Transfer-RNA: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k Wijzigingen door 2A02:1811:D40B:9200:D0E5:4D0F:8D7D:A09 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Wikiwerner
Regel 3:
'''Transfer-RNA''' (tRNA) is een vorm van [[Ribonucleïnezuur|RNA]] die een belangrijke rol speelt bij de [[translatie (biologie)|translatie]] van [[mRNA]] naar [[proteïne|eiwitten]]. Transfer-RNA is een [[ribozym]], een RNA-molecuul met [[enzym]]atische activiteit.
 
Het tRNA-molecuul heeft de vorm van een kruis; dit wordt een klaverbladstructuur genoemd. Deze structuur ontstaat door aanwezige [[waterstofbrug]]gen. Het heeft ten minste twee belangrijke onderdelen: een [[anticodon]] (onder in de afbeelding) en een bindingsplaats voor een van de [[aminozuur|aminozuren]] (boven). Hoewel er 64 verschillende mRNA-codons zijn, zijn er geen 64 verschillende tRNA-moleculen. Zo is er bijvoorbeeld geen tRNA-molecuul dat een anticodon bevat complementair aan het stopcodon UAA. Transfer-RNA met het anticodon voor UGA wordt gebruikt om [[selenocysteïne]] te coderen en tRNA met het anticodon voor UAG komt in organismen voor die [[pyrrolysine]] gebruiken in sommige enzymen. In andere organismen zijn UGA en UAG stopcodons. Daarbij kunnen de anticodons van sommige tRNA's meer dan één [[codon]] herkennen, omdat de tRNA-herkenning van het derde nucleotide van het codon niet zoaltijd veeljuist rolis. speeltToch inwordt nog steeds het juiste aminozuur ingebouwd, want er zijn 61 codons die coderen voor 20 verschillende standaardaminozuren. Wanneer verschillende codons voor hetzelfde aminozuur coderen, verschilt meestal de derde base.
translatie van de proteïne. Sommige tRNA's hebben ook I (inositol) in plaats van G,C,U,A. Deze extra nucleotide kan alle 4 de nucleotide's binden van het mRNA door sterische verandering.Toch wordt nog steeds het juiste aminozuur ingebouwd, want er zijn 61 codons die coderen voor 20 verschillende standaardaminozuren. Wanneer verschillende codons voor hetzelfde aminozuur coderen, verschilt meestal de derde base.
 
In het [[ribosoom]] heeft het tRNA een eigen bindingsplaats: de zogenaamde A-site. Het anticodon kan binden aan een bijbehorende codon op het mRNA, maar alleen wanneer zo'n codon zich ook in de A-site bevindt. Wanneer deze verbinding tot stand is gebracht, wordt het aminozuur door het ribosoom gekoppeld aan de groeiende keten van het eiwit dat gesynthetiseerd wordt. Nadat het aminozuur is 'afgeleverd', laat het tRNA weer los, waarna het opnieuw gebruikt kan worden. Transfer-RNA is dus een [[katalysator]]. Vervolgens kan met behulp van [[aminoacyl-tRNA-synthetase]] een 'nieuw' aminozuur aan het tRNA gekoppeld worden. Dit proces heet [[aminoacylatie]]. Voor ieder aminozuur is er een aminoacyl-tRNA-synthetase.