Paul Grégoire (beeldhouwer): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 21:
Grégoire was een zoon van de schilder [[Jan Grégoire|Johannes Hubertus (Jan) Grégoire]] en Maria Barbara Hubertina Ras. Zijn ouders, beiden afkomstig uit Maastricht, vestigden zich in 1910 in Amsterdam. Grégoire werd er opgeleid aan de [[Rijksakademie van beeldende kunsten]] als leerling van onder anderen [[Jan Bronner]] en [[Johannes Hendricus Jurres]]. Grégoire was sterk geïnspireerd door [[Charles Despiau]]. Hij werd in 1956 hoogleraar aan de Rijksakademie.<ref name="Scheen">[[Pieter A. Scheen]] (1969) ''[[Lexicon Nederlandse Beeldende Kunstenaars 1750-1950]]''. 's-Gravenhage: Kunsthandel Pieter A. Scheen N.V. Volume 1, p. 397.</ref> Hij gaf les aan onder anderen zijn zoon [[Pépé Grégoire]], [[Eddy Roos]], [[Jon Gardella]], [[Jet Schepp]] en [[Saskia Pfaeltzer]]. Door zijn werk, maar ook door zijn invloed op zijn leerlingen, is Paul Grégoire van grote en blijvende invloed geweest op de beeldhouwkunst in Nederland.
 
Onder zijn leiding ontstond aan de Rijksakademie de [[Groep van de figuratieve abstractie]], later afgekort tot 'De Groep', waarvan hij kan worden beschouwd als grondlegger in de traditie van Bronner en als lid van de tweede generatie van 'De Groep'.
 
Grégoire was de 'filosoof van de [[Arabesk (versiering)|arabesk]]' en zocht altijd naar 'de bewegingslijn in de ruimte', waarvan zijn vrijheidsmonument in Eindhoven een voorbeeld is. Zijn werk past in de traditie van de [[Figuratieve kunst|figuratief]] [[abstracte kunst|abstracte]] [[beeldhouwkunst]].
 
==Werken==