Shorttrack (schaatsen): verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
1 (onbereikbare) link(s) aangepast en 0 gemarkeerd als onbereikbaar #IABot (v2.0beta14) |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 122:
Een bestuurslid was gaan kijken in Amsterdam, waar hij '' 'slecht gebouwde knapen, die nauwelijks konden schaatsenrijden, op een baan die op de meest onnauwkeurige wijze was uitgezet' '' zag. Er volgde een duidelijke conclusie: '' 'het tempo- en stuurloze rijden wekte ieders lachlust op. Het was een parodie op hardrijden, een propaganda tégen het hardrijden die belachelijk was.' ''. Een extra argument was het lidmaatschap van Taconis van de Nederlandse Vereniging ter Bevordering van het Hardrijden op de Schaats (NVBHS), een bond waarmee de KNSB in conflict was. Daarbij kwam ook nog eens dat men dacht dat hardrijden op een ijshockeybaan tot ernstige ongelukken zou leiden en de bochtentechniek nadelig zou beïnvloeden. Ondanks het verbod ging de NVBHS door met het organiseren van wedstrijden, vaak over 1500 meter.
Na de Tweede Wereldoorlog groeide het shorttrack in het buitenland (o.a. in Australië, Frankrijk, Engeland) sterk. In Nederland gaven Engelse rijders in 1975 een demonstratie in de pauze van het Nederlands Kampioenschap kunstrijden. In april van
Internationaal ontstond er echter een probleem rondom de lengte van de baan. In Engeland gebruikte men een baan van 100 meter, terwijl in Nederland 125 meter gebruikelijk was. In de Verenigde Staten kende men het zogenaamde ''diamond of safety'', een ruitvormige baan. De Australiërs kenden op hun beurt weer de ''double radius track''. Er werd in Nederland niet gewacht op verdere internationale regelgeving: in 1978 wint het team van [[Indoor Hardrij Club Leiden]] de eerste nationale competitiewedstrijd. [[Menno Boelsma]] behaalde in 1981 de eerste nationale titel en een vijfde plek op het wereldkampioenschap. Zeven jaar later werd [[Peter van der Velde (shorttracker)|Peter van der Velde]] wereldkampioen.<ref>{{en}} https://web.archive.org/web/20070930024427/http://www.isu.org/vsite/vfile/page/fileurl/0,11040,4844-130436-131744-26036-0-file,00.pdf</ref> In 1986, 1987, 1989 en 1990 werd het Nederlands aflossingsteam 4 keer wereldkampioen.<ref>{{en}} https://web.archive.org/web/20070110103729/http://www.isu.org/vsite/vfile/page/fileurl/0,11040,4844-130404-131712-26015-0-file,00.pdf</ref> Bij de vrouwen behaalde Joëlle van Koetsveld in 1990 de eerste en enige Nederlandse zilveren medaille bij een WK.<ref>{{en}} https://web.archive.org/web/20070930015426/http://www.isu.org/vsite/vfile/page/fileurl/0,11040,4844-130407-131715-26011-0-file,00.pdf</ref> Europese titels werden tot op heden ook niet behaald, [[Dave Versteeg]] en Cees Juffermans kwamen in respectievelijk 1998 en 2001 niet verder dan een tweede plaats,<ref>{{en}} https://web.archive.org/web/20070930020457/http://www.isu.org/vsite/vfile/page/fileurl/0,11040,4844-132274-133582-28524-0-file,00.pdf</ref> net als [[Ellen Wiegers]] in 1997 en 1998.<ref>{{en}} https://web.archive.org/web/20070110103733/http://www.isu.org/vsite/vfile/page/fileurl/0,11040,4844-132277-133585-28528-0-file,00.pdf</ref>
|