Marie-Éléonore Godefroid: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
paar aanpassingen; Spaanse Wikipedia als bron is overbodig omdat die zich weer baseert op de belangrijkste bron van dit artikel
k Wikipedia:Stemlokaal/Modificatie Amsterdamconstructies, spelling, replaced: op één na → op een na, ParijsParijs (hoofdbetekenis) (2), typos fixed: Orleans → Orléans (2) met AWB
Regel 2:
}}
[[Bestand:1810_Godefroid_Die_Soehne_des_Marschalls_Ney_anagoria.JPG|miniatuur|250x250px| De zonen van [[Michel Ney|maarschalk Ney]] ]]
'''Marie-Éléonore Godefroid''' ([[Parijs (hoofdbetekenis)|Parijs]], 20 juni 1778 - juni 1849) was een [[Frankrijk (hoofdbetekenis)|Franse]] kunstschilder, aquarellist, pastelschilder en tekenaar. Godefroid is vooral bekend als portretschilder.
 
== Biografie ==
Regel 11:
Rond 1805 sloot zij zich aan bij het ''atelier'' van [[François Gérard|Baron François Gérard]], met wie ze ging samenwerken. Vanaf 1812 behoorde zij tot zijn huishouden als assistent in zijn kantoor en in zijn atelier, en als gezelschap voor hem, zijn vrouw en hun neven. Godefroid was ook een leerling van [[Jean Baptiste Isabey|Jean-Baptiste Isabey]] die in olieverf, aquarel en pastel werkte. In haar tijd verbood de Franse Academie lessen aan vrouwelijke kunstenaars.<ref name=":0" />
 
Tussen 1800 en 1847 exposeerde ze met haar portretten in negentien tentoonstellingen van de [[Parijse salon|Parijse Salon]]. Ze won in 1812 en 1824 medailles. Vooral in 1810 had ze veel succes met het ''Portret ten voeten uit van de kinderen van maarschalk [[hertog van Elchingen]]'' ( ''Portrait en pied des enfans de M.gr le maréchal duc d'Elchingen''). Het werk toont de achtjarige zoon van Ney, Joseph Napoléon, de op ééneen na oudste zoon Michel Louis en de tweejarige zoon Eugène, allen in verkleedkleding.
 
Enkele van haar andere tentoongestelde werken waren portretten van de kinderen van de hertog van Rovigo en [[Hortense de Beauharnais|koningin Hortense]] uit 1812, portretten van de kinderen van de hertog van OrleansOrléans uit 1819 en 1822 en portretten van de hertog van OrleansOrléans en de heer en mevrouw De Guiche uit 1827. Ze portretteerde ook andere opmerkelijke figuren, onder wie [[Abd al-Kader|Abd el-Kader]], de [[Jacques-Louis David|schilder Jacques-Louis David]], [[Jeanne-Louise-Henriette Campan|Jeanne Campan]], [[Madame de Staël|Germaine de Stael]], [[Charles-Maurice de Talleyrand|Talleyrand]] en [[Jacques Lauriston|maarschalk Lauriston]]. Onder haar niet op de salons geëxposeerde werken waren portretten van mevrouw Oudenarde, de gravin Latour Maubourg, de violist Pierre Rode en Camille Jordan. Ook maakte zij ontwerpen voor de [[Gobelin]] tapijtenfabriek.
 
Dankzij de steun van Gérard overleefde zij de [[Franse Revolutie|politieke omwentelingen]] van haar tijd en kon zij blijven werken als kunstenaar. Na de dood van Gérard in 1837 voltooide Godefroid een van zijn historiestukken. Ook hielp zij zijn neef bij het schrijven van zijn biografie. Ze bleef bij zijn weduwe wonen en bleef opdrachten ontvangen, onder meer voor het werk, ''Notre-Dame du Rosaire'', bedoeld voor een kerk in [[Senegal]], dat destijds een Franse kolonie was.<ref name=":0" />