Hertogdom Pommeren: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 59:
* In paragraaf 2 werden aan Zweden toegekend:
# Voor-Pommeren binnen de grenzen zoals deze golden onder de laatste hertog.
# Van Achter-Pommeren: de plaatsen Stettin (Szczecin, in het vervolg worden de na 1945 in het door Polen geannexeerde deel van Pommeren ingevoerde Poolse benamingen tussen hakenhaakjes toegevoegd), Garz, Damm (DabieDąbie), [[Goleniów (stad)|Gollnow]] (Goleniów) en het eiland [[Wolin (eiland)|Wollin]] (Wolin) inclusief de Stettinerhet Haf[[Oderhaf]] (Zalew SzczecinskiSzczeciński) en de drie mondingen van de Peene[[Peenestrom]], de [[Świna|Swine]] en de [[Dziwna|Dievenow]].
* In paragraaf 3 werd vastgelegd dat deze delen van het hertogdom Pommeren en het vorstendom [[Rügen]] voor altijd als (Duits) rijksleen aan de koning van Zweden zullen behoren.
* In paragraaf 5 deed Brandenburg afstand van zijn rechten in het Zweedse deel van Pommeren.
* In artikel 11 paragraaf 1 kreeg Brandenburg als vergoeding voor het verlies van het betreffende deel van Pommeren het [[hertogdom Maagdenburg]] en het [[vorstendom Halberstadt]] toegewezen.
 
Verder was er in 1637 een klein deel van Pommeren in het uiterste oosten aan Polen gekomen, namelijk het gebied rondom de steden [[Lębork|Lauenburg]] (Lebork) en [[Bytów|Bütow]] (Bytów). Daarbij werd de autonomie in zoverre gegarandeerd dat de bevolking luthers mocht blijven.
 
Met de bijzetting van de laatste hertog in 1654 (17 jaar na zijn dood!) werd de zelfstandigheid van het land ook symbolisch beëindigd.
 
Brandenburg wist, gebruik makend van de Zweeds-Poolse successieoorlog, in 1657 Lauenburg en Bütow weer met Pommeren te herenigen. Verder slaagde Brandenburg erin het stadje [[Drawsko Pomorskie|Draheim]] (Drawsko Pomorskie) en omgeving van Polen te panden.
 
In de oorlog die in 1672 tussen Frankrijk en Nederland uitbrak, stond Zweden aan de Franse kant en Brandenburg aan de Nederlandse. Brandenburg wist heel Zweeds-Pommeren te veroveren, maar moest het grotendeels ontruimen na de Vrede van St. Germain van 1679. Allen het Zweedse gebied op de oostelijke oever van de Oder (maar zonder Damm (DabieDąbie) en Gollnow (Goleniów)) kwamen nu aan Brandenburg.
 
De [[Noordse Oorlog]] van Polen, Rusland en Denemarken tegen Zweden was een volgende kans voor Brandenburg om zijn aandeel te vergroten. In de Vrede van Stockholm van 1719 kreeg Brandenburg het Zweedse deel van Voor-Pommeren tot aan de Peene tegen betaling van 2 miljoen daalders. Tot deze uitbreiding behoorden ook de eilanden [[Wolin (eiland)|Wollin]] en [[Usedom]] en de stad Stettin.