Breien (textiel): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k |{{Largethumb}}| is redundant, gebruik voortaan |thumb|
Regel 1:
[[Bestand:Pink knitting in front of pink sweatshirt.JPG|{{largethumb}}thumb|Close-up van een breier]]
'''Breien''' is een werkwijze om van doorlopend [[Garen (draad)|garen]] en met behulp van twee of meer [[Breinaald|naalden]] [[textiel]] te maken, meestal als basis voor [[kleding]]stukken en accessoires. Breien is samen met [[weven]] de belangrijkste techniek om textiel te vervaardigen.
 
Gebreide stof bestaat uit aaneengeschakelde lussen en is [[Elasticiteit (materiaalkunde)|elastisch]]. Om kleding te breien wordt meestal [[wol]] of [[katoen]] gebruikt. Truien, sokken, sjaals en mutsen worden vaak gebreid, maar ook andere kledingstukken en accessoires kunnen gebreid worden. In de moderne [[textielindustrie]] worden allerlei kledingstukken met [[breimachine]]s gebreid. Met de hand breien, een vorm van [[handwerken]], wordt vooral beoefend als een [[Creativiteit|creatieve]] [[hobby]], terwijl het tot in de 20e eeuw een gebruikelijke manier was om kleding te maken.
 
== Geschiedenis ==
Regel 9:
 
=== Ontstaan ===
[[Bestand:BLW Pair of socks.jpg|{{largethumb}}thumb|Egyptische sokken, 300-500 n.Chr., gebreid volgens de oudere, tragere methode van [[naaldbinden]]]]
De mens weeft al duizenden jaren stoffen. Breien is vermoedelijk ontstaan uit oudere, wijdverspreide methodes om van garen textiel te maken. Voor de introductie van breien en [[haken]] deed men in verschillende culturen aan [[naaldbinden]] (van het Deense ''nålebinding'', een neologisme uit jaren 1970). Naaldbinden lijkt op haken, met het grote verschil dat er niet met een haaknaald, maar een gewone naald gewerkt wordt en met korte stukken draad. De draad wordt met de naald door een lus gehaald, waardoor een nieuwe lus ontstaat. Enkele van de oudste vondsten van naaldgebonden textiel zijn een lapje stof uit de [[Syrië|Syrische]] stad [[Dura Europos]] uit de [[3e eeuw|3e eeuw n.Chr.]],<ref>{{en}} [http://cirsiafortuita.blogspot.be/2012/03/archeology-and-knitting-meet-at-dura.html "Archeology and knitting meet at Dura Europos"], Cirsia Fortuita, 21-03-2012, online geraadpleegd op 06-05-2015.</ref> sandaalsokken van [[Egypte (land)|Egyptische]] [[Kopten]] uit de [[4e eeuw]] en hoofddeksels en sjaals uit de [[Peru]]viaanse [[Paracascultuur|Paracas-]] en [[Nazca-cultuur|Nazca-culturen]] van tussen 300 v.Chr. en 300 n.Chr. Vermoedelijk is de techniek verschillende eeuwen of zelfs millennia ouder.
 
Breien zou in het [[Midden-Oosten]] ontstaan zijn als een adaptatie van naaldbinden, met twee naalden in plaats van een. De oudste voorbeelden van eigenlijk breiwerk komen uit Egypte. Men gaat ervan uit dat de gevonden kledingstukken – waaronder [[katoen]]en [[Sok (kleding)|sokken]] met kleurrijke patronen – tussen de [[11e eeuw|11e]] en de [[14e eeuw]] gemaakt werden.<ref>{{fr}} Georgette Cornu, Marielle Martiniani-Reber, ''Tissus d'Égypte. Témoins du monde arabe, VIIIe-XVe siècles: Collection Bouvier.'' Genève: Musée d'art et d'histoire de Genève, 1993.</ref><ref>{{en}} [http://sheepandstitch.com/the-history-of-knitting-part-1-mysterious-origins/ "The History of Knitting Pt 1: Mysterious Origins"], Sheep & Stitch, 16-02-2014, online geraadpleegd op 06-05-2015.</ref>
 
Vanuit het Midden-Oosten verspreidde de breitechniek tijdens de [[Hoge middeleeuwen|hoge]] en [[late middeleeuwen]] naar [[Europa (werelddeel)|Europa]]. De oudste [[Archeologie|archeologische vondst]] van breiwerk in Europa is een [[zijde (textiel)|zijde]]n [[kussensloop]] uit de late [[13e eeuw]], aangetroffen in het graf van een [[Spanje|Spaanse]] prins. [[Arabieren]] introduceerden de techniek mogelijk in Spanje tijdens de [[Al-Andalus|Moorse overheersing]] of Spanjaarden maakten kennis met breien tijdens de [[kruistocht]]en.<ref name="madonna">{{en}} [http://sheepandstitch.com/the-history-of-knitting-pt-2-madonnas-stockings-and-guilds-oh-my/ "The History of Knitting Pt 2: Madonnas, Stockings and Guilds, Oh My!"], Sheep & Stitch, 18-02-2014, online geraadpleegd op 06-05-2015.</ref>
 
Terwijl naaldbinden prima lukt met korte stukjes draad, zijn er om te breien langere garens nodig. De uitvinding van het [[spinnewiel]] om garen te [[Spinnen (textiel)|spinnen]], dat vermoedelijk in de 11e eeuw in [[Azië]] en het Midden-Oosten opkwam en niet veel later in Europa zou opduiken,<ref>{{en}} Arnold Pacey, ''Technology in World Civilization: A Thousand-Year History''. Cambridge: The MIT Press, 1991.</ref> was een belangrijke stap vooruit ten opzichte van spinnen met een steen of [[spintol]] en was cruciaal in de verspreiding van breien.
Regel 21:
 
=== Middeleeuwen en vroegmoderne tijd ===
Halverwege de 14e eeuw duiken er in [[Italië]] en [[Duitsland]] [[schilderij]]en op van [[Maria (moeder van Jezus)|Maria]], waarop zij in het bijzijn van het kindje [[Jezus (traditioneel-christelijk)|Jezus]] breit. Deze 'breiende [[Madonna (kunst)|madonna's]]' geven aan dat breien zich op dat moment al over delen van West-Europa verspreid had. In de schilderijen doet Maria aan [[rondbreien]] en breien in verschillende kleuren, wat bewijst dat de kunstenaars vertrouwd waren met die technieken.<ref name="tricot2">{{fr}} [http://tricot-fluor.monsite-orange.fr/page2/index.html "Europe médiévale"], Tricot-Fluor, 13-09-2004, online geraadpleegd op 08-05-2015.</ref> Volgens historica [[Joan Thirsk]] vormen de schilderijen een indicatie dat breien in de late middeleeuwen wijdverspreid was en misschien zelfs een populair tijdverdrijf voor vrouwen uit de hogere klassen. Brei-expert Donna Kooler bevestigt dat een breiende vrouw een vertrouwd beeld moet zijn geweest.<ref name="madonna" />
 
Niet veel later groeide breien uit tot een aanzienlijke ambacht. De groei werd gedreven door een Europese [[mode]]trend voor rijke mannen: gebreide [[Sok (kledingstuk)|sokken]]. De toegenomen vraag om kwalitatieve katoenen of zijden sokken – stoffen die geïmporteerd moesten worden en bijgevolg kostelijk waren – leidde in de [[15e eeuw|15e]] en [[16e eeuw]] tot een [[professionalisering]] van breien in [[Gilde (beroepsgroep)|gilden]].<ref name="tricot2" /> De breiersgilden waren alleen toegankelijk voor mannen en vereisten een intensieve vooropleiding.<ref name="madonna" />
 
Geleidelijk aan leerden ook werklieden en boeren om goedkoop te breien met de [[wol]] van hun eigen [[Schaap (dier)|schapen]]. Buiten de steden, waar de gilden het monopolie hadden, breiden zowel mannen als vrouwen. Behalve voor eigen gebruik, breide men ook voor verkoop, een vorm van [[plattelandsnijverheid]].<ref>{{en}} Olivia Gordon, [http://www.allaboutyou.com/craft/knitting/knitting-how-it-all-began-52451 "Knitting: how it all began"], allaboutyou.com, 12-02-2010, online geraadpleegd op 07-05-2015.</ref> Dat was vooral het geval in [[Koninkrijk Engeland|Groot-Brittannië]] waar [[Elizabeth I van Engeland|koningin Elizabeth]] de landelijke bevolking aanmoedigde om bij te verdienen door te breien. Op het einde van Elizabeths bewind exporteerde Engeland wollen kousen naar Frankrijk, Duitsland, Italië, de Nederlanden en zelfs Spanje, dat de naam had het beste breiwerk te produceren.<ref name="tricot3">{{fr}} [http://tricot-fluor.monsite-orange.fr/page3/index.html "Le marche de la bonnetterie"], Tricot-Fluor, 13-09-2004, online geraadpleegd op 08-05-2015.</ref>
 
=== Industriële revolutie ===
[[Bestand:11 PagetHilscher2font.jpg|{{largethumb}}thumb|Kleinschalige inslagbreimachine uit 1870]]
[[Bestand:The Knitting Woman painting by William-Adolphe Bouguereau.jpg|{{largethumb}}thumb|Breiend meisje, door [[William-Adolphe Bouguereau]], 1869]]
Voor de [[industriële revolutie]] van de [[18e eeuw|18e]] en [[19e eeuw]] werden er verschillende toestellen uitgevonden om het breien te vergemakkelijken. Zo vond de Engelse predikant [[William Lee (uitvinder)|William Lee]] in 1589 een mechanisch [[breiraam]] uit, de ''stocking'' of ''knitting frame''. Koningin Elizabeth gunde Lee echter geen patent, uit vrees voor de impact op de Engelse handarbeid. Uiteindelijk verhuisde Lee naar [[Frankrijk]]. De [[Hugenoten|hugenoot]] [[Hendrik IV van Frankrijk|Hendrik IV]] was de uitvinding beter gezind en verleende Lee een patent. Na het overlijden van de koning in 1610 en van William Lee in 1614, bracht diens broer James de machines terug naar [[Londen]]. Londen werd daarna langzamerhand een van de twee textielcentra van Engeland. Ook [[Thoroton]], in de buurt van [[Nottingham]], produceerde machinaal breiwerk. Hier was Lees leerjongen namelijk blijven werken met de machine van zijn werkgever, met enkele verbeteringen tot gevolg. Tot in de 18e eeuw vormden Nottingham en [[Leicester (Engeland)|Leicester]] het hart van de textielnijverheid in de [[East Midlands]]. Het duurde bijna een eeuw eer mechanisch breien goed en wel ingang vond in de Engelse nijverheid. Toch heeft de breimachine van Lee een grote impact gehad. Tot 1864 domineerden verschillende soorten ''stocking frames'' de [[Huisindustrie|huis-]] en [[ambachtelijke industrie]].<ref name="unravel154158">{{nl}} Emmanuelle Dirix, "Eén laten vallen – twee ophalen – één laten vallen... Ontrafeling van de status van breiwerk in mode." In: ''Unravel'' 2011, p. 154-158.</ref> In 1864 vond [[William Cotton]] uit [[Leicestershire]] dan de automatische breimachine of ''full-fashioned machine'' uit, die volledige kledingstukken kon produceren met [[Stoommachine|stoomkracht]]. Tegelijkertijd verschenen ook rondbreimachines op het toneel, waarmee kousen gebreid konden worden. Aan het einde van de 19e eeuw produceerden [[fabriek]]en in de geïndustrialiseerde delen van Europa en [[Noord-Amerika]] breiwerk aan veel hogere snelheden en veel lagere kosten dan daarvoor mogelijk was.<ref name="unravel154158" />
 
Door de rationalisering van de breiproductie in de 19e eeuw evolueerde handbreien van een gerespecteerd [[Vakgebied|vak]] naar een salonhobby voor [[Victoriaans tijdperk|victoriaanse]] dames.<ref name="madonna" /> Eind 19e eeuw verschenen [[Fournituren|fourniturenwinkels]] en breipatronen voor hobbyisten. In de woorden van modehistorica Emmanuelle Dirix was er sprake van een "ironische tegenstrijdigheid": hoewel breiwerk populair was, verdwenen handmatig breien en breien met een breiraam voor commerciële doeleinden, wat op zijn beurt leidde tot een statusverhoging van handgemaakt breiwerk, maar ook statusverlies van thuisbreien voor privégebruik. Dat werd almaar meer geassocieerd met [[armoede]] en [[vrouwelijkheid]]. Hoewel handwerkvaardigheden werden beschouwd als bewonderenswaardige vrouwelijke kwaliteiten, hadden ze, aldus Dirix, geen status in een bredere sociaaleconomische context.<ref name="unravel154158" />
 
De [[hygiëne|hygiënische beweging]], die in de loop van de 19e eeuw opkwam in West-Europa, leverde een grote bijdrage aan de populariteit van gebreide stoffen. Eind 19e eeuw geraakte men ervan overtuigd dat katoen op de huid ongezond was en dat alleen dierlijke vezels – in casu [[wol]] – voldoende verluchting boden om toxische stoffen af te voeren. De Duitse wetenschapper [[Gustav Jäger]] was een pleitbezorger van wol 'dicht op de huid'; hij kende veel navolging. Deze gezondheidscultus leidde tot een grotere productie van machinaal gebreid wollen ondergoed, onder andere verkocht onder de merknaam [[Jaeger (kleding)|Jaeger]]. Ook de nieuwe, praktische [[vrijetijdskleding]] die [[Reformkleding|kledinghervormers]] en [[Eerste feministische golf|vroege feministen]] propageerden maakte vaak gebruik van gebreide stoffen.<ref name="unravel154158" /><ref>{{en}} Elizabeth Ewing, ''Dress and Undress. A History of Women's Underwear''. Londen: Bibliophile, 1981, p. 96-104.</ref>
 
=== 20e eeuw ===
Begin 20e eeuw onderging de [[Westerse kostuumgeschiedenis|westerse mode]] enkele ingrijpende veranderingen. Eind jaren 1900 vereenvoudigde de Franse ontwerper [[Paul Poiret]] het dames[[silhouet]], dat tijdens de victoriaanse en edwardiaanse periodes heel volumineus was, tot een recht silhouet. Poirets mode bleef wel luxueus en extravagant. Het was [[Coco Chanel|Gabrielle 'Coco' Chanel]] die Poirets vereenvoudiging vervolledigde door elegante [[vrijetijdskleding]] te produceren in bijvoorbeeld beige [[jersey (stof)|jersey]], een machinaal gebreide stof die voorheen alleen werd gebruikt voor werkkleding en ondergoed. De ''chic pauvre''-stijl werd een eclatant succes in de jaren 10 en 20, waardoor jersey een aanvaardbare stof werd om modieuze bovenkleding mee te vervaardigen. Zowel handgebreide als verfijnde machinaal gebreide kleding, en met name [[Trui (kleding)|truien]], werden een rage in de jaren 20. Ook [[badpak]]ken – kusttoerisme en recreatief [[Zwemsport|zwemmen]] waren nieuwe fenomenen – werden tijdens het [[interbellum]] bijna steeds gemaakt in gebreide stof. Naast Chanel speelden ook modeontwerpers [[Jean Patou]] en [[Elsa Schiaparelli]] een belangrijke rol in de popularisering van gebreide sport- en modekleding.<ref name="unravel154158" />
 
Tijdens de [[Tweede Wereldoorlog]] werd thuisbreien een economische noodzaak voor gezinnen om de effecten van de [[rantsoenering]] en [[schaarste]] te beperken. Vrouwen [[Stoppen (handwerken)|stopten]] en herstelden kleding en gaven oud garen een tweede leven door het te ontrafelen, te ontkreukelen en opnieuw te breien. Net zoals gebeurd was tijdens de [[Eerste Wereldoorlog]], breidden vrouwen aan het [[thuisfront]] ook sokken, mutsen, sjaals, truien, [[Bivakmuts|balaclava's]] en andere accessoires voor de troepen.<ref>{{en}} Lucinda Gosling, ''Knitting for Tommy: Keeping the Great War Soldier Warm''. Stroud: The History Press, 2014.</ref><ref>{{nl}} Jane Tynan, "Breien voor de overwinning. Thuisgebreide militaire kleding voor de Britse troepen aan het front." In: ''Unravel'' 2011, p. 158-160.</ref> Tijdens de Tweede Wereldoorlog gebruikten (veelal vrouwelijke) [[spion]]nen en [[Verzetsbeweging|verzetsstrijders]] handwerk ook als een manier om geheime berichten en codes door te geven aan het verzet en het leger.<ref>{{Citeer boek|taal=en|auteurlink=|auteur=Gordon A. J. Petersen|medeauteurs=Marshall McClintock|url=|titel=A guide to codes and signals: International flag code, secret ciphers, weather signals, morse code, sign language, etc., with flags of all nations|uitgever=Whitman Pub. Co|datum=1942|pagina's=58|ISBN=}}</ref> Bij deze vorm van [[steganografie]] werden boodschappen verborgen in knopen, gaten of andere patronen die in het breiwerk werden aangebracht.
 
Mede door de associaties van breiwerk met de soberheid en armoede van de oorlog, verdween breiwerk na de Tweede Wereldoorlog zo goed als volledig uit de [[haute couture]] van bijvoorbeeld [[Christian Dior]], die toonaangevend was in de jaren 50.<ref name="unravel154158" /> Wel onderhielden vrouwen hun vaardigheden als hobby. Wol in nieuwe stijlen en kleuren en een enorm aanbod breipatronen lieten vrouwen toe om voor zichzelf of familie kleding te breien. Vooral de [[twin set]] was een populair item in de jaren 50 en 60. Dat [[Handwerken|handwerk]] als een nuttige vaardigheid werd beschouwd, bleek uit het feit dat men breien, [[haken]] en [[borduren]] aan [[meisje]]s in de [[lagere school]] onderwees.
 
Na de Tweede Wereldoorlog ontstonden de eerste [[jongerenmode]]s. Daarin speelde gebreide stof een rol. Jongeren in de jaren 50 of 60 waren niet koopkrachtig en hadden geen belangstelling voor haute couture. Ze wilden zich in hun kleding vooral onderscheiden van de generatie van hun ouders, en dat lukte vanaf dan door de ontwikkeling van de moderne [[Confectie|confectie-industrie]]. Elastisch breiwerk leende zich bovendien perfect voor innovatieve en wat uitdagender kleding, zoals de nauwsluitende truitjes van de ''[[sweater girl]]s'' en de zwarte [[coltrui]]en van de [[Existentialisme|existentialisten]]. Ontwerpers [[Mary Quant]], [[Rudi Gernreich]] en [[Barbara Hulanicki]] zetten de trend en kregen navolging van [[Pierre Cardin|Cardin]], [[Yves Saint Laurent (modeontwerper)|Yves Saint Laurent]] en anderen. Door deze ontwikkeling kreeg gebreide kleding een tweeledige betekenis: enerzijds bleven gebreide truien en [[twinset]]s fatsoenlijke [[middenklasse]]kleding, anderzijds stond gebreide kleding symbool voor de soms revolutionaire ideeën van een nieuwe generatie en hun verzet tegen voorgaande generaties.<ref name="unravel154158" />
 
De uitvinding van [[nylon]] rond 1940 betekende een ware revolutie, omdat dit materiaal in de vorm van een been kon worden gebracht door het te verhitten. In de 20e eeuw konden de breimachines steeds sneller breien, en werden de mogelijkheden voor patroonbreien groter.
Regel 49:
== Breitechniek ==
=== Breinaalden ===
[[Bestand:Knitting.jpg|{{largethumb}}thumb|Breiwerk]]
Breien gebeurt in de meeste gevallen met twee [[Breinaald|breinaalden of -pennen]]. Die hebben aan een kant een scherpe punt, aan de andere een knop die voorkomt dat de lussen er af kunnen glijden. Soms worden een of meer hulpnaalden gebruikt, bijvoorbeeld voor het breien van kabels. Het breien van ronde delen, zoals een sok of een naadloze [[mouw]], gebeurt met behulp van vier breinaalden zonder knop. Dit wordt [[rondbreien]] genoemd. Er bestaan ook flexibele naalden uit één stuk, die het rondbreien makkelijker maken. Ook het voor- en achterpand van een [[Trui (kleding)|trui]] kan op deze manier worden gebreid, hiervoor wordt dan liever één flexibele naald gebruikt, de rondbreinaald. Zo is een patroon makkelijker te maken, is er minder verschil tussen de steken dan wanneer er recht en averecht gebreid wordt, zijn er geen naden in de zijkant en kunnen zelfs de mouwen direct ingevoegd worden terwijl het lijf wordt afgemaakt. Verder kunnen op deze manier tafelkleden en dergelijke worden gebreid, zij het met heel dunne wol en de dunste breipennen.
 
Regel 55:
 
=== Het breien ===
[[Bestand:Knitting demo of two stitches.webm|{{largethumb}}thumb|Demonstratie van breien met basissteken]]
Breien gebeurt bij een plat breiwerk in een heen-en-weer gaande beweging. Het breiwerk heeft in dit geval een duidelijke 'goede kant' (de buitenkant van het breiwerk, de kant die zichtbaar is als het gebreide resultaat wordt gedragen) en een 'verkeerde kant' (de binnenkant van het breiwerk, de kant die bij het dragen van het breiresultaat niet zichtbaar is). Bij een rondbreiwerk is er geen sprake van een heen-en-weer gaande beweging: bij deze breitechniek wordt door het gebruik van meerdere naalden of door een of twee rondbreinaalden te gebruiken voortdurend aan de goede kant van het breiwerk gewerkt.
 
Het eerste wat een breier doet bij de aanvang van een nieuw breiwerk is het opzetten van de breisteken. De allereerste steek bij het opzetten van een nieuw breiwerk, wordt gemaakt door een lus met een knoopje op de breinaald te zetten. Vervolgens kunnen door een draai met het draad te maken de overige steken op de naald gezet worden. De meest gebruikte manieren op de steken op de breinaald te zetten is door deze of met de hand op de naald te zetten of door deze met een andere techniek al breiend op de naald te zetten. Er zijn nog andere technieken om steken op de naald te zetten: deze worden in specifieke gevallen gebruikt. Zo kunnen steken ook extra losjes op een naald gezet worden als de uiteinden van het breiwerk extra rekbaar moet zijn.
 
Na het opzetten van de steken wordt de eerste pen – of de eerste naald – gebreid. Hierna wordt beschreven hoe een [[rechtshandig]]e breier kan breien. De breier steekt met de lege naald in de rechterhand in de eerste steek op de linkernaald, slaat de draad om de rechternaald, haalt deze draad door de lus van de steek die nu over beide naalden ligt en trekt vervolgens de steek van de naald in de linkerhand af. Daarbij wordt er goed opgelet dat er geen andere steken van de linkernaald worden afgetrokken. Ook moet ervoor gezorgd worden dat de draad aan de juiste kant van de rechternaald terechtkomt. In Nederland werd wel eens het volgende ritme aangeleerd: ''insteken – omslaan – doorhalen – af laten gaan''. Een ervaren breier doet die vier handelingen heel snel opeenvolgend. Het aantal steken dat per naald wordt gebreid wordt goed geteld, want bij elke breironde moet – als er niet geminderd of gemeerderd wordt – hetzelfde aantal steken worden gebreid. Als het aantal steken onverwacht verminderd is, is er een steek gevallen. Als er onverwacht meer steken op de breinaalden staat, is er per ongeluk gemeerderd door een extra steek te breien.
 
Wanneer een plat breiwerk gereed is, worden de steken die nog op de naald(en) staan afgekant. Door allereerst een steek te breien en vervolgens de vorige steek erover heen te halen verdwijnen alle steken van de naald zonder dat het breiwerk uiteen valt. Bij de laatste overgebleven steek wordt een draad door de lus gehaald. Het resultaat van het afkanten is een stevig uiteinde van het breiwerk.
Regel 77:
De '''tricotsteek''', die veel in truien wordt toegepast en ook in met machines gebreide kleding, bestaat uit rechte steken aan de voorkant van de kleding, en averechte steken aan de achterzijde van de kleding. Het is de eenvoudigste manier van breien, omdat de draad aan één kant van de naald kan blijven. Aan de voorzijde heeft de stof dan een patroon dat bestaat uit ''V-tjes'', aan de achterzijde zijn ''ribbels'' te zien. [[T-shirt]]s en dergelijke zijn ook in deze steek (machinaal) gebreid, T-shirtstof heet dan ook [[tricot (stof)|tricot]].
 
De '''ribbelsteek''' ontstaat door alle steken recht te breien.
 
[[Bestand:HandKnittedWhiteLaceSock.jpg|{{largethumb}}thumb|Een sok uit diverse steken, met bovenaan de boordsteek, waardoor de boord goed om het been sluit. Zonder boordsteek zou de sok afzakken.]]
[[Bestand:RL - linke Seite.jpg|thumb|left|190px|Tricotsteek achterzijde]]
[[Bestand:Knitcable.jpg|thumb|left|190px|Een ingewikkelde kabelsteek]]
Regel 96:
 
=== Breien met kleuren ===
[[Bestand:Selburose-detail.jpg|{{largethumb}}thumb|Een detail van een traditioneel patroon in de kleuren zwart en wit]]
Breien met verschillende gekleurde draden is een mogelijkheid om een aantrekkelijk breiwerk te maken, bijvoorbeeld een Noorse trui. Bij gebruik van twee kleuren wordt om beurten de juiste kleur gebruikt om een of meer steken te breien. De draad van de niet gebruikte kleur wordt dan langs de achterkant van het breiwerk geleid, waar (lange) lussen ontstaan. De kunst is de lengte van deze lussen te beperken zodat het gebreide één geheel wordt en vingers en knopen er niet in blijven haken. In wanten worden vaak twee kleuren toegepast om een dikkere – en dus ook warmere – want te krijgen. Onzichtbaar breien met verschillende kleuren is ook mogelijk.
 
Regel 111:
 
== Culturele aspecten ==
[[Bestand:Mrandmrssidneydrew.jpg|{{largethumb}}thumb|Samen breien]]
[[Bestand:Yarn Bombing Madrid 2.jpg|{{largethumb}}thumb|[[Wildbreien]] is een recent fenomeen waarbij mensen lapjes in of aan elkaar haken, breien of naaien en die vervolgens in de stad verspreiden.]]
 
=== Hobby ===
Breien leeft vooral voort als een hobby, een vrijetijdsactiviteit die rustgevend werkt. Tot een mooi eindproduct zoals een sjaal of een trui komen, duurt redelijk lang, en voor veel breiers zit de charme 'm niet in het kledingstuk, maar in de activiteit zelf. Wie de techniek onder de knie heeft, kan zich rustig neerzetten met een breiwerkje en tegelijkertijd praten of televisiekijken. Het zachte, regelmatige getik van de breinaalden kan ook rustgevend zijn. De hobby wordt traditioneel vooral beoefend door [[vrouw]]en en misschien wel vooral door oudere vrouwen die steevast thuis of op school leerden breien. Toch zijn er ook mannen en jonge mensen die breien. Almaar meer mannen kiezen ervoor om te breien als een manier om tot rust te komen.<ref>{{en}} Theo Merz, [http://www.telegraph.co.uk/men/thinking-man/10552983/Mens-knitting-is-it-the-new-yoga.html "Men’s knitting: is it 'the new yoga’?"], ''[[The Daily Telegraph|The Telegraph]]'', 09-01-2014, online geraadpleegd op 08-05-2015.</ref><ref>{{en}} David Demchuk, [http://knitty.com/ISSUEsummer05/FEATknitlikeaman.html "Knit like a man"], Knitty.com, 2004, online geraadpleegd op 08-05-2015.</ref>
Regel 119 ⟶ 120:
 
=== Mode ===
Het eerste breiwerk in Europa was bedoeld voor gegoede lieden. Het was heel fijn breiwerk en werd soms versierd met goud- of zilverdraad. Vaak was het niet zozeer bedoeld om gedragen of gebruikt te worden, maar waren het decoratieve voorwerpen die de sociale status van de eigenaar in de verf zetten.<ref name="madonna" /><ref>{{en}} David Jenkins, ''The Cambridge History of Western Textiles''. Cambridge: [[Cambridge University Press]], 2003, p. 1-6.</ref> Verschillende textielmusea bewaren verfijnd, historisch breiwerk en stellen het tentoon.
 
In de vroege 20e eeuw gingen gebreide kleren opnieuw deel uitmaken van de [[haute couture]]. In de jaren 20 werden gebreide [[debardeur]]s een modetrend nadat [[Eduard VIII van het Verenigd Koninkrijk|Edward, prins van Wales]], het kledingstuk in 1921 in het openbaar had gedragen. In de jaren 40 introduceerde [[Coco Chanel]] de gebreide [[twinset]].<ref>{{en}} [http://www.vam.ac.uk/content/articles/h/handmade-in-britain-really-ripping-yarns-knitting/ "Handmade in Britain - Fabric of Britain: Knitting's Golden Age"], [[Victoria and Albert Museum]], 2013, online geraadpleegd op 11-05-2015.</ref> Gebreide kleding nam ook een prominente plaats in in de mode van de jaren 60 en 80, terwijl breien als hobby in dat laatste decennium net onpopulair werd.<ref>{{en}} Whitney Vargas, "Knitting Circle", ''[[Elle (tijdschrift)|Elle]]'', september 2007, p. 192.</ref> Nog altijd kiezen veel modeontwerpers voor gebreide stoffen in hun collecties.
 
=== Beeldende kunst ===
Een recent verschijnsel is ''yarn bombing'' of '[[wildbreien]]'. Wildbreiers bekleden voorwerpen met kleurrijke gebreide of gehaakte stukken stof. Magda Sayeg uit Texas wordt gezien als de pionier van ''yarn bombing''. In 2005 breidde ze een hoesje rond de deurklink van haar boetiek in Houston, wat veel kijklustigen trok. Ze begon vervolgens breiwerkjes achter te laten op publieke plaatsen in de stad, bijvoorbeeld aan verkeersborden.<ref name="wollan">{{en}} Malia Wollan, [http://www.nytimes.com/2011/05/19/fashion/creating-graffiti-with-yarn.html?_r=0 "Graffiti’s Cozy, Feminine Side"], ''[[The New York Times]]'', 18-05-2011, online geraadpleegd op 10-05-2015.</ref> Wildbreien is sindsdien uitgegroeid tot een wereldwijd fenomeen. Boomstammen, lantaarnpalen, zitbanken, vuilnisbakken, standbeelden en kunstwerken worden aangekleed met gebreide of gehaakte lapjes, vaak ter plaatse aan elkaar genaaid. ''Yarn bombing'' is daarmee uitgegroeid tot een vorm van ''[[street art]]''. Het is in eerste instantie een poging om ongezellige, kille [[openbare ruimte]] op te eisen en te personaliseren. Bovendien is het net als traditionele [[graffiti]] een middel om aan [[zelfexpressie]] of [[maatschappijkritiek]] te doen. Soms schuilen er politieke motieven achter wildbreiwerk, niet in het minst de overtuiging dat de stedelijke omgeving best wat '[[Vrouwelijkheid|vrouwelijker]]' mag worden.<ref name="wollan" /> Eigen aan wildbreien is dat het geen blijvende schade aanricht..<ref>{{en}} Nicole Saidi, [http://edition.cnn.com/2009/LIVING/12/04/knitting.irpt/index.html?_s=PM:LIVING "Urban knitters spin yarn into graffiti"], [[CNN]], 05-12-2009, online geraadpleegd op 11-05-2015.</ref>
 
== Industriële productie en toepassingen ==
Regel 132 ⟶ 133:
 
== Zie ook ==
* [[Elizabeth Zimmermann]]
 
== Externe links ==
Regel 144 ⟶ 145:
* {{nl}} J. Brittain, A.R. Oosterbaan, ''De nieuwe handwerkencyclopedie''. Ede: Zomer & Keuning, 1980.
* {{nl}} ''Unravel. Tricot in de mode.'' Tielt: Lannoo, 2011.
 
<!--== Noten ==
{{References|group=noot}}-->