Kalifaat van de Rashidun: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Label: Misbruikfilter: Experimenteren
k Linkfix
Regel 44:
Na de dood van Mohammed in [[Medina (Arabië)|Medina]], dreigde de verdeeldheid opnieuw de overhand te krijgen. Weliswaar werd [[Aboe Bakr]] unaniem tot [[kalief]] gekozen, maar zijn benoeming geschiedde in grote haast en wekte weerzin op bij aanhangers van Ali ibn Aboe Talib, die vonden dat Ali als familielid van Mohammed automatisch kalief had moeten worden. Hoewel deze crisis vrij snel bezworen was (doch later opnieuw zou opflakkeren en tot een schisma binnen de islam zou leiden), begonnen Arabische stammen te rebelleren, omdat ze vonden dat ze door de dood van Mohammed ook van hun eed van trouw waren ontslagen. Sommige stammen weigerden belasting af te dragen, en anderen volgden andere profeten als [[Musaylima]] en [[Tulaiha]]. Abu Bakr herorganiseerde zijn leger en organiseerde expedities tegen de verschillende rebelse stammen, waarbij eerst de verzetshaarden die zich het dichtst bij Medina waren onderworpen werden gevolgd door Centraal- en Noord-Arabië, en uiteindelijk Oman en Hadramaut.
 
Deze burgeroorlog, de zogenaamde [[Ridda-oorlogen]], nam het grootste deel van Abu Bakrs korte kalifaat in beslag. Daarna stuurde bij [[Khalid ibn al-Walid]], de commandant met een leger van 18,000 man naar het door het [[Perzische Rijk|Perzië]] beheerste Irak en hun vazalstaat der Lakhmiden, waarna Romeins [[Syrië]] aangevallen werd. De motivatie achter deze aanvallen was onduidelijk, het had een veroveringsplan kunnen zijn maar wellicht wilde Abu Bakr niet meer dan met de Romeins-Perzische bemoeienis in Arabië afrekenen en een bufferzone creëren. Hoe dan ook, deze aanvallen bleken zeer succesvol.
 
=== Omar (634-644) ===