Culturele Revolutie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 8:
| Anders=Culturele Revolutie (wéngé, 文革)
}}
De '''Grote Proletarische Culturele Revolutie''' ([[Mandarijn (taal)|Mandarijn]]: 无产阶级文化大革命, ''wuchanjieji wenhuadageming'') – vaak afgekort tot '''Culturele Revolutie''' – was een [[massapsychologie|massapsychologische]]revolutionaire campagne die plaatsvond in de [[Volksrepubliek China]] van [[1966]] tot [[1976]]. De [[revolutie]] werd in gang gezet door [[Mao Zedong]] – de toenmalige voorzitter van de [[Communistische Partij van China]] – om zijn tegenstanders hardhandig uit te schakelen. Hiermee verkreeg Mao Zedong zijn positie van absolute macht terug. Mao had deze positie verloren ten gevolge van de mislukking van de [[Grote Sprong Voorwaarts]]. Bij de Grote Sprong Voorwaarts stierven volgens verschillende schattingen 18<ref>Cormac Ó Gráda: ''Great Leap into Famine''; 2011; blz. 9.</ref> tot 45 miljoen<ref>Frank Dikötter: ''Mao's Great Famine: The History of China's Most Devastating Catastrophe, 1958-62''; 2010; {{ISBN|0-8027-7768-6}}.</ref> mensen. Schattingen van het aantal doden ten gevolge van de gewelddadigheden tijdens de Culturele Revolutie variëren tussen de 1,7 miljoen en 8 miljoen mensen.<ref name=":0">{{Citeer web|url=http://www.nrc.nl/handelsblad/2016/05/21/mao-heeft-ons-misleid-1619821|titel=Mao heeft ons misleid|bezochtdatum=2016-05-21|werk=nrc.nl}}</ref>
 
De Culturele Revolutie begon in mei 1966, nadat Mao de beschuldiging had geuit dat de overheid geïnfiltreerd was door mensen die het [[kapitalisme]] wilden herstellen in China. Mao beweerde dat zij vermomd waren als [[revisionisme (marxisme)|revisionistische marxisten]], die uitgeschakeld moesten worden. Mao steunde de oprichting van [[Rode Garde (China)|Rode Gardes]] door Chinese jongeren. Via de Rode Gardes werden gematigde leiders buiten spel gezet, zoals [[Liu Shaoqi]] en [[Deng Xiaoping]]. In dezelfde tijd groeide de [[persoonsverheerlijking]] van Mao. Miljoenen mensen werden vervolgd tijdens de Culturele Revolutie door de overheid en tribunalen en mishandelingen door de lokale Rode Gardes. Martelingen, [[strijdbijeenkomst]]en, gevangenschap, onteigeningen, straatmoorden en executies vonden plaats. Historisch erfgoed werd vernietigd door de Rode Gardes. De stedelijke intellectuelen werden vanaf 1968 grotendeels gedeporteerd naar het platteland. Mao verklaarde in 1969 het officiële einde van de Culturele Revolutie, maar pas na de dood van Mao en de arrestatie van de [[Bende van Vier]] in 1976 werd het beleid van de Culturele Revolutie daadwerkelijk geëindigd. In 1981 verklaarde de Communistische Partij van China dat de Culturele Revolutie negatieve gevolgen had voor de partij, het land en de bevolking.<ref>''Resolution on Certain Questions in the History of Our Party Since the Founding of the People's Republic of China,'' adopted by the Sixth Plenary Session of the Eleventh Central Committee of the Communist Party of China on June 27, 1981 ''Resolution on CPC History (1949–81).'' (Beijing: Foreign Languages Press, 1981). blz. 32.</ref>