François della Faille d'Huysse: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
chaadt beterder zo |
k sp |
||
Regel 31:
Afstammend van een familie van wie de eerste adelbrieven dateerden uit 1562, vroeg François della Faille d'Huysse, samen met zijn verre neven Joseph della Faille de Leverghem (1754-1822) en [[Joseph Sébastien della Faille d'Assenede]] (1756-1830) adelserkening aan onder het [[Verenigd Koninkrijk der Nederlanden]]. Hij werd in april 1816 opgenomen in de ridderschap van [[Oost-Vlaanderen]] met de titel van baron, overdraagbaar bij eerstgeboorte.
Onder het Verenigd Koninkrijk was hij kamerheer (1816-1830) van [[Willem I der Nederlanden|koning Willem I]] en lid van de [[Tweede Kamer der Staten-Generaal]] (1815-1830). Hij was ook gemeenteraadslid van Gent (1817-1830) en daarnaast bekleedde hij ook verschillende burgemeesterschappen in kleine gemeenten: [[Huise]] (
Della Faille voerde, na enkele jaren aanwezigheid in de Tweede Kamer, oppositie tegen de regering en viel vanaf 1822 in ongenade. Hij werd nochtans nog herkozen. Pas in 1830 werd hij geweerd ten voordele van Pierre-François De Smet-Bossaert (1774-1860), die echter nooit zetelde.
|