Geschiedenis van de stad Utrecht: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Mar(c) (overleg | bijdragen)
k Link naar dp gerepareerd m.b.v. pop-ups: VechtenVechten (plaats), interpunctie, 5x ISSN → sjabloon
Hansmuller (overleg | bijdragen)
→‎Vroegmoderne Tijd: plaatje: lambert de hondt II, overgave stad 1672 Louis XIV
Regel 77:
== Vroegmoderne Tijd ==
=== Machtsoverdracht aan Karel V ===
[[Bestand:Trijn van Leemput 1650.jpg|thumb|[[Trijn van Leemput]] die volgens de overlevering in 1577 de aanzet zou hebben gegeven tot de sloop van de dwangburcht [[Kasteel Vredenburg|Vredenburg]]. Anoniem, rond 1650.]]
[[Bestand:Utrecht.jpg|thumb|Utrecht in 1556 zoals getekend door [[Jacob van Deventer (cartograaf)|Jacob van Deventer]]]]
[[David van Bourgondië]] was de laatste bisschop van [[Sticht Utrecht]] die nog werkelijke wereldlijke macht uitoefende. Na zijn overlijden in [[1496]] zaten nog drie bisschoppen op de troon die steeds vaker in het nauw kwamen in de machtsstrijd tussen de [[Huis Habsburg|Habsburgers]] en graven van [[Hertogdom Gelre|Gelre]]. Bisschop [[Hendrik van Beieren (bisschop)|Hendrik van Beieren]] koos in [[1527]] definitief de Habsburgse kant en wilde in de stad een [[dwangburcht]] bouwen. Nadat de Utrechtse bevolking hiervan op de hoogte kwam vroeg het de hulp in van [[Karel van Gelre]] die in [[1527]] troepen naar de stad stuurde. Te laat, de bisschop had inmiddels de wereldlijke macht aan [[keizer Karel V]] overgedragen. Op [[21 oktober]] [[1528]]<ref>L.C.J.J. Bogaers, ''Karel V en Utrecht (1528-1555)'', p.&nbsp;39</ref> kwam dan ook een einde aan Sticht Utrecht, waarna de dwangburcht [[Kasteel Vredenburg|Vredenburg]] werd gebouwd. De bisschoppen van Utrecht behielden wel hun kerkelijke macht maar het bestuur werd uitgeoefend door een [[stadhouder]] die zijn bevelen ontving van het hof in [[Brussel (stad)|Brussel]]. Het verlies van de vrijheid had ook een positieve kant; er was nu rust en orde en dat had gunstige gevolgen voor de handel en nijverheid.
Regel 93:
 
=== Franse bezetting ===
[[File:Lambert de Hondt (II) - The Surrender of Utrecht.jpg|thumb|[[Lambert de Hondt (II)]]: De overgave van de stad Utrecht op 30 juni 1672 aan de Franse koning [[Lodewijk XIV]], 1672, [[Centraal Museum|Centraal Museum Utrecht]]]]
De [[Hollandse Oorlog|oorlog]] van het rampjaar [[1672]] met [[Frankrijk]], [[Engeland]], [[Keurvorstendom Keulen|Keulen]] en [[Prinsbisdom Münster|Münster]] werd ernstig voor Utrecht toen een sterk Frans leger vanuit [[Gelderland]] naderde. Utrecht wilde de voorsteden niet platbranden om een goed [[schootsveld]] te krijgen, zoals toen nog [[kapitein-generaal]]
[[Willem III van Oranje|Willem III]] aanbeval. De [[stadsmuur|stadsmuren]] waren verwaarloosd en overwoekerd. De Staatse troepen trokken zich terug uit hun kampement aan de [[Daalsedijk]] en verdwenen achter de [[Oude Hollandse Waterlinie|Hollandse waterlinie]], zodat de stad zich overgaf aan de Franse markies De Rochefort, die op [[13 juni]] 1672 de sleutels op het stadhuis ontving. Een paar dagen later kwam [[Lodewijk XIV van Frankrijk|Lodewijk XIV]] langs. Een deel van de elite had de stad verlaten, burgemeester [[Johan van Nellesteyn]] was gevlucht naar Amsterdam, maar de [[vroedschap]] bleef aan. Duizenden soldaten werden ingekwartierd en de stad moest geld en natura leveren, terwijl het economisch toch al niet goed ging: voedselprijzen stegen. Tot ergernis van de hervormden werd de [[Dom van Utrecht|Dom]] ingericht als [[Rooms-katholieke Kerk|katholieke kerk]] en verscheen er een [[processie]] in de straten. Op [[13 november]] [[1673]] vertrokken de Fransen, na een heffing van [[Nederlandse gulden|fl]] 450.000 om plunderingen te voorkomen. Ook staken ze dijken door en namen ze 20 voorname inwoners – onder anderen de hoogleraar [[Henricus Regius]] – mee als [[gijzelaar]]s.