Zesdaagse Oorlog: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →‎Grensgevechten Golan-Israël: Moshe Dayan gaf toe dat het provocaties betrof
→‎Grensgevechten Golan-Israël: Israel lokte de aanval uit op de stichtingsdatum vd syrische Ba'athpartij
Regel 56:
 
=== Grensgevechten Golan-Israël ===
Eind december 1966 begon de PLO weer aanvallen uit te voeren. Ook Israël ging door met haar provocatie's <ref>Pappe o.c.,citeert Dayan (interview New York Times 11-05-1997),pag.29</ref> in de gedemilitariseerde zone. Tijdens schermutselingen werden de Syrische beschietingen vanaf de Golanhoogvlakte op Israëlische grensnederzettingen steeds intenser. Het Israëlische opperbevel besloot dat een "frontaal treffen" nodig was om Syrië op zijn plaats te zetten. Op 7 april 1967 liet men pantsertractoren, die gebruikt werden om in genoemde zone liggende akkers te bewerken, de grens tot op korte afstand naderen.<ref name="Lesch2012" /> De tractoren werden beschoten<ref> name="Lesch2012" </ref>. Daarop volgde een snel escalerend vuurgevecht waarin tweehonderd [[mortier (wapen)|mortier]]granaten afgevuurd werden op [[Gadot]],<ref>Hammel (2001), p. 25</ref> een [[kibboets]] die midden in het breedste stuk van de gedemilitariseerde zone was gevestigd. De Israëlische luchtmacht viel hierop de Syrische mortierposities aan. De Syrische luchtmacht poogde de Israëlische toestellen te onderscheppen. In de daarop volgende luchtgevechten schoten Israëlische [[Dassault Mirage III]]'s zes Syrische [[Mikojan-Goerevitsj MiG-21|MiG 21]]-straaljagers neer. Israëlische vliegtuigen vlogen ongehinderd over [[Damascus]], de vluchtende Syrische luchteenheden achtervolgend. In de weken hierna zette Syrië, ondanks deze provocatieve vernedering op de stichtingsdatum van de Syrische Ba'ath-partij nota bene <ref> Pappe,blz.29</ref>, zijn politiek voort om gelijktijdig zowel guerrilla-aanvallen tegen Israël uit te laten voeren als via allerlei internationale kanalen zijn vrees te uiten voor een Israëlische vergelding. Dringend advies van Egypte en de Sovjet-Unie om, door van de eigen aanvallen af te zien, aan die vergelding te ontkomen werd in de wind geslagen.<ref>Hammel (2001), p. 26</ref> Een militante houding tegenover Israël was binnen het Syrische regime een toetssteen geworden voor de eigen ideologische zuiverheid.<ref name="Lesch2012" /> Het Egyptische leger trok hieruit de conclusie dat een grootscheepse aanval van Israël op Syrië onafwendbaar was en begon plannen uit te werken voor een Egyptische reactie hierop.<ref>Hammel (2001), p. 27</ref>
[[Bestand:Flickr - Israel Defense Forces - Life of Lt. Gen. Yitzhak Rabin, 7th IDF Chief of Staff in photos (15).jpg|thumb|Yitzhak Rabin]]
In Israël was de ergernis over de houding van Syrië groot. In de aanloop naar de viering van de [[Israëlische onafhankelijkheidsverklaring|Israëlische Onafhankelijkheidsdag]] op 14 mei, wezen politici en militairen die door de pers ondervraagd werden over de veiligheidssituatie van het land, eensgezind naar Syrië als belangrijkste bron van onrust.<ref name="Ginat2012">Rami Ginat, 2012, "The Soviet Union: The Roots of War and a Reassessment of Historiography", In: William Roger Louis & Avi Shlaim (eds). ''The 1967 Arab-Israeli War: Origins and Consequences'', Cambridge University Press 325 pp</ref> Minister-president [[Levi Eshkol]] uitte op 12 mei dreigende taal aan het adres van de Syrische regering: als Syrië zijn beleid niet bijstelde, zou het land met "gepaste middelen" bestraft worden. Luitenant-generaal [[Yitzhak Rabin]], de chef-staf van de Israëlische strijdmacht, was die dag in een interview met het legerblad ''Ba’machane'' specifieker. Hij voorspelde: "In Syrië (...) activeren de autoriteiten zelf de terroristen (...) het doel van enige actie tegen Syrië zal daarom anders zijn dan de acties die Israël tegen Jordanië en Libanon heeft ondernomen".<ref name="Bregman42" /> De Syrische regering raakte hierop in paniek. Men vreesde dat dit een directe aankondiging was dat Israël het Syrische regime ten val zou gaan brengen en dat Israël de kennelijke Syrische militaire zwakte en de toenmalige verdeeldheid in de Arabische wereld zou uitbuiten voor een aanval.<ref name="Herzog148">Herzog (1982), p. 148</ref> Syrië deed daarop zowel aan de [[Sovjet-Unie]] als aan de president van Egypte, [[Gamal Abdel Nasser]], een verzoek om militaire ondersteuning.<ref name="Herzog148" />