Leo Africanus: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k |{{Largethumb}}| is redundant, gebruik voortaan |thumb|
Regel 1:
[[Bestand:Sebastiano_del_Piombo_Portrait_of_a_Humanist.jpg|{{largethumb}}thumb|Vermoedelijk portret van Leo Africanus door [[Sebastiano del Piombo]] (ca. 1520)]]
[[Bestand:LeoAfricanus-JohnPory-GeoHistorieAfrica-1600.jpg|{{largethumb}}thumb|De reisverhalenschrijver Richard Hakluyt gaf de impuls voor het verschijnen van deze Engelse vertaling in [[1600]]. Het inspireerde [[William Shakespeare]] voor zijn [[Othello (toneelstuk)|Othello]].]]
 
'''Ḥasan al-Wazzān''', met zijn Latijnse naam '''Johannes Leo de Medicis''' alias '''Leo Africanus''' (ca. 1494 - ca. 1554?), oorspronkelijk حسن ابن محمد الوزان الفاسي of '''al-Hasan ibn Mohammed al-Wazzan al-Zayyati al-Gharnati''' of '''al-Hasan ibn Mohammed al-Fasi''', was een Moors diplomaat en ontdekkingsreiziger. Hij groeide op in [[Marokko]] en kwam na een ontvoering door [[Zeeroverij|zeerovers]] aan het hof van [[paus Leo X]] terecht. Hij is vooral bekend door zijn ''Descrittione dell'Africa''.
 
== Biografie ==
Het meeste wat bekend is van zijn leven komt van autobiografische notities uit zijn eigen werk. Leo Africanus werd in 1494 geboren te [[Granada (stad)|Granada]]. Zijn familie verhuisde vlak na zijn geboorte naar [[Fez (stad)|Fez]]. In Fez studeerde hij aan de [[Al-Quaraouiyine-Universiteit]]. Als jonge man vergezelde hij zijn oom in een diplomatieke missie door de [[Maghreb]] in dienst van de [[Wattasiden]]. Deze missie reikte tot [[Timboektoe (stad)|Timboektoe]]. In 1517 op terugkeer van een diplomatieke missie uit [[Constantinopel]] namens sultan [[Abu Abd Allah al-Burtuqali Muhammad ben Muhammad|Mohammed II]] deed hij [[Rosetta (Egypte)|Rosetta]] aan tijdens de [[Ottomaanse Rijk|Ottomaanse]] verovering van [[Egypte (land)|Egypte]]. Hij reisde verder naar [[Caïro (gouvernoraat)|Caïro]] en via [[Aswan]] over de [[Rode Zee]] naar [[Arabisch Schiereiland|Arabië]], waarschijnlijk om de [[Hadj]] naar [[Mekka]] te doen.
 
Op de weg terug werd hij in 1518 tijdens de overtocht van Caïro naar [[Tunis]] met een zestigtal medeopvarenden gevangengenomen door de Spaanse zeerover Don Pedro de Cabrera y Bobadilla, een ridder in de [[Orde van Sint-Jan]]. Bobadilla liet hem opsluiten in het [[Grootmeesterspaleis (Rhodos)|Grootmeesterspaleis]] te [[Rodos (stad)|Rodos]] en besloot - toen duidelijk werd dat het om een geleerde gevangene ging die wel eens belangwekkende informatie zou kunnen aanleveren - hem over te brengen naar [[paus Leo X]] te [[Rome (stad)|Rome]], met wie de piraat mogelijk enkele plooien glad te strijken had. Aan het pauselijk hof werd gevreesd voor een Ottomaanse inval in Sicilië en Zuid-Italië, zodat informatie van binnenuit meer dan welkom was. De gevangene, aanvankelijk opgesloten in de [[Engelenburcht]], werd met ongebruikelijke égards behandeld: hij had toegang tot Arabische teksten uit de [[Vaticaanse Bibliotheek]], kreeg [[catechese]] van drie bisschoppen en werd dan door de paus zelf gedoopt in de [[Sint-Pietersbasiliek]]. Naar de kerkvorst kreeg hij de naam ''Johannes Leo de Medicis'', waarvan hij zelf in het Arabisch ''Yuhanna al-Asad al-Gharnati'' maakte ("Johan de Leeuw van Granada").
 
Tijdens zijn verblijf in Italië leerde Africanus Italiaans en Latijn. Hij raakte bevriend met de humanistische prins [[Alberto III Pio|Alberto Pio]] en met de neoplatonist [[Aegidius van Viterbo|Egidio da Viterbo]]. Na de dood van Leo X in 1521 verliet hij Rome, vermoedelijk omdat opvolger [[Adrianus VI]] geen vertrouwen stelde in de Moor. De drie of vier daaropvolgende jaren reisde hij door Italië. Hij vestigde zich in [[Bologna (stad)|Bologna]] en doceerde er Arabisch. Van een Arabisch-Hebreeuws-Latijns medisch woordenboek dat hij schreef voor de Joodse geneesheer Jacob Mantino ben Samuel, is alleen het Arabische stuk bewaard. Dit manuscript ligt in het [[Escorial|Escorialbibliotheek]] te Spanje, en is een van de weinige bronnen die verwijzen naar zijn volledige Arabische naam.<ref name="leoafricanus.com">http://www.leoafricanus.com/pictures/bibliography/Masonen/Masonen.pdf</ref> Onder de nieuwe [[paus Clemens VII]], weer een telg uit het geslacht [[de' Medici]], keerde hij in 1526 terug naar Rome. Naar verluidt completeerde hij er op 10 maart van dat jaar het werk dat hem beroemd zou maken, ''Della descrittione dell'Africa''. Het werd in 1550 gepubliceerd in het [[Italiaans (taal)|Italiaans]] en later in andere talen.
 
Na de [[Plundering van Rome (1527)|plundering van Rome]] in [[1527]] trok hij terug naar [[Noord-Afrika]], waar hij zich opnieuw tot de islam bekeerde. Het wijst erop dat er toch enige dwang gemoeid was geweest met zijn bekering in 1518. Weinig is bekend over zijn latere leven en helemaal niets over het jaar van zijn dood.
 
== ''Descrittione dell'Africa'' ==
In [[1550]] verscheen zijn werk bij de uitgever Giovanni Battista Ramusio als een onderdeel van een reeks [[Reisverhaal|reisverhalen]] en aardrijkskundige literatuur. Het droeg de titel ''Della descrittione dell'Africa et delle cose notabili che ivi sono, per Giovan Lioni Africano''. In [[Antwerpen (stad)|Antwerpen]] verschenen vanaf [[1556]] Latijnse en Franse vertalingen. De Latijnse ''Cosmographia de Affrica'', die veel fouten bevatte, werd als bron gebruikt voor de Engelse versie (1600).
 
De eerste Nederlandse vertaling verscheen in 1665 te Rotterdam bij de boekhandelaar en uitgever Aarnout Leers. De titel was ''Pertinente Beschryvinge van Afrika, met alle de Lande, Koninkrijken, Steden, Volken, Gewoonten, Gedierten, Vogelen, Boom -en Aard-vruchten, die daar zijn. Getrokken en vergadert uyt de Reys – boeken Van Johannes Leo Africanus''. Het boek was opgedragen aan de heren van de [[Admiraliteit van Rotterdam]].
 
Dit boek, waarin Africanus het leven, de gewoonten, het bestuur en de geografie van noordelijk Afrika beschrijft, vormde eeuwenlang de hoofdbron van de Europese kennis over het gebied. Cartografen als [[Ortelius]] (1527-1598) en [[Joan Blaeu]] (1598/99 - 1673) ) in zijn [[Atlas Maior (Blaeu)|Atlas Maior]] baseerden zich op de gegevens uit de beschrijving van Leo Africanus. In zijn ''Naukeurige Beschrijvingen der Afrikaensche gewesten'' citeert [[Olfert Dapper]] (1636 – 1689) vaak uit het werk. Dankzij de ''Descrittione'' kreeg [[Timboektoe (stad)|Timboektoe]] een mythische allure in de Europese verbeelding. Het is onwaarschijnlijk dat Leo Africanus al de plaatsen die hij beschreef zelf heeft bezocht. Zo moet hij voor de [[Hausa (volk)|Hausa]] en het [[Bornurijk]] vertrouwd hebben op informatie van andere reizigers.
 
== Trivia ==
*In zijn werk beschreef Leo Africanus een methode om kamelen te doen dansen; het volstond om een jong dier regelmatig op een hete vloer te plaatsen en een tamboerijn te rinkelen. De pijn doet de kameel afwisselend steunen van de ene poot op de andere. Na het leerproces zorgt de associatie met de tamboerijn ervoor dat de kameel hetzelfde gedrag stelt zonder de hete ondergrond en 'op bevel' danst. Het principe van de [[klassieke conditionering]] werd eeuwen later voor de hond van [[Hond van Pavlov|Pavlov]] gebruikt.
* [[William Butler Yeats]] zou tijdens een [[seance]] op [[9 mei]] [[1912]] de geest van Africanus oproepen.
 
== Bibliografie ==
* [[Amin Maalouf]], ''Galeislaaf, geleerde, wereldreiziger in de Renaissance. Het leven van Leo Africanus'', 1987, {{ISBN |9026942915}} (historische fictie).
*Oumelbanine Zhiri, ''L'Afrique au miroir de l'Europe. Fortunes de Jean-Léon l'Africain à la Renaissance'', 1991.
*Dietrich Rauchenberger, ''Johannes Leo der Africaner. Seine Beschreibung des Raumes zwischen Nil und Niger nach dem Urtext'', 1999.
*Natalie Zemon Davis, ''Trickster Travels. A Sixteenth-Century Muslim Between Worlds'', 2006, {{ISBN |9780571234790}}.
*François Pouillon (red.), ''Léon l'Africain'', 2009.
*V. Hoorens, ''[[Jan Wier]] (1515-1588). Een ketterse arts voor de heksen,'' Bert Bakker, Amsterdam, 2011, p.&nbsp;117-118.
 
== Voetnoten ==
{{referencesReferences}}
 
[[Categorie:Persoon uit Al-Andalus]]