Speculatie (handel): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Aanvulling informatie.
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 6:
 
==Theorie==
In het jaar 1900 publiceerde de Franse wiskundige Louis Bachelier<ref>{{en}}[https://en.wikipedia.org/wiki/Louis_Bachelier Louis Bachelier wiki]</ref> zijn proefschrift: ''Theorie de la spéculation''.<ref>{{fr}}Theorie de la spéculation, Louis Bachelier (Édition Jacques Gabay) ISBN 2 87647 129 9</ref>. Hierin betoogde hij dat de vorming van beurskoersen een [[Stochastisch proces|stochastisch proces]] wasis. Met zijn publicatie stond Bachelier aan de basis van zowel de random walk theorie<ref>{{en}}[https://en.wikipedia.org/wiki/Random_walk_hypothesis Random walk theorie]</ref> als de [[Efficiënte-markthypothese|efficiënte markthypothese]]. Een van de belangrijkste conclusies van de efficiënte markthypothese is dat het onmogelijk is om structureel betere beleggingsresultaten te behalen dan gemiddeld, behalve door geluk. Alle bekende informatie in de markt is reeds in de prijzen verwerkt, en toekomstige ontwikkelingen zijn onvoorspelbaar. Als [[Effectenbeurs|markten]] vallenzich gedragen ondervolgens de meest sterke vorm van de efficiënte-markthypothese dan is speculeren dus zinloos.
 
Beurshandel is echter voor een groot deel nog steeds mensenwerk. En door menselijk gedrag worden de theoretische gevolgen van de efficiënte-markthypothese in de praktijk afgezwakt.<ref>{{nl}}[https://www.ou.nl/Docs/Opener/MW/Beleggen/leereenheid_4.pdf Beleggen en Psychologie (pdf)]</ref> Psychologische aspecten zoals: angst, hebzucht en kuddegedrag maken dat marktparticipanten zich niet 100% rationeel gedragen. Dat biedt kansen om te arbitreren op markt inefficiënties. De winst die deze arbitrage kan opleveren wordt echter weer onderdrukt door transactiekosten.
 
== Voorbeelden van speculatie ==