Willem Witsen: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎etsen: aanvulling
aanvulling: schilderen
Regel 23:
 
== Levensloop ==
Willem Witsen was een zoon van de koopman in ijzer Jonas Jan Witsen (1819-1901) en Jacoba Elisabeth Bonekamp (1826-1873). Hij groeide op aan de Prinsengracht 530. In 1867 verhuisde de familie naar het [[Westeinde (Amsterdam)|Westeinde]], in het hoekhuis met de Nicolaas Witsenkade. Van 1876 tot 1884 nam hij tekenlessen aan de [[Rijksakademie van beeldende kunsten]] aan de Stadhouderskade; aanvankelijk 's avonds, vanaf 1878 voltijds. In die periode was hij bestuurslid van de naar de schutspatroon van de schilderkunst vernoemde [[kunstenaarsvereniging Sint Lucas]]. In 1880 werd hij vrijgesteld voor militaire dienst; zijn fysieke kenmerken werden genoteerd.<ref>[https://archief.amsterdam/indexen/militieregisters_1828-1940/voorbeeld/index.nl.html Stadsarchief Amsterdam Militieregister]</ref> Tot december 1881 verbleef hij samen met [[Piet Meiners]] in [[Antwerpen (stad)|Antwerpen]] om daar lessen te nemen. Witsen wilde stadsgezichten schilderen, maar in de trant van de [[Haagse School (schilderkunst)|Haagse school]]. Tussen 1882-84 woonde hij in de Govert Flinckstraat 82, toen nieuwbouw, samen met Piet Meiners. In 1885 richtte hij de [[Nederlandsche Etsclub]] op.<ref>{{Citeer web| url=http://www.dbnl.org/tekst/_nie002nieu06_01/_nie002nieu06_01_0007.htm| titel=''De Nieuwe Gids'' (1891) Jaargang 6}}</ref> In 1881 kocht zijn vader landgoed [[Ewijckshoeve]] bij [[Lage Vuursche]], waar Witsen in 1885 regelmatig verbleef, samen met [[Jacobus van Looy]]. Vanaf april 1887 werkte hij enkele maanden in het atelier van zijn vriend [[George Breitner]] aan de Oude Schans 5, met uitzicht op de [[Montelbaanstoren]]. Van 1888 tot 1891 verbleef Witsen in [[Camden (Londen)]]. Hier zag hij het werk van [[James McNeill Whistler (schilder)|James McNeill Whistler]] en kreeg hij interesse in fotografie. In 1891 keerde hij terug naar Amsterdam waar hij lid werd van kunstenaarsvereniging [[Arti et Amicitiae]].
 
[[File:Witsen, Willem (1860-1923), Afb 010097010825.jpg|thumb|De Montelbaanstoren door Willem Witsen, die er tegenover werkte; de prent is in spiegelbeeld afgedrukt.]]
Regel 33:
In 1890 had Witsen zich met de dichter en schrijver [[Betsy van Vloten]], de dochter van een hoogleraar en vrijdenker, verloofd. Zij leerden elkaar kennen bij [[Frederik van Eeden (schrijver)|Frederik van Eeden]], haar zwager. Hij huurde een kamer in Haarlem - waar Betsy woonde - maar hield ook zijn kamers in Londen aan. In 1893 trouwde het paar en betrok twee jaar later de villa ''Zonneberg'' in Ede. Witsen tekende in Laren (NH), Oisterwijk, en in 1898 in Rotterdam. Zijn prenten van Dordrecht maakte hij naar schetsen vanuit een roeibootje.<ref>{{Citeer web| url=http://www.kunstpedia.com/articles/351/1/Een-Amsterdamse-Impressionist-in-Dordrecht/Page1.html| titel=Jaap Versteegh (2008) Een Amsterdamse Impressionist in Dordrecht| dodeurl=ja| archiefurl=https://web.archive.org/web/20090107015433/http://www.kunstpedia.com/articles/351/1/Een-Amsterdamse-Impressionist-in-Dordrecht/Page1.html| archiefdatum=2009-01-07}}</ref> Het echtpaar kreeg drie zonen, maar hun huwelijk zou in juni 1902 worden ontbonden. Willem verhuisde van de Jacob van Lennepkade 63 naar de Overtoom 75. In september 1905 betrok Augusta Maria Schorr, de ex van zijn neef, de tweede verdieping op Oosterpark 82. In mei 1906 liet ook Witsen zich overschrijven. In april 1907 trouwden zij op huwelijkse voorwaarden. Hij schilderde bij Wijk bij Duurstede en [[Valkeveen]], maar gaf het fotograferen op.
 
In 1914 waren zij in Leipzig en Venetië. In december vertrokken zij voor acht maanden naar [[San Francisco]]. Witsen richtte vier zalen in voor de [[Panama-Pacific International Exposition]]. In oktober 1920 maakte hij, samen met zijn vrouw en zwager, een reis naar Java, [[Nederlands-Indië]]. Ze brachten een bezoek aan de koffieplantage van haar broer. In mei 1921 waren ze terug. Twee jaar later overleed hij in het [[Onze Lieve Vrouwe Gasthuis|OLGV]] aan een oude kwaal, bronchitis. Hij werd begraven op de [[De Nieuwe Ooster]], in een graf waar ook Breitner twee maanden later begraven werd. Na zijn dood schreef Willem Kloos dezijn [[sonnet]]tenreeks ''Levensherinneringen aan Willem Witsen''.
 
==Werken==
De zwaarmoedige, tobberige Witsen was geen echte [[impressionisme|impressionist]]. Daarvoor zijn de vaak winterse voorstellingen onder sombere luchten wat te streng. Tijdens zijn eerste eenmanstentoonstelling, bij kunsthandel Van Wisselingh en Co. in 1895, wilde de verkoop van de donkere schilderijen aanvankelijk niet erg vlotten. Een paar jaar later, na zijn tweede tentoonstelling, bleken zijn Rotterdamse prenten, een Amsterdamse serie, enkele gezichten op Ede, maar vooral een serie aquarellen, een groot succes. Prijzen op de [[Wereldtentoonstelling van 1900|Wereldtentoonstellingen in Parijs]] en [[Wereldtentoonstelling van 1904|St. Louis]] bezorgden hem internationale belangstelling.
 
===schilderen===
Verstilde Amsterdamse stadsgezichten, zoals die van de Herengracht en Leidsegracht, ''[[Turfschepen in de Oude Schans]]'' en ''[[Huizen langs de Oude Waal]]'' behoren tot zijn sterkste werk.<ref>{{Citeer web | url=http://www.rijksmuseum.nl/aria/aria_artists/00016980?lang=nl | titel=Willem Witsen, Rijksmuseum Amsterdam | bezochtdatum=26-01-2009 | archiefurl=https://web.archive.org/web/20070302045218/http://www.rijksmuseum.nl/aria/aria_artists/00016980?lang=nl | archiefdatum=2007-03-02 | dodeurl=ja }}</ref> Tussen 1910/11 en 1914 experimenteerde Witsen met een drijvend atelier om vanaf het water te kunnen werken. Dat is duidelijk te zien aan het lage gezichtspunt in veel van zijn werk, bijvoorbeeld ''[[Pakhuizen aan een Amsterdamse gracht op Uilenburg]]''. Hij maakte prenten en schilderijen van zijn [[Venetië (stad)|Venetiaanse]] indrukken opgedaan tijdens zijn korte verblijf in 1914. (Diverse van zijn prenten zijn spiegelbeeldig.) Hij experimenteerde met kleuretsen en [[aquatint]]en. Gedurende zijn hele carrière schilderde Witsen portretten en bloemstillevens.
Aanvankelijk werd Witsen beïnvloed door de schilders van de [[Haagse School]] en wilde ook hij landschapsschilder worden. Hij bewonderde [[Anton Mauve]] en schreef ook vaak met hem. Samen trokken zij erop uit om te aquarelleren en van hem leerde hij 'figuren, spiegelend in plassen' te schilderen. Hoewel zijn schilders-oeuvre vele landschappen en portretten beslaat, vormen zijn stadsgezichten toch het hoogtepunt van zijn werk. De eerste stadsgezichten van Amsterdam maakte hij vanuit zijn atelier aan de [[Oude Schans]] in 1887-89; van hieruit keek hij vrij uit op de [[Montelbaanstoren]], die hij vele malen heeft geschilderd. Hij had een voorkeur voor de enigszins vervallen gedeelten van de stad, zoals de achtergevels van de huizen aan de Oudezijds Achterburgwal, maar ook de rijke grachten met de boogbruggen konden hem bekoren. Als het weer goed was huurde hij een roeiboot om vanaf de oude wallen en grachten schetsen te maken. Witsen begon meestal met het maken van schetsen in zwart krijt, waarin hij de namen van de kleuren aangaf. Deze schetsen werkte hij aanvankelijk thuis uit. Had hij eenmaal een geschikte uitsnede gevonden, dan maakte hij van dezelfde locatie dikwijls zowel een ets, een aquarel en een olieverfschilderij. Het schilderij met gezicht op de [[Schreierstoren]] vanaf het IJ geeft een goed beeld van hoe Willem Witsen bij het aquarelleren te werk ging. Na het opzetten van de eerste schets, bouwde hij de waterverftekening losjes op, in verschillende lagen over elkaar. Deze lagen sponsde hij telkens weer af, waardoor een mistige atmosfeer ontstond en de achtergronden vaag bleven. Door de gelaagdheid schemeren de onderliggende kleuren zachtjes door de bovenliggende lagen heen. De voorgrond, of dat wat de schilder naar voren wilde halen, werkte hij gedetailleerder uit.<ref>Juliet Oldenburger,[https://www.amsterdamsebinnenstad.nl/binnenstad/203/witsen.html boekbespreking: 'Monografie Willem Witsen (1860-1923)', op Amsterdamse binnenstad]</ref> Verstilde Amsterdamse stadsgezichten, zoals die van de Herengracht en Leidsegracht, ''[[Turfschepen in de Oude Schans]]'' en ''[[Huizen langs de Oude Waal]]'' behoren zo tot zijn sterke werken.<ref>{{Citeer web | url=http://www.rijksmuseum.nl/aria/aria_artists/00016980?lang=nl | titel=Willem Witsen, Rijksmuseum Amsterdam | bezochtdatum=26-01-2009 | archiefurl=https://web.archive.org/web/20070302045218/http://www.rijksmuseum.nl/aria/aria_artists/00016980?lang=nl | archiefdatum=2007-03-02 | dodeurl=ja }}</ref> Tussen 1910/11 en 1914 experimenteerde Witsen met een drijvend atelier om vanaf het water te kunnen werken en daar ter plekke zijn schetsen om te kunnen zetten naar etsen of aquarellen. Dat is duidelijk te zien aan het lage gezichtspunt in veel van zijn werk, bijvoorbeeld ''[[Pakhuizen aan een Amsterdamse gracht op Uilenburg]]''. Hij maakte ook schilderijen (en prenten) van zijn [[Venetië (stad)|Venetiaanse]] indrukken, opgedaan tijdens zijn korte verblijf daar, in 1914. Gedurende zijn hele carrière schilderde Witsen portretten en bloemstillevens.
 
===etsen===
Behalve schilder zouis Witsen een belangrijke graficus wordengeworden. In 1885 richtte hij samen met twee kunstliefhebbers de [[Nederlandsche Etsclub|Nederlandse Etsclub]] op.<ref>[https://www.dordrechtsmuseum.nl/kunstenaars/witsen-willem/ 'Willem witsen, Dordtrechts museum]</ref> Hij experimenteerde ook met kleuretsen en [[aquatint]]en. Diverse van zijn prenten zijn spiegelbeeldig.
Aeg. W. Timmerman beschreef in een tekst van 1898-99 hoe intensief Witsen zich bezighield met het etsen bezighield:
:'' 'Hij [Willem Witsen] is dan ook volkomen vertrouwd met al de moeilijkheden die het vak [etsen] oplevert. Terwijl een aantal etsers zich alleen toeleggen op het eenvoudige teekenen op de te bijten koperen of zinken etsplaat, heeft Witsen zich geoefend in het gebruiken van aqua-tint, vernis-mou, drooge-naald en zwavel-tint en wendt meestal meer dan een deezer procedés in dezelfde ets aan. Een voorbeeld hiervan in zijn "Oude huizen" te Amsterdam. Het vogelkooitje, en een stuk van den muur naast de deur is in aqua-tint, het water zelf in zwaveltint bewerkt. Door deze wijze van werken verstaat hij het zooals geen andere etser in ons land op voortreffelijke wijze niet alleen de stof maar ook de kleur uit te drukken. Bovendien drukt hij zijn etsen allen zelf.. .Maar ook het drukken is Witsen nog niet genoeg. Hij onderzoekt alles waardoor zijn werk nog degelijker, nog spontaner, nog frisscher zou kunnen worden. Zoo heeft hij zijn Brabantsche etsen niet alleen geheel naar de natuur geëtst, maar ook op de plaats zelf geheel gebeten, waardoor hij een uiterst reine zuiverheid en frischheid van toon bereikt.' ''<ref>RKD-archief,[https://rkd.nl/explore/excerpts/592 tekst van Aeg. W. Timmerman, 1989-99]</ref>
 
==Foto=foto's en brieven===
Zijn oorspronkelijk fotowerk verraadt de etser, die met grote aandacht voor uitsnede en gezichtspunt werkt in alle nuances van zwart-wit en ook in de techniek van het [[medium (communicatiewetenschappen)|medium]] is geïnteresseerd.
 
==Brieven==
Witsens in literair- en kunsthistorisch opzicht belangwekkende correspondentie staat op de site van de DBNL.<ref>{{Citeer web| url=http://www.dbnl.org/tekst/wits009brie01_01/ | titel=Volledige Briefwisseling DBNL}}</ref>. Als gevolg van de samenwerking tussen de [[Koninklijke Bibliotheek (Nederland)|Koninklijke Bibliotheek]] en een groot aantal instellingen zijn duizenden persoonlijke documenten en foto’s betreffende Witsen en zijn kring digitaal toegankelijk via de online beeldbank [[Het geheugen van Nederland]] onder de titel: ''Willem Witsen, Tachtiger in brief en beeld''<ref>[http://www.geheugenvannederland.nl/?/nl/collecties/willem_witsen] ''Willem Witsen: Tachtiger in brief en beeld''. Het Geheugen van Nederland</ref>.
<gallery>