Anton van Duinkerken: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Label: bewerking met nieuwe wikitekstmodus
Regel 25:
==Biografie==
Brabander van inborst en Bourgondiër van levensstijl had hij eerst voor priester gestudeerd. Tijdens deze studie begon hij met schrijven, maar kennelijk beviel dit de rector van het seminarie niet want hij kreeg een schrijfverbod opgelegd. Omdat schrijven voor hem wezenlijk belangrijk was raakte hij in een crisis. Vlak voor de priesterwijding verliet hij toen gebroken het seminarie <ref>"De man die de katholieke gemeenschap smoel gaf", Paul van Velthoven, Katholiek Nieuwsblad, nr. 41, 12 oktober 2018, knessay</ref>. Vervolgens verhuisde hij in [[1929]] naar [[Amsterdam]] , als redacteur van het dagblad [[De Tijd (Nederland)|De Tijd]]. Hij werd daar tevens de aanvoerder van de katholieke jongeren die zich verenigd hadden rond het letterkundig tijdschrift ''[[De Gemeenschap]]''. Van Duinkerken werd in die tijd ook bekend door zijn pennenstrijd met [[Menno ter Braak]] over geloof en rede <ref>Hij ging hij uit van "vaste waarden"</ref>, alsmede door zijn radicale afwijzing van het nationaalsocialisme ('[[Ballade van den katholiek]]').
 
Evenals [[Simon Vestdijk]] en een aantal andere vooraanstaande Nederlanders die door de Duitse bezetter wegens hun invloed als gevaarlijk werden beschouwd, was hij gegijzeld in het [[kamp Sint-Michielsgestel]]. Hij verbleef er in 1942 bijna acht maanden. In de jaren dertig en veertig was Van Duinkerken redacteur van het katholieke dagblad [[De Tijd (Nederland)|De Tijd]] .
 
Vanaf 1952 tot aan zijn dood was hij hoogleraar Nederlandse Letterkunde aan de [[Katholieke Universiteit Nijmegen]]. Daarvoor moest hij zijn lidmaatschap van de [[Partij van de Arbeid (Nederland)|Partij van de Arbeid]] opgeven <ref>De man die de katholieke gemeenschap smoel gaf, Paul van Velthoven, Katholiek Nieuwsblad, nr, 41, 12 oktober 2018, Knessay</ref>. De manier waarop Van Duinkerken zijn laatste ziekbed verdroeg heeft volgens [[Michel van der Plas]] ('In de kou') op velen die hem bezochten indruk gemaakt, deels door zijn mildheid en religieus gefundeerd optimisme, deels ook door de afschuwelijke pijn die hij welbewust doorstond, onder andere ten overstaan van [[Jan Engelman]].
 
De manier waarop Van Duinkerken zijn laatste ziekbed verdroeg heeft volgens [[Michel van der Plas]] ('In de kou') op velen die hem bezochten indruk gemaakt, deels door zijn mildheid en religieus gefundeerd optimisme, deels ook door de afschuwelijke pijn die hij welbewust doorstond, onder andere ten overstaan van [[Jan Engelman]].
 
Van Duinkerkens poëzie heeft een traditionele vorm, een soms vertellende, soms betogende, altijd inhoudelijk gedachtenrijke zo niet overladen stijl, met daaronder een sterke, warme, soms wat melancholische gevoelstoon. Zijn proza, dikwijls essayistisch van aard, kenmerkt zich door een krachtige retorische stijl, een zekere breedvoerigheid en buitengewone eruditie.