Fundering op staal: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting |
uitbreiding |
||
Regel 4:
In de nederlandse norm is vastgelegd dat een fundering op staal niet dieper dan 5* zijn kleinste dwarsafmeting mag zijn aangelegd. Een fundering op staal is vaak goedkoper dan een [[paalfundering|fundering op palen]], maar vereist een goede ondergrond. Bij klei en veenachtige gebieden is het vaak niet goed mogelijk om een fundering op staal te realiseren, omdat de [[zetting|zettingen]] hier te groot zouden worden. Een fundering op staal is in gebieden met een ondergrond van zand wel goed mogelijk. De maximale diepte die men de grond in gaat bij deze funderingsmethode hangt af van de de opbouw van de grond en de geometrie van het gebouw. Zo zal men bij kelderkonstructies dieper kunnen funderen dan bij gebouwen zonder noemenswaardige onderbouw. Eventueel kan men een [[grondverbetering]] toepassen.
Bij funderen op staal worden traditioneel sleuven gegraven tot op ca. 60 cm. beneden het [[maaiveld]]. De aanleg van de fundering is op deze diepte vorstvrij. Bij erg strenge winters komt de [[vorst]] niet onder de fundering. In deze sleuven wordt
Funderen op staal wordt in Nederland voornamelijk toegepast bij kleinere bouwwerken.
Aangezien dit toch een vrij bewerkelijke methode is wordt de bouwput tegenwoordig meestal machinaal uitgegraven tot de vordtvrije diepte en wordt gebruikt gemaakt van funderingselementen van piepschuim die op de juiste breedte worden afgesteld en na het plaatsen van de (prefab) wapening worden volgestort. De [[piepschuim]] zorgt hierbij meteen voor warmteïsolatie, zodat er geen uitstraling van warmte uit het bouwwerk via de [[kruipruimte]] en de fundering kan plaats vindeb
Ook kan een fundering op staal nog steeds (ouderwets) geheel uit steen opgemetseld worden.
{{Funderingstechnieken}}
| |||