Station Utrecht Centraal: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 70:
De terminal kan in een zeker opzicht worden gezien als een enorm rechthoekig plateau dat een overdekte en gesloten overspanning is vanaf het nieuwe stationsplein aan de oostelijke zijde tot aan het Jaarbeursplein en het Beatrixgebouw aan de westelijke zijde. Waar de overkluizing van de sporen voorheen varieerde in breedte (de Jaarbeurstraverse was in vergelijking met de stationshal bijvoorbeeld vrij smal) vormt de OV-terminal in volle breedte (begrensd door stadskantoor aan de noordzijde en de Katreinetoren aan de zuidzijde) een overdekt plateau tussen het Stationsplein en het Jaarbeursplein. De noordelijke rand van deze OV-terminal is een passage die open is maar wel overdekt. De OV-terminal wordt gekarakteriseerd door het, over de gehele lengte én breedte, golvende of gebogen dak.
 
De parallel gelegen bus-perrons zijn in het ontwerp opgenomen als gelijkwaardige perrons: ze hebben dezelfde perronoverkappingen, de trapopgangen zijn esthetisch op precies dezelfde manier afgewerkt, ze zijn binnen de hal, net zoals de treinperrons, bereikbaar met liften en (rol)trappen en de trapopgangen zijn esthetisch op precies dezelfde manier afgewerkt als de trapopgangen naar de treinperrons, ook het de banken en hetde overige zitjes zijn hetzelfde als op de treinperrons. De terminal kenmerkt zich ook door een grotere overzichtelijkheid: opgangen tussen de hal en de trein- en busperrons zijn per soort (trappen, roltrappen en liften) op één lijn gezet. In de voorgaande situatie was dit niet het geval, onder meer omdat de busstations en de sneltram-haltes geen onderdeel uitmaakten van het station zelf, maar van het Hoog Catharijne-complex.
 
In tegenstelling tot voorheen waarbij Utrecht Centraal telkens gedeeltelijk werd uitgebreid en vernieuwd, en het station daardoor een lappendeken werd van uiteenlopende bouwstijlen uit verschillende perioden, is hier sprake van een totaalontwerp, waarbij het gehele station in één uniforme stijl is uitgebreid en vernieuwd. Ook de Noordertunnel (2010) en de Middentunnel (2018) zijn vernieuwd in dezelfde stijl. Deze Utrechtse OV-terminal deelt oppervlakkig gezien enkele overeenkomsten met een luchthaventerminal zoals een bovenverdieping met horeca voor de mensen die wat meer tijd hebben (de exploitant van deze horeca exploiteert dan ook horecagelegenheden op luchthavens,<ref>[http://www.levensmiddelenkrant.nl/nieuws/out-of-home/hmshost-aan-de-slag-op-utrecht-centraal HMSHost aan de slag op Utrecht Centraal]</ref>) de aanwezigheid van veel winkels, en een wandelpromenade aan de noordzijde, in dit geval met uitzicht op de vertrekkende en aankomende treinen i.p.v. op vliegtuigen, ook aan de zuidzijde is er goed uitzicht op de treinen en bussen. Sinds de voltooiing van de OV-terminal en de voltooiing van het Prorail-project DoorStroomStation Utrecht (waarbij perrons verbreed zijn en diverse sporen zijn verlegd) is er aan stationsbebouwing weinig van de oude situatie te herkennen. Alleen de ligging van sommige roltrappen, sporen en perronkappen, de beide reizigerstunnels, en de oudere gebouwen in de nabijheid zoals de Katreinetoren, zijn referentiepunten voor de vroegere situatie.