ging het bepaald niet om een marginaal verschijnsel. De historicus Robert C. Davis schat hun aantal door de eeuwen heen op 1 à 1,25 miljoen.<ref>{{aut|R. Davis}} (2003), ''Christian Slaves, Muslim Masters: White Slavery in the Mediterranean, the Barbary Coast and Italy, 1500-1800'', Palgrave, Macmillan</ref> Deze cijfers hebben uitsluitend betrekking op de gebieden rond Algiers, Tunis en Tripoli. Daarbij moeten de cijfers voor Marokko en Egypte nog worden opgeteld.<ref name="maurice blessing">{{aut|Maurice Blessing}}, Omvang christenslavernij onderschat, [http://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/10669/omvang-christenslavernij-onderschat.html ''Historisch Nieuwsblad, 2008 nr. 5'']</ref> Hierbij moet worden opgemerkt dat naast de Barbarijse slaven, elders in de islamitische wereld nog grotere aantallen christenen tot slaaf werden gemaakt. Zo zou het Ottomaanse Rijk, volgens de gerenommeerde Turkse historicus Halil Inalcik, tussen 1450 en 1700 zo’n 2,5 miljoen Poolse, Russische en Oekraïense slaven via de Krim hebben geïmporteerd.<ref name="maurice blessing" />