Den Haag: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Geschiedenis: Afbeeldingen
Regel 53:
== Geschiedenis ==
{{Zie hoofdartikel|Geschiedenis van Den Haag}}
[[Bestand:Haga Comitis - Den Haag (AtlasBinnenhof Prent.PNG|alt=Prent van Loon).jpg|thumbhet Binnenhof|links|Kaartminiatuur|Een impressie van Den Haag uitin 1649de van13e eeuw door architect [[JoanCornelis Blaeu|BlaeuPeters]], zes eeuwen later: het [[Binnenhof (Den Haag)|Binnenhof]] temidden van het groen. De [[AtlasHofvijver]] was van Loonoorsprong een [[duinmeer]]).]]
[[Bestand:Gerrit Adriaensz. Berckheyde - De Hofvijver gezien vanaf de Korte Vijverberg.jpg|thumb|links|''De Hofvijver gezien vanaf de Korte Vijverberg'' (1692) door [[Gerrit Berckheyde]]]]
In het Haagse gebied woonden al vroeg mensen, lang voordat er sprake was van een dorp met de naam Den Haag. De oudste [[archeologie|archeologische]] vondsten gedaan in de omgeving van het [[Binnenhof (Den Haag)|Binnenhof]] dateren uit circa [[30e eeuw v.Chr.|3000 v.Chr.]]; zo werd in 1912 bij de bouw van ''Hotel Central'' aan de Lange Poten, nu onderdeel van het Tweede-Kamercomplex, een gave [[vuursteen|vuurstenen]] [[vuistbijl]] gevonden, waarvan de gebruikers ingedeeld kunnen worden bij de [[Vlaardingencultuur]].<ref>Anne de Hingh en Evert van Ginkel, ''De archeologie van Den Haag'', Utrecht 2009, p. 31</ref>
 
Regel 61 ⟶ 60:
Het huidige Den Haag bestaat sinds 1230, toen graaf [[Floris IV van Holland]] op de plek waar reeds een [[buitenplaats|hofstede]] stond van vrouwe Meilindis [[van Wassenaer]] een bescheiden kasteel bouwde, dat de zetel werd van de [[graafschap Holland|graven van Holland]]. De plaatsnaam '' 's-Gravenhage'' en de naam van de ''Gravenstraat'' voor de verbinding tussen het Kerkplein en het huidige Buitenhof verwijzen nog daarnaar. In 1248 liet graaf [[Willem II van Holland|Willem II]], tevens [[Koning van Duitsland|Rooms koning]] geworden, een meer passend kasteel bouwen aan een duinmeer, de huidige [[Hofvijver]]. Zijn zoon [[Floris V van Holland|Floris V]] zorgde er na Willems vroegtijdige dood voor dat de [[Ridderzaal]] voltooid werd. De Ridderzaal en het Binnenhof werden versterkt, maar het dorp eromheen kreeg nooit stadsrechten, al bleef Den Haag residentie van de graven van [[graafschap Holland|Holland]] en hun opvolgers. Den Haag kon groeien als [[compromis]] tussen de Hollandse steden, maar diezelfde steden zorgden ervoor dat Den Haag geen [[vestingstad]] werd.
 
In 1528 werd Den Haag [[Gelderse Oorlogen|overvallen]] door de [[Gelderland|Gelderse]] [[Generaal|veldheer]] [[Maarten van Rossum]], die de nederzetting buiten het grafelijk kasteel [[brandschatting|brandschatte]], waardoor de brandstichting werd afgekocht. Ook tijdens de beginjaren van de [[Tachtigjarige Oorlog]] werd Den Haag genadeloos geplunderd en raakte het nagenoeg ontvolkt. De stad was het [[Spanje|Spaanse]] hoofdkwartier tijdens het [[Beleg van Leiden (1573-1574)|Beleg van Leiden]].[[Bestand:Haga Comitis - Den Haag (Atlas van Loon).jpg|thumb|links|Kaart van Den Haag uit 1649 van [[Joan Blaeu|Blaeu]] ([[Atlas van Loon]])]]Al zeker sinds circa het begin van de [[15e eeuw]] telde Den Haag enkele duizenden inwoners, waardoor het in feite eerder een stad dan een dorp was. Een stad placht in die tijd echter een zeer verregaande mate van zelfbestuur te hebben en de graven van Holland (en later hun opvolgers: de [[Bourgondische hertogen|hertogen van Bourgondië]] en de [[Habsburgse Nederlanden|Habsburgers]]) kozen ervoor om het in hun eigen [[residentie]] zelf voor het zeggen te hebben. Vanaf 1585 zette de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden]] deze praktijk voort, omdat Den Haag de plaats was waar het hoogste regeringsorgaan, de [[Staten-Generaal van de Nederlanden|Staten-Generaal]], resideerde. Ook was het stadhouderlijk hof daar gevestigd. Aanvankelijk had het er in de jaren 1580 nog om gespannen of het verwoeste Den Haag weer zou worden opgebouwd: de machtige stad [[Delft]] wilde in haar directe omgeving de opkomst van een gevaarlijke rivaal liever verhinderen, mede omdat deze stad wenste dat de Staten-Generaal zich blijvend in Delft zou vestigen. Er werd toch tot wederopbouw besloten, en de Staten-Generaal vestigden zich, na onder andere [[Middelburg (Zeeland)|Middelburg]], in 1585 definitief te Den Haag.[[Bestand:Gerrit Adriaensz. Berckheyde - De Hofvijver gezien vanaf de Korte Vijverberg.jpg|thumb|''De Hofvijver gezien vanaf de Korte Vijverberg'' (1692) door [[Gerrit Berckheyde]]|alt=]]In 1622 telde Den Haag 16.000 inwoners. In de 17e eeuw werd Den Haag omgeven door grachten, die door stadhouder [[Maurits van Oranje|prins Maurits]] als aanzet tot volledige vestingwerken waren aangelegd, maar van de geplande echte verdedigingswerken kwam verder niets. Aan het eind van de [[18e eeuw]] was het bevolkingsaantal opgeklommen tot ongeveer 40.000, waarmee dit "dorp" de op twee na grootste nederzetting van Nederland was geworden (na [[Amsterdam (hoofdbetekenis)|Amsterdam]] en Rotterdam). Door de aanwezigheid van het stadhouderlijk Hof, de Staten-Generaal en buitenlandse diplomaten en (buitenlandse) adel had Den Haag een veel [[aristocratie|aristocratischer]] karakter dan de meeste andere Nederlandse steden. Er was een groot contrast tussen de aristocratische wijk rondom het Binnenhof en Voorhout en de meer volkse delen van het "dorp".
In 1528 werd Den Haag [[Gelderse Oorlogen|overvallen]] door de [[Gelderland|Gelderse]] [[Generaal|veldheer]] [[Maarten van Rossum]], die de nederzetting buiten het grafelijk kasteel [[brandschatting|brandschatte]], waardoor de brandstichting werd afgekocht. Ook tijdens de beginjaren van de [[Tachtigjarige Oorlog]] werd Den Haag genadeloos geplunderd en raakte het nagenoeg ontvolkt. De stad was het [[Spanje|Spaanse]] hoofdkwartier tijdens het [[Beleg van Leiden (1573-1574)|Beleg van Leiden]].
 
Al zeker sinds circa het begin van de [[15e eeuw]] telde Den Haag enkele duizenden inwoners, waardoor het in feite eerder een stad dan een dorp was. Een stad placht in die tijd echter een zeer verregaande mate van zelfbestuur te hebben en de graven van Holland (en later hun opvolgers: de [[Bourgondische hertogen|hertogen van Bourgondië]] en de [[Habsburgse Nederlanden|Habsburgers]]) kozen ervoor om het in hun eigen [[residentie]] zelf voor het zeggen te hebben. Vanaf 1585 zette de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden]] deze praktijk voort, omdat Den Haag de plaats was waar het hoogste regeringsorgaan, de [[Staten-Generaal van de Nederlanden|Staten-Generaal]], resideerde. Ook was het stadhouderlijk hof daar gevestigd. Aanvankelijk had het er in de jaren 1580 nog om gespannen of het verwoeste Den Haag weer zou worden opgebouwd: de machtige stad [[Delft]] wilde in haar directe omgeving de opkomst van een gevaarlijke rivaal liever verhinderen, mede omdat deze stad wenste dat de Staten-Generaal zich blijvend in Delft zou vestigen. Er werd toch tot wederopbouw besloten, en de Staten-Generaal vestigden zich, na onder andere [[Middelburg (Zeeland)|Middelburg]], in 1585 definitief te Den Haag.
 
In 1622 telde Den Haag 16.000 inwoners. In de 17e eeuw werd Den Haag omgeven door grachten, die door stadhouder [[Maurits van Oranje|prins Maurits]] als aanzet tot volledige vestingwerken waren aangelegd, maar van de geplande echte verdedigingswerken kwam verder niets. Aan het eind van de [[18e eeuw]] was het bevolkingsaantal opgeklommen tot ongeveer 40.000, waarmee dit "dorp" de op twee na grootste nederzetting van Nederland was geworden (na [[Amsterdam (hoofdbetekenis)|Amsterdam]] en Rotterdam). Door de aanwezigheid van het stadhouderlijk Hof, de Staten-Generaal en buitenlandse diplomaten en (buitenlandse) adel had Den Haag een veel [[aristocratie|aristocratischer]] karakter dan de meeste andere Nederlandse steden. Er was een groot contrast tussen de aristocratische wijk rondom het Binnenhof en Voorhout en de meer volkse delen van het "dorp".
 
Pas in 1806, onder Frans bewind, kreeg Den Haag zijn [[stadsrechten]], maar in die tijd was een vestingmuur eerder een keurslijf dan een voordeel: Den Haag bleef zonder omwalling en kon zich op ruime schaal uitbreiden. Onder het [[Koninkrijk der Nederlanden]], ontstaan in de jaren [[1813]]-[[1815]], bleef Den Haag de vestigingsplaats van regering en parlement (de moderne [[Staten-Generaal (Nederland)|Staten-Generaal]]). Na 1850 begon de stad zich uit te breiden buiten de 17e-eeuwse grachtengordel. Het inwonertal was toen ruim 70.000.
 
[[Bestand:Den Haag bouwt op.ogg|thumb|Tentoonstelling over de wederopbouwplannen in het [[Gemeentemuseum Den Haag|Gemeentemuseum]] in 1946]]
Omstreeks 1870 zou het aantal van 100.000 worden gehaald, en rond 1900, in de ''[[fin de siècle]]''-tijd van [[Louis Couperus]], telde de stad ongeveer 200.000 inwoners. Ten zuiden van de oude binnenstad ontstonden toen dichtbevolkte arbeiderswijken zoals het [[Laakkwartier en Spoorwijk (wijk in Den Haag)|Laakkwartier]] en de [[Schilderswijk (Den Haag)|Schilderswijk]], terwijl tegen de duinkant nieuwe wijken voor de meer gefortuneerde burgers gebouwd werden, zoals het [[Geuzen- en Statenkwartier|Statenkwartier]], [[Duinoord]] en de [[Archipelbuurt]]. In die tijd speelde Den Haag ook in kunstzinnig opzicht een belangrijke rol vanwege de schilders van de [[Haagse School (schilderkunst)|Haagse School]]. In 1873 werd op het [[Lange Voorhout]] waarschijnlijk het eerste [[Haagse riool]] aangelegd, de putdeksel werd gemaakt door ijzergieterij de Prins van Oranje.
[[Bestand:The First International Peace Conference, the Hague, May - June 1899 HU67224.jpg|links|miniatuur|De [[Vredesconferentie van Den Haag]] in 1899 was een ijkpunt in de opkomst van het [[internationaal recht]] en de bloei van de stad.]]
 
In 1899 vond in Den Haag de [[Vredesconferentie van Den Haag|Eerste Haagse Vredesconferentie]] plaats, die leidde tot de oprichting van het [[Permanent Hof van Arbitrage]], dat in Den Haag gevestigd werd. Tussen 1907 en 1913 werd het [[Vredespaleis]] gebouwd, waarin dit Hof zou zetelen. Tevens werd later het Internationaal Gerechtshof in het Vredespaleis gevestigd.
 
Den Haag heeft zwaar geleden onder de Duitse bezetting. Allereerst werden ongeveer 11.000 Haagse Joden naar de vernietigingskampen afgevoerd, waarvan er slechts enkele honderden terugkeerden. Vele kantoorbeambten verloren hun baan doordat Nederland werd afgesneden van zijn koloniën en overige zakelijke belangen in het buitenland. De Rijksoverheid viel onder de bezetter met als gevolg loyaliteitsconflicten of ontslagen onder de vele Haagse ambtenaren. De bouw van de [[Atlantikwall]] en andere fortificaties door de Duitsers dwong meer dan 100.000 Hagenaars tot evacuatie, vaak ver buiten de stad. Duizenden woningen werden gesloopt. De [[Hongerwinter]] van 1944-1945 kostte honderden verzwakte mensen het leven.<ref>Bart van der Boom, ''Den Haag in de Tweede Wereldoorlog'', Den Haag/Leiden, 1995</ref>
 
[[Bestand:Den Haag bouwt op.ogg|thumb|Tentoonstelling over de wederopbouwplannen in het [[Gemeentemuseum Den Haag|Gemeentemuseum]] in 1946]]Tegen het eind van de [[Tweede Wereldoorlog]], op 3 maart 1945, kwamen tijdens het [[bombardement op het Bezuidenhout]] 510 mensen om het leven. Het [[bombardement]] werd uitgevoerd door de [[Geallieerden (Tweede Wereldoorlog)|Geallieerden]] en had als doel de vernietiging van de mobiele [[V2 (raket)|V2]]-lanceerinrichtingen van [[Duitsland|de Duitsers]].
 
Op 29 oktober 1983 [[Komitee Kruisraketten Nee|demonstreerden ruim 550.000 mensen]] vreedzaam tegen de plaatsing van kruisraketten in Nederland en tegen de kernbewapening in het algemeen. Het is het grootste straatprotest ooit dat in Nederland gehouden werd.