Juan van Oostenrijk: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 8:
== Landvoogd van de Nederlanden ==
[[Bestand:14-4007_Print_Baudartius_Arrival_Don_Juan_in_Brussels_1577_1.jpg|thumb|[[Blijde Inkomst|Blijde Intrede]] van Don Juan in [[Brussel (stad)|Brussel]] op 1 mei 1577. Prent uit 'de Nassausche Oorloghen' van [[Willem Baudartius|W. Baudartius]].]]
[[File:Escorial 012.jpg|thumb|Graftombe in het [[Escorial]]]]
 
Filips II stuurde Don Juan in 1576 als landvoogd naar de Nederlanden om de overleden [[Luis de Zúñiga y Requesens|Luis de Requesens]] te vervangen. Dit was bepaald geen aantrekkelijke promotie; zijn twee recentste voorgangers, Alva en Requesens, hadden gefaald in het onderdrukken van de [[Tachtigjarige Oorlog|Opstand]]. Juan had de ambitie om Filips' kroonprins te worden en Filips wilde Juan op zijn nummer zetten door hem een moeilijke missie te geven: zonder voldoende militaire middelen orde en gezag herstellen zonder op religieus gebied concessies te doen. Juan werd naar deze post gelokt met het vooruitzicht dat hij de katholieke Schotse koningin [[Maria I van Schotland|Maria Stuart]] mocht gaan helpen de troon van de protestantse koningin [[Elizabeth I van Engeland]] over te nemen. Hij kwam op 3 november aan, na als Moor vermomd door Frankrijk te hebben gereisd, terwijl daar de [[Hugenotenoorlogen]] woedden. Hij kwam net te laat om de wegens achterstallige soldij muitende [[Leger van Vlaanderen|Spaanse troepen]] tot rust te manen. De muiters vielen op 4 november 1576 Antwerpen binnen en plunderden de stad in wat de [[Spaanse Furie (Antwerpen)|Spaanse Furie]] zou gaan heten. Juan wist dus meteen hoe gering de middelen waren waarmee hij zijn opdracht moest vervullen. [[Willem van Oranje]] wist direct munt te slaan uit de toen algemeen anti-Spaanse stemming in noord en zuid, bij protestanten en katholieken, hetgeen leidde tot de [[Pacificatie van Gent]] op 8 november, waarin voor het eerst eenheid van alle zeventien gewesten van de Nederlanden werd bereikt op basis van een aanzienlijke mate van religieuze tolerantie.