Saint-Barthélemy (eiland): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 45:
Saint-Barthélemy werd een [[vrijhaven]], waar gekaapte lading kon worden verkocht. Het eiland bloeide op, tot het door de opkomst van het [[stoomschip]] minder belangrijk werd. Op [[10 augustus]] [[1877]] kochten de Fransen het terug, nadat de plaatselijke bevolking voor aansluiting bij Frankrijk had gestemd. In [[1946]] kreeg [[Guadeloupe]], waar Saint-Barthélemy toen onder viel, de status van overzees [[departement (Frankrijk)|departement]]. In de tweede helft van de [[20e eeuw]] verdubbelde de bevolking van het eiland tot 7000 inwoners.
 
== [[Ontvoering van Freddy Heineken]] 13 februari 1986 ==
Omdat Frankrijk Van Hout en Holleeder niet kon uitleveren of zelf berechten, maar ze ook geen [[verblijfsvergunning]] wilde geven, werden ze vervolgens op 6 december 1985 ondergebracht in hotels met [[huisarrest]] ("hotelarrest"). Ze werden op 13 februari 1986 overgebracht naar [[Guadeloupe]]. In het vliegtuig bleek dat ze in Guadeloupe zouden moeten overstappen op een vliegtuig naar het Nederlandse deel van [[Sint Maarten (land)|Sint Maarten]]. Ze protesteerden hiertegen, waarna ze naar [[Saint-Barthélemy (eiland)|Saint-Barthélemy]] overgebracht werden. De bevolking was echter fel tegen het daar "dumpen" van criminelen, waardoor ze daar niet veilig waren. Vervolgens werden ze naar het Franse deel van Sint-Maarten overgebracht, maar daar waren dezelfde problemen. 's Nachts moesten ze aan boord gaan van een schip dat met gedoofde lichten naar het onbewoonde eilandje [[Tintamarre]] voer (waarbij journalist [[Peter R. de Vries]] ook meeging), waar ze nog even op het schip konden slapen en daarna aan wal gaan, waar ze per helikopter werden opgehaald. Ze werden teruggebracht naar Guadeloupe, met weer dezelfde problemen. Toen zijn ze weer teruggehaald naar het Europese deel van Frankrijk, en kregen hotelarrest in [[Évry (Essonne)|Évry]]. Op grond van een nieuw uitleveringsverdrag vroeg Nederland opnieuw om uitlevering, waarna ze opnieuw in een Franse gevangenis kwamen te zitten. Het uitleveringsverzoek werd ingewilligd behalve m.b.t. "schriftelijke bedreiging met de dood", wegens de eerdere intrekking van het verzoek. Ditmaal gingen ze niet in beroep en ze werden op 31 oktober 1986 aan Nederland uitgeleverd.