Marie Popelin: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 5:
== Biografie ==
 
Popelin komt uit een burgerlijke familie: een van haar broers was arts, een andere broer was officier in het Belgische leger in Congo. Haar zus, Louise, zou als eerste Belgische vrouw haar diploma halen als apothekeres. Ze had een nichtje, Magdeleine, die als landschapsschilder wat succes hadzou gekendkennen in Parijs.
Marie Popelin studeert in Brussel aan de lagere middenschool. In 1867 vraagt [[Isabelle Gatti de Gamond]] haar om les te geven in de een nieuwe schoolmeisjesschool die zij in 1864 had opgericht. Marie Popelin zalneemt in 1875 ontslag nemen uit de school na spanningen met de directrice. In oktober 1875 leidt zij in [[Bergen]] een nieuwe lagere meisjesschool en implementeert daar samen met haar zus Louise het model van [[Gatti de Gamond]]. In 1882 vraagt ze haar overplaatsing naar de middenschool van Laken maar wordt een jaar later om administratieve redenen uit haar directiefunctie ontheven en ter beschikking gesteld.
Popelin besluit vervolgens op 37-jarige leeftijd, in [[1883]], haar rechtenstudie aan te vatten aan de [[Université libre de Bruxelles]]. Als eerste afgestudeerde vrouw vroeg zij in [[1888]] toegang tot het beroep van advocaat aan de [[balie (advocatuur)|balie]] van [[Brussel (stad)|Brussel]]. Het [[Hof van beroep (België)|hof van beroep]] verwierp haar verzoek op [[12 december]] 1888 met argumenten over de ''natuur van de vrouw'' en haar sociale rol. Het Hof van Beroep te Brussel oordeelde als volgt:
:''"(...) Attendu que la nature particulière de la femme, la faiblesse relative de sa constitution, la réserve inhérente à son sexe, la protection qui lui est nécessaire, sa mission spéciale dans l'humanité, les exigences et les sujétions de la maternité, l'éducation qu'elle doit à ses enfants, la direction du ménage et du foyer domestique confiée à ses soins la placent dans des conditions peu conciliables avec les devoirs de la profession d'avocat et ne lui donnent ni les loisirs, ni la force, ni les aptitudes nécessaires aux luttes et aux fatigues du barreau ; (...)''.<ref>Hof van Beroep Brussel, 12 december 1888, ''Pas.'' 1889, 48.</ref>