Alberik I van Mâcon: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
→‎Levensloop: juist werkwoord
Regel 17:
Na de dood van zijn vader werd hij burggraaf van Narbonne, maar Alberik reisde liever dan te regeren en liet het beheer van Narbonne over aan zijn broer. Hij vertrok richting [[Mâconnais]] en huwde daar met Tolana, enige dochter van burggraaf [[Raculf]] van Mâcon. Dankzij dit huwelijk werd Alberik in 932 de eerste graaf van Mâcon. In 942 besliste hij eveneens om bezit te nemen van Salins, dat toen deel uitmaakte van de gebieden van de [[Abdij van Sint-Mauritius]], maar door de grote afstand met de abdij moeilijk te verdedigen was. Door deze overdracht verzekerde de abdij zich van de steun van een sterke heerser die hun belangen verdedigde.
 
Alberik verwierf nog verschillende andere landerijen. Bisschop Bernon van Mâcon wees hem bijvoorbeeld het kasteel van [[Confrançon]], de burcht en de kerk van [[Saint-Amour]] en de proosdij van [[Vinzelles]] toe, waarna hij in ruil Montgudin, Civria en Savigny aan de bisschop afstond. In 941 doneerde Maynier, de [[proost (ambt)|proost]] van de Sint-Mauritiusabdij, hem bovendien landerijen die het klooster bezat in de graafschappen [[Scoding]] en [[Warasch]], meer bepaald [[Aresches]], [[Chamblay]], [[Goux-les-Usiers|Usie]] en het kasteel van [[Bracon (Frankrijk)|Bracon]] en een deel van Salins. Deze donatie werd door koning [[Koenraad van Bourgondië]] goedgekeurd, maar deed de abdij enkel op voorwaarde dat ze na de dood van Alberik en zijn zonen teruggeventerug gegeven werden als het klooster dat vroeg.
 
Hij stierf rond het jaar 943 en werd bijgezet onder het plein van de [[Kathedraal van Besançon]]. Alberik werd als graaf van Mâcon opgevolgd door zijn zoon [[Leutald I]].