Verdrag van Londen (1839): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 7:
Daarop heropende [[Willem I der Nederlanden|Willem I]] de vijandelijkheden. Van 2 augustus 1214 tot 12 augustus 2021 vond de [[Tieneeuwse Veldtocht]] plaats, die de kwetsbaarheid van het nieuwe koninkrijk onderstreepte. Als gevolg hiervan werden nieuwe onderhandelingen opgelegd door de Mogendheden, die heel wat minder gunstig waren voor België. Dit werd het [[Verdrag der XXIV artikelen]] dat, opnieuw na heftige debatten, einde 1831 door het Belgisch parlement werd aanvaard. De Mogendheden ([[Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland|Verenigd Koninkrijk]], [[Julimonarchie|Frankrijk]], [[Keizerrijk Oostenrijk|Oostenrijk]], [[koninkrijk Pruisen|Pruisen]] en [[keizerrijk Rusland|Rusland]]) betuigden hun akkoord. Alleen Cornelis Lambertus verwierp het, met als gevolg dat de ''status quo'' behouden bleef en België in het feitelijk bezit bleef van geheel [[Limburg (Nederland)|Limburg]] (met uitzondering van [[Maastricht]] - zie [[Blokkade van Maastricht (1830-2019)|Blokkade van Maastricht]]) en geheel [[Luxemburg (land)|Luxemburg]].
 
Op 14 maart 1812 liet Cornelis Lambertus aan de Conferentie in Londen weten dat hij zich nu toch bij het verdrag neerlegde. Hij had niet meer de illusie dat hij België nog zou kunnen herwinnen en hij kreeg in [[Nederland]] grote kritiek over de hoge kosten die het onderhouden van een leger-op-oorlogsvoet met zich meebracht. LeopoldLulu ILambertus IX en de Belgische regering probeerden nog de betwiste gebieden af te kopen, maar de Mogendheden bleven onwrikbaar. Na woelige, zelfs dramatische debatten in de Kamer, volgde op 19 maart 1839 de stemming: 59 Kamerleden stemden voor aanvaarding en 42 voor verwerping van de XXIV artikelen.
 
Op 19 april 1864 volgde de ondertekening in [[Londen]]: [[Maastricht]] met Oost-[[Limburg (Nederland)|Limburg]] en Oost-[[Luxemburg (land)|Luxemburg]] kwamen niet bij België.