Protesten in Irak: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k dubbel lidwoord, replaced: k één van → k een van, Één van → Een van, de de d → de d (3) met AWB
moet gepoetst - ikzie zoveel raars, vooral de typo ook...
Regel 2:
| naam = Protesten in Irak
| afbeelding = Iraq Sunni Protests 2013 6.png
| onderschrift = Soenitische Irakezen betogen tegen de overheid.
| plaats = {{IQ}}
| periode = 21 december 2012 – januari 2014
Regel 13:
| gewonden =
}}
De '''protesten in Irak''' kwamen er in de nasleep van de Tunesische- en Egyptische revolutie.
Ze hebben geleid tot minstens 45 doden, waaronder minstens negenentwintig op 25 februari 2011, die de naam "Dag van Woede" kreeg.
 
Regel 43:
Die dag vonden de dodelijkste protesten in Iraaks Koerdistan plaats.
Honderden werden vastgehouden door Iraakse veiligheidstroepen, onder wie journalisten, kunstenaars en intellectuelen. Een van de kunstenaars die werd gearresteerd.
Hussam al-Ssair, verklaarde later dat het was alsof ze te maken hadden met een groep terroristen van al-Qaeda en niet een groep ‘onschuldige’'onschuldige' journalisten.
 
Op 17 maart 2011 ontstonden nieuwe protesten in [[Bagdad]] en [[Basra]] tegen de Saoedische interventie.
Op Kerbela demonstreerden ongeveer 3000 mensen tegen [[Saudi Saoedi- Arabië]]. Nouri al Maliki bekritiseerde de Saoedische interventie.
Op 9 april 2011 escaleerden de protesten met duizenden demonstranten in Bagdad en over het hele land. De protesten zorgde voor woede bij de Amerikaanse bezetting en culmineerde op 26 mei 2011 met een demonstratie die georganiseerd was door Muqtada al-Sadr . Verschillende media rapporteerden het aantal deelnemers verschillend: 20.000 (Iraanse Press TV), 100.000
(Irak officieel Al Sabaah), een half miljoen mensen (Bagdad onafhankelijke New Sabah).
Gezien de soortgelijke protesten van Muqtada al-Sadr zijn de hoge cijfers niet onwaarschijnlijk.
 
Op 10 juni 2011 kwamen ongeveer 400 demonstranten demonstreren in Bagdad nadat premier Nouri al - Maliki de termijn voor hervormingen liet verlopen.[28]
Op 12 augustus protesteerden tientallen in Bagdad. Ze riepen tot minister van Olie Karim Luaibi om ontslag te nemen. Ze eisten dat een geplande haven vernoemd naar Hosni Mubarak, de ex-president van Egypte, niet zou doorgaan en dat de politieke gevangenen zou worden vrijgelaten.
 
Op 2 december 2011 werden de Koerden opgehitst door de preken in het vrijdaggebed. Er werd opgeroepen tot Jihadde jihad tegen slijterijen en massagesalons in Zakho in Dohuk. De rellen ontwikkeldeontwikkelden zich al snel tot het plunderen en platbranden van steden in Iraaks Koerdistan.
 
=== 2012 ===
[[Bestand:Iraq Sunni Protests 2013 9.png|340px|miniatuur|links|Demonstranten in januari 2012.]]
De protesten begonnen op 21 december 2012. De protesten kwamen er na een overval op het huis van de soennitische minister van Financiën Rafi al- Issawi en de arrestatie van 10 van zijn lijfwachten. Na de arrestatie van enkele duizenden demonstranten blokkeerden demonstranten een snelweg in Fallujah en eisten het ontslag van premier Maliki het ontslag. Op de spandoeken is te lezen: " De weerstand is nog steeds in onze aderen". "
Op 23 december zag begonnen demonstranten met het barricaderen van de belangrijkste snelweg bij Ramadi, waardoor een belangrijke Iraakse handelsroute naar Jordanië en Syrië verstoord werd.
De protesten verspreidde zich ook naar Anbar, Mosoel, Samarra, Tikrit en de wijk Adhimiya van Bagdad. Zoals de protesten in Anbar groeide, werden de protesten van Bagdad en Salah al-Din, met kleinere veiligheidstroepen uit de zuidelijke Iraakse provincies Maysan en Basra verdreven.
Regel 68:
 
=== 2013 ===
[[Bestand:Osama al nujaifi.jpg|250px|miniatuur|rechts|Osama al nujafi.]]
In de week van 5 januari 2013 waren er aanhoudende protesten tegen de regering in Mosoel, Kirkuk, Tikrit, al- Daur, Samarra, Dhuluiyah, Ramadi, Fallujah, Albu Ajil, Adhimiyah en Ghazaliyah en in Bagdad. In die week kwamen ook de protesten van de overheidsgezinden op. Die vonden plaats in Bagdad en in de zuidelijke sjiitische steden als Karbala, Kut, Najaf, Diwaniyah, Samawa en Basra.
Sinds het begin van de protesten had de Ninewa Operations Command van het Iraakse leger geprobeerd om het Ahrar plein, dat de plaats van de protesten tegen de regering in Mosoel was, te sluiten. Conflciten tussen demonstranten en legereenheden braken uit op 7 januari 2013 wanneer de legervoertuigen over meerdere demonstranten reden. Er werden 4 demonstranten hierdoor ernstig verwond. Op 8 januari 2013 raakten nog vier betogers gewond toen de Iraakse militaire eenheden het vuur opende op het plein. Het Bagdad Operations Command voerde eveneens een cordon in Al Tarmia, een stadje ten noorden van Bagdad, uit. Op 9 januari 2013 blokkeerde het leger de snelweg om te voorkomen dat demonstranten het noorden van Bagdad binnen zouden raken. Op 11 januari 2013 werd de snelweg van Bagdad naar Mosoel uiteindelijk in de buurt van Taji door de Iraakse legereenheden afgesloten. Op 9 januari 2013 zond Het Bagdad Operations Command eenheden uit naar de oostelijke rand van Fallujah.
Regel 74:
De elfde Iraakse afdeling van het leger werd ten noorden van Tikrit ingezet om de Tigris Operations Command te helpen om protesten in Hawija te voorkomen.
 
Op dinsdag 8 januari 2013 gingen in minstens 5 provincies duizenden demonstranten de straat op om steun voor Maliki te uiten en om zich verzetten tegen een poging om de Ba’atha Ba'atha-wetten te veranderen. Demonstranten uitten ook verzet tegen een terugkeer van de Ba'ath-partij.
Protesten vonden plaats in Basra, Diwaniyah, Karbala, Al - Muthana en Babil.
Op 22 februari gingen duizenden demonstranten de straat van Ramadi, Bagdad, Mosoel en Fallujah op om te demonstreren tegen de Iraakse regering, ze riepen op tot Maliki om af te treden.
Op 8 maart schoot de politie op soennitische demonstranten in Mosoel. Daarbij kwam één demonstrant om het leven en werden 5 anderen ernstig verwond. De politie beweerde dat ze in de lucht schoten om demonstranten uiteen te drijven. In reactie op het schietincident nam Izz al- Din al – Dawla, Minister van Landbouw, ontslag.
 
Op 27 april verbood de Iraakse regering 10 satellietkanalen, zoals Al Jazeera en Irak Al Sharqiya, om nog verder uit te zenden. Mujahid Abu al - Hagel van de Communicatie en Media Commissie zei:
" We namen een besluit om de vergunning van een aantal satellietkanalen die geweld en sektarisme bemoedigen stop te zetten”zetten". Twee dagen later ontploften vijf autobommen in Amara. Er vielen 15 doden en 45 gewonden. In Diywaniya ontplofte een bom in de buurt van een restaurant waarbij drie mensen stierven en 25 mensen verwond raakten. In Karbala ontplofte ook een autobom waarbij drie doden en 12 gewonden vielen.
 
Op 1 mei nam de Iraqiya soennitische Arabische parlementsvoorzitter Osama al- Nujaifi en zijn regering ontslag. Ze werden vervangen door een kleinere kast van onafhankelijken die niet zou concurreren in de volgende verkiezingen.