Pleitmonopolie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 6:
; Vertegenwoordiging en bijstand door advocaat: Iedereen mag een beroep doen op een advocaat (art. 728, §1 Ger.W.). Uitzonderlijk is een beroep op een advocaat verplicht: in burgerlijke zaken voor het [[Hof van Cassatie (België)|Hof van Cassatie]] kunnen enkel [[Advocaat bij het Hof van Cassatie|advocaten bij het Hof van Cassatie]] optreden. Dat is dan weer niet verplicht voor een [[Burgerlijke partij|burgerlijke partij]] in strafzaken (art. 478 Ger.W.).
; Vertegenwoordiging door familielid: Iedereen mag zich door een familielid laten vertegenwoordigen: een echtgenoot, een wettelijk samenwonende of een bloed- of aanverwant. Het familielid moet wel een schriftelijke volmacht hebben en de rechter moet de vertegenwoordiging toelaten. Bovendien is vertegenwoordiging van een familielid enkel mogelijk voor de [[Vrederechter (België)|vrederechter]], de [[Ondernemingsrechtbank|ondernemingsrechtbank]] en de [[Arbeidsrechtbank|arbeidsrechtbank]] (art. 728, §2 Ger.W.).
; Vertegenwoordiging door volmachtdrager van vakbond: De [[Vakbond|vakbonden]] hebben mensen in dienst die [[Arbeider|arbeiders]] en [[Bediende|bedienden]] mogen vertegenwoordigen in rechtszaken voor de arbeidsrechtbank of het arbeidshof. De [[volmachtdrager]] moet een schriftelijke volmacht hebben (art. 728, §3, eerste lid Ger.W.).
; Vertegenwoordiging door volmachtdrager van zelfstandigenorganisatie: Zelfstandigen mogen in procedures voor de arbeidsrechtbank vertegenwoordigd worden door mensen die voor zelfstandigenorganisaties werken. Zij hebben dan ook een schriftelijk volmacht nodig (art. 728, §3, tweede lid Ger.W.).
; Vertegenwoordiging in OCMW-zaken: In [[Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn|OCMW]]-zaken kan iemand vertegenwoordigd worden door een afgevaardigde van een maatschappelijke organisatie (art. 728, §3, derde lid 3 Ger.W.). Het OCMW doet beroep op een advocaat of een afgevaardigd (personeels)lid. De minister voor Maatschappelijk Welzijn kan zich laten vertegenwoordigen door een ambtenaar (art. 728, §3, vierde lid Ger.W.).